#24

2.9K 230 8
                                    

Na een uur of drie kwam de jongen terug. ''Ik heb de brief bij de familie Landrui bezorgd,'' zei hij, ''en ze waren me heel dankbaar. Ik moest je dit geven.'' Hij nam een stukje papier uit zijn zak en gaf het aan mij. Ik bedankte hem en gaf hem een zilveren mundstuk. ''Daar kun je heel wat van kopen,'' zei de waardin bewonderend. ''Ik ga het sparen!'' zei hij vastbesloten. Ik glimlachte naar hem en las het briefje.

D'accord, er wordt iemand gestuurd. Vanavond om 6 uur in de herberg, al het u belieft, lady Wincaster.

Ik glimlachte. Ze hadden het begrepen. ''Ik ga vanavond naar Fénelon, maar ik kom terug om hier te slapen. Is het erg als ik mijn spullen hier laat liggen?'' ''Geen probleem!'' zei de waardin. Ik vond het fijn dat ze niet nieuwsgierig was en helemaal geen vragen stelde. ''Ik zorg wel dat er wat eten klaar staat.'' 

Die avond was het erg koud, dus ik trok mijn mantel helemaal om me heen. Na een goed kwartier stappen kwam kwam ik in Fénelon aan en liep ik recht naar de herberg. In de hoek van de kamer zat er een figuur met een kapmantel die me wenkte. Opgewonden slalomde ik door al het volk en ging bij de persoon aan een tafeltje zitten. ''Lady Wincaster.'' Ik hoorde aan haar stem dat het Adeline was. Ik kon er niets aandoen, maar ik was eventjes teleurgesteld dat het Arya of Emile niet was. ''Adeline,'' fluisterde ik, ''is alles in orde met iedereen?'' Adeline nam haar kap af en haar bruine haar en groene ogen kwamen tevoorschijn. ''Emile kreeg een slag op zijn slaap. Hij was buiten westen, maar moet nog steeds overgeven. We denken dat hij een hersenschudding heeft. Arya heeft een blauw oog, en Alex zijn arm is gebroken, maar voor de rest is iedereen oké.'' ''Komt het wel goed met Emile?'' vroeg ik bezorgd. Adeline nam mijn hand. ''Dat kan ik niet met zekerheid zeggen, het spijt me, Céleste.'' Ik keek naar de grond. Het was mijn schuld. Allemaal mijn schuld. ''Het spijt me zo,'' zei ik. ''We konden jou toch niet gewoon laten stérven?'' zei Adeline verbaasd. ''Dat zou nog veel erger zijn!'' Ze boog zich naar me toe. ''Je hoeft je niet schuldig te voelen, Céleste!'' Ik haalde mijn schouders op. ''Ik voel me toch schuldig. Ik had niet moeten weglopen.'' Adeline keek me licht gefrustreerd aan. ''Je was daar bijna weggekwijnd! Je werd ongelukkiger met de dag!'' ''Maar dan was ik de enige geweest die onder die situatie lijdde.'' Ik keek uit het raam. ''Kijk wat ik nu gedaan heb.'' ''Jij hebt het niet gedaan,'' zei Adeline, ''wij zijn je vrijwillig komen helpen.'' Ik stond op. ''Zeg ze dat het me spijt.'' En ik liep de deur uit, Adeline machteloos achterlatend.

---

xjes

HeksendochterWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu