hoofdstuk 32:thomas en zijn agressie.

4.2K 170 14
                                    

ik word wakker en mijn ogen voelen zwaar aan, ik open ze maar ik zie niks, het is pikdonker.

de vloer waar ik op lig is ijskoud, ik sta op en steek mijn armen uit om te kijken of er ergens een muur is.

als ik eindelijk een muur heb gevonden, voel ik dat die ook ijskoud is.

ik zit dus waarschijnlijk in een kelder of zoiets dergelijks.

ik voel alle muren af om te kijken of er ergens een deur zit, als die eindelijk gevonden heb duw ik de deurklink naar beneden, maar hij geeft niet mee.

die zit op slot, natuurlijik

ik zak tegen de deur op de grond neer en leg mijn hoofd tussen mijn knieën.

wat is er gebeurd? het laatste dat ik me kan herinneren is dat ik met thomas iets aan het drinken was.

hij zal toch niet iets in mijn drinken hebben gedaan? nee vast niet

ik probeer de gebeurtenissen die daarna gebeurd zijn te herinner en alles op een rijtje te zetten maar het lukt gewoon niet.

ik weet niet hoelang ik zo zit, misschien een paar minuten, misschien een paar uur, maar na een tijdje hoor ik dat er aan de deur word gerommeld.

snel sta ik op en ga ik achter de deur staan en de deur gaat langzaam open.

er word een zaklamp op de grond geschenen en het licht gaat de hele kamer rond.

ik spring achter de deur vandaan en probeer mijn ontvoerder te slaan, maar het lukt niet.

mijn ontvoerder pakt mijn hand vast, hij is veel sneller en veel sterker dan mij.

ik schop hem tegen zijn been aan ,maar het lukt niet echt en het een heel zielige trap word.

hij begint te lachen. "denk je nou echt dat zo'n trap ging helpen lieve schat?" zegt hij.

meteen herken ik zijn stem, thomas.

ik voel agressie naar boven komen, vuile klootzak die hij is.

in een vlaag van woede trap ik hem tussen zijn benen.

deze keer is de trap iets harder en klapt hij kreunend dubbel.

ik probeer er gebruik van te maken en langs hem te glippen om een uitweg te vinden, maar al snel hersteld hij zich.

hij pakt me vast en pint me tegen de deur, hij kijkt heel boos.

"jij gaat godverdomme nergens naar toe." zegt hij grijnzend "je bent nu van mij."

Ik begin te lachen. "sorry wat zei je? Volgensmij heb ik je niet goed verstaan." zeg ik.

"Je hoorde me wel, je bent nu van mij jasmijn." antwoord hij.

Hij heeft mij nog steeds tegen de muur gedrukt en hij brengt Zijn gezicht dichter bij de mijne.

Ik draai mijn hoofd weg, maar hij pakt mijn kin vast en dwingt me hem aan te kijken.

"Ik wilde het ook graag anders Maar ik wist dat jij me niet zou vergeven dus moest het maar zo." zegt hij en hij drukt zijn lippen op de mijne.

"we horen samen, en niks kan dat veranderen. jij weet dat net zo goed als ik." Zegt thomas.

Alweer drukt hij zijn lippen op de mijne ik probeer tegen te werken, maar hij is verdomme zo veel sterker dan ik ben.

Ik weet niet wat ik moet doen, maar ik ben ook echt niet van plan om mee te werken dus bijt ik heel hard op zijn lip.

Meteen laat hij me los. "godverdomme jasmijn, dat vind ik niet aardig van jouw." zegt hij terwijl hij met zijn hand aan zijn lip voelt.

Zijn lip bloed nu, net goed voor hem, vuile klootzak.

Alweer zie ik agressie in zijn ogen. en ik word bang ik druk me zelf tegen de muur aan om hem te kunnen ontwijken wetend dat het niet gaat lukken.

Thomas slaat me met zijn platte hand in mijn gezicht en ik val op de grond.

Hoofdstukjeee yaaayy:)

De foto die bij dit hoofdstuk zit is jasmijn;)

Ik zit dus in de auto naar huis en de aankomst tijd is pas om half 11 pfff. ik heb echt een hekel aan stil zitten.

X Anne.

I fell in love with my brother.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu