'Dat kan ik voelen.' Zei ik terug, zonder mijn ogen van de tuin weg te halen.

'Je wordt ziek als je hier blijft zitten.' De bezorgdheid in zijn stem irriteerde mij - iedereen sprak de laatste tijd op zo'n toon tegen mij.

Ik reageerde niet op zijn woorden. Ik wilde namelijk niet naar binnen gaan, en het kon me ook weinig schelen als ik verkouden zou worden: ik leek toch al op een regelrechte ramp. Paarse kringen tekenden zich onder mijn ogen, er stonden nog steeds rode krassen op mijn gezicht van de wonden die Hermelien had geprobeerd te helen en er had zich een gelig wordende blauwe plek op mijn jukbeen verzameld.

Ik kon vanuit mijn ooghoeken zien dat James zijn blik aarzelend neer sloeg. Natuurlijk was het niet erg aardig van me om zijn woorden volledig te negeren, maar ik wist gewoon niet wat ik anders moest doen: ik was bang dat ik mijn verdriet en frustraties op hem zou gaan uiten als ik mijn mond los zou doen.

'Wat is er toch met je gebeurd?' Vroeg James toen opeens, zuchtend en zacht - de vraag leek hem al een hele tijd dwars te zitten.

Ik blik neer. 'Dat vraag ik me zelf ook nog steeds af.'

En dat was ook zo - het voelde allemaal zo vreemd voor mij. Een paar dagen geleden had ik mijn eigen verleden niet eens doorgehad, en pas nu - zo uit het niets - herinnerde ik me alles. Het leek allemaal heel onecht... alsof ik alles gedroomd had.

'Nee, maar ik bedoel...' James liet zijn armen op zijn knieën rusten, peuterde aarzelend aan zijn mouw en zuchtte opnieuw, 'je bent veranderd.'

Daar had ik nog niet eens over na gedacht, maar het was inderdaad waar - ik reageerde anders op dingen, ik liet mijn gevoelens niet vaak meer zien en ik zonderde me af van de drukte. En dat in drie dagen.

'Het is gewoon...' begon ik, maar ik bedacht me, 'weinig slaap.'

'Het is niet "gewoon weinig slaap".' James draaide zijn hoofd naar mij, waardoor ik hem ook automatisch aankeek. 'Ik weet niet precies wat er allemaal met je gebeurd is, maar er is meer gebeurd dan wat jij verteld hebt, of heb ik het fout?'

Hij had het niet fout, daarom draaide ik mijn hoofd van hem weg.

'Je kan het mij wel vertellen, je zit er duidelijk mee.' Drong hij aan.

Ik schudde mijn hoofd. 'Er is niks.'

'O, nee?' Stiekem vond ik zijn sarcastische toon wel leuk - hij klonk eindelijk weer gewoon als zichzelf, en dus niet als de bezorgde, voorzichtige James die hij de laatste dagen aan mij liet zien. 'Als het dan echt te weinig slaap is, waarom krijg je dan te weinig slaap?'

Ik haalde mijn schouders onverschillig op.

'Mia...' James klonk vermoeid, 'kom op - ik wil je helpen.'

'Ik heb je hulp niet nodig!' Snauwde ik fel - ik had er al spijt van voordat het mijn mond was uitgerold.

James zuchtte, draaide zijn hoofd van me weg en bleef vervolgens met op elkaar geklemde kaken voor zich uit staren - ik verbaasde me over het feit dat hij niks terug snauwde.

'Het spijt me.' Gaf ik zuchtend toe. 'Dat bedoelde ik niet zo...' ik keek aarzelend naar zijn gezicht, maar zijn uitdrukking was nog niet veranderd, 'ik... ik wil alles gewoon achter me laten.'

Hij ontspande zijn geforceerde uitdrukking, sloeg zijn blik voor een kort moment naar de grond en keek toen naar mij opzij. 'Maak je geen zorgen. Ik snap het wel.'

Ik glimlachte flauw.

Het leek even alsof hij mijn hand wilde vastpakken, maar hij bedacht zich. Ik keek hem een beetje verbaasd - en misschien wel teleurgesteld aan - maar dat zag hij niet, hij had zijn hoofd al van mij weg gedraaid.

The Last SlytherinWhere stories live. Discover now