Het bos

578 36 6
                                    

'Shit shit shit' Hoe ging ze dit nu weer oplossen. Op dit moment haatte ze haar leven en zou haar moeder niet ondertussen moeten bezig zijn met haar te zoeken ? Ze werd helemaal gek van alle vragen in haar hoofd. Ze kon het niet meer aan op dit moment. En het moment kwam eraan waarop ze gewoon brak ,op de grond ging zitten en begon te wenen. Kumai snapte niet helemaal wat ze aan het doen was en keek haar aan met zo'n schattige blik. Hazel bleef huilen. Ten eerst iemand wou haar dood dat zag je wel op de muren van die kamer allemaal foto's van haar met rode kruisen door en waar dood aan Hazel opstaat. Ten tweede zou ze hier ooit levend uitgeraken of sterft ze hier van de honger? Ten derde haatte haar moeder haar of was ze wel al op zoek? Al die vragen , al die gedachten. Ze bezorgden haar hoofdpijn en ze begon alleen nog maar meer te wenen. Toen haar tranen bijna opwaren begon Kumai verwoed te trekken aan het touw. Hij wou vooruit hij wou naar ergens gaan en Hazel dacht gewoon bij zichzelf.' wat kan er nu nog mislopen ik ben toch al dood verklaard' en ze besloot hem te volgen maar eerst zocht ze iets waarmee ze haar weg kon terugvinden. Ze had wel genoeg brol in die kamer liggen maar het mocht niet te groot zijn want dat kon ze nooit allemaal meesleuren. Ze zocht en zocht maar vond niks. Ach ja wat boeit het niet dat ze hier ooit zou uitgeraken. Ze volgde Kumai gewoon en ze liet de sleutel in haar zak glijden maar haar hand kwam er niet meer vanaf. Ze vertrouwde haar eigen niet ze zou hem waarschijnlijk laten vallen en dan had ze helemaal geen bewijs meer. Ze volgde Kumai en na wat wel uren leek maar eigenlijk maar 15 minuten was zag ze iets in de verte. Een zwart figuur! Hazel haar hart begon 10x sneller te slaan en ze trok aan Kumai zijn touw om hem om te draaien maar hij weigerde en ze kon hem niet laten gaan want ze mocht hem niet kwijt geraken. Hij was haar enigste hoop. Ze bleef maar trekken en sleuren maar Kumai was vastberaden dat hij de weg wist en bleef doorstappen met Hazel achter hem aanslepend. Het was wonderlijk hoe sterk dat touw wel niet was. Maar dat deed er niet toe , ze kwamen steeds dichter bij de zwarte figuur en Hazel dacht dat haar hart uit haar keel zou bonzen. Tot ze op 20 meter van de man/vrouw Kumai eindelijk tot stilstand kreeg. Haar handen en benen trilden helemaal. Ze had nog juist genoeg moed om te zeggen 'Wie ben je?' Ze trilde steeds heviger en viel bijna op de grond van angst. Ze kon het allemaal niet meer aan, de tranen prikten weer om naar buiten te komen maar ze hield ze tegen, ze wou niet zwak lijken. De hele tijd bleef de persoon stilstaan en zei hij/zij niks tot opeens een schorre stem klonk' Zo zo Hazel ik heb je eindelijk gevonden'

Het paard dat moorddeWhere stories live. Discover now