De drie Zwadderaars zitten lang na de avondklok op de banken in de vertrekken van de Hoofdmonitoren, alle drie met een mok boterbier in hun handen. Buiten vallen er witte sneeuwvlokken tegen de ramen van het kasteel en dankbaar zoeken ze de warmte van het haardvuur op. De kerstvakantie is slechts enkele dagen verwijderd.
Er worden geen woorden uitgewisseld tussen de drie. Ze zitten er, in gedachten verzonken, en staren naar de dansende vlammen. Alle drie denken ze over iets anders, en toch ook over hetzelfde.
Benno Zabini denkt terug aan het voorstel van Katelynn enkele dagen terug. Hij heeft al meerdere malen die herinnering in zijn hoofd afgespeeld en hij beseft hoe belangrijk dat voorstel voor haar moet zijn geweest, ook al deed ze er nog zo kalm over.
En terwijl Benno in de vlammen staart, weet hij dat hij diep van binnen zich zonder twijfel wil aansluiten bij de Strijders van Perkamentus. Voor hem zijn het alleen de Strijders van Katelynn Mergel. Hij weet dat hij een kant moet kiezen in deze oorlog en hij weet nog beter dat hij altijd de kant van zijn beste vriendin zou kiezen.
Theodoor Noot heeft een boek op zijn schoot liggen, opengeslagen op pagina vijfenveertig. Theo heeft ook al twintig minuten lang niet meer naar de pagina gekeken. Zijn gedachten zijn afgedwaald naar de komende twee weken. In de kerstvakantie gaan ze naar huis. Thuis. En ondanks dat hij waarschijnlijk niet mee gaat naar de Wemels met kerst, voelt hij zich elke dag meer en meer thuis tussen de groep Griffoendors. Zijn vader, waar die nu ook mag wezen, is alleen nog familie in naam. Theo wil niks meer met hem te maken hebben, maar hij weet dat deze oorlog cruciaal is. Eén verkeerd woord in de kringen van Voldemort en hij heeft een toverstok tegen zijn keel.
Draco Malfidus neemt een slok van zijn boterbier en laat zijn ogen door de huiskamer glijden. Normaal gesproken laat hij zijn vrienden niet tot na de avondklok in zijn vertrekken, maar de afgelopen dagen hebben ze hier zo goed als geleefd, dus uitzonderingen werden gemaakt. Met moeite onderdrukt hij het op en neer bewegen van zijn been, een nerveus gebaar wat hij de laatste tijd heeft ontwikkeld. Hij weet, hij voelt, dat zijn vrienden meer weten over de oorlog dan ze laten doorschemeren. Hij weet dat ze zij aan zij met Katelynn zullen vechten.
En hij weet ook dat hij zelf niks anders zou willen.
De afgelopen maanden waren zwaar voor de blonde Zwadderaar en het gewicht van de hele wereld lijkt op zijn schouders te drukken. De twee jongens voor hem en zijn vriendin zijn het enige wat hem nog overeind houden.
Katelynn zelf heeft geen van de jongen nog gezien, al sinds de lunch niet meer. Het baart Draco zorgen. De afgelopen tijd is Katelynn steeds vaker verdwenen, vaak tot diep in de nacht. Ondanks dat ze het onderwerp zo veel mogelijk vermijdt bij Draco, weet de blonde Zwadderaar dat Theo wel weet waar ze heen gaat.
Het is dan ook Draco Malfidus die als eerste de stilte doorbreekt.
'Theo.'
De tengere Zwadderaar kijkt op van het boek- nog steeds opengeslagen op dezelfde pagina- op zijn schoot en ontmoet de grijze ogen van zijn vriend met een vragende blik. Waarom wilde hij de stilte verbreken?
'Gooi het eruit Malfidus,' zegt Benno Zabini naast hem als Draco zijn verhaal niet vervolgt. De blonde jongen lijkt te zoeken naar de juiste woorden.
Draco zijn blik wijkt echter niet van Theo's gezicht en de brunette begint zich langzaam nerveus te voelen onder de starende ogen. Dit is niet het normale gedrag van Draco Malfidus. Aan de andere kant, beseft hij, hoe vaak heeft Draco zich normaal gedragen sinds het begin van de oorlog?
'Zitten jij en Katelynn bij de Orde van de Fenix?' vraagt de jongen uiteindelijk, zijn stem verrassend timide.
Theo trekt even een wenkbrauw op. 'Stel geen vragen waar je het antwoord al op weet Malfidus. Dat is niks voor jou.'
En met die zin beantwoordt Theo meer dan een 'ja' of 'nee' zou doen bij Draco Malfidus. Het is geen geheim dat Katelynn Mergel een van de masterminds is van de rebellenorganisatie. Dat ook Theo zich heeft aangesloten in het diepste geheim hadden zijn vrienden wel kunnen raden.
'En jij, Zabini?' vraagt Draco aan hun Italiaanse vriend.
