Hoofdstuk 60 - Stilte na de storm

Magsimula sa umpisa
                                    

Floor keek hem even schuin aan, met een bezorgde blik. 'U heeft hem toch niet stiekem omgeruild met een kopie?' Tja, hoe aardig hij ook was, hij was nu eenmaal een crimineel.

De gildemeester begon hardop te lachen. 'Het schoot wel even door mijn hoofd, maar als ze dat ding ooit nog nodig hebben voor het neerhalen van een andere secondant... Daarbij zou een kopie Argus toch niet kunnen foppen. Het zwaard gloeit nog steeds een beetje van de energie die je erin gestopt hebt.'

Met die woorden bereikten ze de begane grond. Floor hield de reactie van de gildemeester nauwlettend in de gaten; ze had hem niet willen beledigen. Maar zijn blik bleef geamuseerd en daar was ze blij om.

'Ik kan je zeggen dat het gilde verdere contacten zal aangaan met de Orde van Cenauris,' vervolgde hij. 'Het zou zomaar kunnen dat de Orde in de toekomst de stad binnen wil komen zonder gezien te worden en wij kunnen hen daar prima in faciliteren. Tegen een redelijke vergoeding uiteraard.'

'Uiteraard,' grinnikte Floor. Ze begreep meteen waarom de gildemeester er zo happig op was.

'Ja, prachtig,' verzuchtte hij terwijl hij om zich heen keek. 'Deze plek zal een prachtige aanwinst voor de stad zijn.'

Floor keek hem verbaasd aan. 'Houden ze het? Echt?'

'Jazeker,' verzekerde hij haar. 'Gisteren heeft een van de wethouders bericht gekregen van een archeologische organisatie die de stad heeft aangeboden de gehele tempel te renoveren en daarna op eigen kosten te onderhouden en beheren. Ze willen het tegen betaling openstellen voor het publiek. Ik durf te wedden dat mensen uit de hele streek, wellicht het hele land, deze plek wel willen bezichtigen als het schoongemaakt en opgeknapt is. Het is een bijzondere historische plek.'

'Wie is er in staat om deze plek weer op te knappen en hoe zijn ze er zo snel achter...' Toen begreep Floor het. Dat kon niet anders. 'De Orde van Cenauris.'

'Ik geloof dat ze zichzelf het Baldavisch Historisch Genootschap noemen, maar het is inderdaad heimelijk een onderdeel van de Orde. Argus heeft het een en ander met mij besproken en ik heb hem gewezen op een wethouder die wellicht ontvankelijk was voor een dergelijk plan. Die wethouder hapte inderdaad meteen en hij heeft het vanochtend tijdens de wekelijkse vergadering bij de hertog voorgesteld.'

'Hoe heeft hij dat plan langs de tempel gekregen? Die hebben ook een flinke vinger in de pap en die zitten niet te wachten op een tempel gewijd aan de godin in een van de grootste steden van het land.'

'En hemelsbreed op tweehonderd meter van hun eigen tempel. Nee, ze brulden meteen van alles over afgoderij, naar ik begrepen heb. Gelukkig is de wethouder in kwestie niet erg tempel-gezind en begon hij meteen moeilijke vragen te stellen over hoe het toch mogelijk is dat een van de meest gerespecteerde priesters van de tempel zich bezig heeft gehouden met duistere magie en menselijke offers. Toen waren ze toch verdomde snel stil.'

'En de hertog?' Floor wist vrijwel niets over de man. De meeste edelen waren aanhangers van de tempel, een kleine minderheid was neutraal.

'Op zich is hij tempel-gezind, maar redelijk gematigd. Hij lijkt meer interesse hebben in het historische aspect van deze plek dan de religieuze. De wethouder schijnt ook een prachtig betoog gehouden te hebben over de toeristische mogelijkheden van deze plek en de extra omzet die dat kan opleveren voor de plaatselijke herbergiers en handelaren. En met die verhoogde omzet een hogere opbrengst van de omzetbelasting, die weer in de staatskas van de hertog verschijnt.'

Floor knikte tevreden. Het deed haar goed om te horen dat er een kans bestond dat deze plek niet alleen mocht blijven bestaan, maar ook in oude glorie hersteld zou worden. 'Het zou fijn zijn als het geloof in de godin weer terug komt. Haar invloed bestaat nog steeds, dat heeft u met eigen ogen gezien.'

De Heks van Komschrei (betaversie)Tahanan ng mga kuwento. Tumuklas ngayon