Het gebruik van de achternaam verrast Theo. Het is iets wat Draco niet vaak meer doet, behalve als hij echt in een slechte bui is. Aan zijn versteende houding te zien vermoedt Theo dat het dit keer komt door nervositeit.
Benno lijkt niet onder de indruk van het gebruik van zijn achternaam. Hij heeft niet bewogen sinds hun gesprek, en staart dan ook nog steeds in het haardvuur.
'Niet bij de Orde,' antwoordt de Italiaanse, en zijn antwoord zet ook Theo's hoofd aan het werk.
Wederom was een simpele 'ja' of 'nee' genoeg, maar hun vriend koos deze specifieke woorden. Theo zou geen Zwadderaar zijn als hij de verborgen boodschap erachter niet hoorde. Ineens klikt het in zijn hoofd waarom Kate Benno enkele dagen geleden wilde spreken, waarom dat in het geheim moest en waarom Benno toch lichtelijk versteld terug kwam uit het gesprek.
Benno Zabini draait voor het eerst zijn gezicht hun kant op en zijn ogen ontmoetende de vragende van Theo. Het enige wat Theo nodig heeft is een bevestiging van zijn vriend, die hij krijgt in de vorm van een haast onzichtbaar knikje.
Katelynn heeft gevraagd of Benno zich wil aansluiten bij de Strijders van Perkamentus.
De Griffoendor en Theo hebben het vaak over de geheime studentenorganisatie gehad hier op Zweinstein. Ze wenst ook dat hij zich erbij voegt als hij er klaar voor is en ondanks dat hij geen officieel lid is, helpt hij vaak mee met ideeën en informatie. Hij vermoedt dat ook Benno zal ingaan op het aanbod.
Theo laat zijn blik afdwalen naar Draco, die de twee met een lichte frons aankijkt. Na jaren vriendschap weet Theo dat de jongen met een vraag zit en in zijn hoofd al een antwoord probeert te vinden.
'Als Kate weg is, is ze op een missie niet waar?' vraagt Draco tenslotte. De enige die hier antwoord op zou kunnen geven, ook al mag hij het in theorie niet, is Theo.
Even denkt de brunette aan weer een opmerking maken over naar de bekende weg vragen, maar knikt dan eenmalig.
Sidderend blaast Draco wat adem uit en zowel Theo als Benno weet waar hij aan denkt. Al die keren brengt Kate haar eigen leven in gevaar en zij kunnen niks anders dan toekijken.
'Kunnen jullie-,' begint Draco, waarna hij zich op Theo focust, '- kan jij op Katelynn letten? Kan je haar beschermen voor me? Ik- ik ben niet in staat om het zelf te doen en-'
Zijn zin sterft af en nerveus beweegt de blonde jongen zijn been op en neer. Dus dit is waar Draco met het hele gesprek heen wilde. Hij wilt zeker weten dat iemand ervoor zorgt dat zijn vriendin niet haar eigen graf in loopt.
Uiteindelijk is het niet Theo die de vraag beantwoord.
'Ze betekent niet alleen wat voor jou, Malfidus,' zegt Benno, een licht verontwaardigde ondertoon in zijn stem. 'Ze vertrouwt ons, wij vertrouwen haar.'
Theo denkt terug aan hun ontmoeting in de zomervakantie, toen hij, Benno en Kate in de problemen kwamen in een park in Londen. Katelynn heeft zonder twijfel Benno toen naar Villa Mergel verschijnseld. Het was haar teken van vertrouwen richting de Zwadderaar.
En Benno zegt hier, in de woorden van een Zwadderaar, dat hij alles zal doen om haar te beschermen. Daarbij spreekt hij ook voor Theo.
Zichtbaar opgelucht zakt Draco iets meer onderuit op de bank. Een spanning verdwijnt uit zijn schouders. Alles aan hem schreeuwt dat hij zich bij hun wilt voegen, dus Theo kan de vraag die al minuten in hem zit, niet binnen houden.
'Waarom doe je het niet zelf?'
Draco's blik schiet omhoog, en zelfs Benno lijkt even verrast te zijn. Theo hoeft niet uit te leggen wat hij bedoelt, want ze weten allemaal dat hij meer vraagt dan waarom Draco zijn eigen vriendin niet beschermt. Hij vraagt ook waarom hij nog steeds niet naar hun kant is gekomen, waar hij het initiatief niet heeft genomen, terwijl ze kunnen zien dat hij het zo graag wilt.
'Ik kan mijn moeder niet achterlaten,' mompelt de blonde Zwadderaar, maar hij durft zijn vrienden niet aan te kijken.
Heel even wilt Theo door de kamer schreeuwen dat Narcissa Malfidus een spion is, dat ze al lang aan hun kant staat, maar hij weet zichzelf tegen te houden. Hij is niet degene die die informatie aan Draco moet vertellen.
Theo maakt een mentale notitie om het er met Katelynn over te hebben.
|-|-|-| - Ondertussen
'Waarom heeft u me geroepen?' vraagt Katelynn Mergel zacht, terwijl ze de deur naar het kantoor van Minerva Anderling opent.
Het Hoofd van haar afdeling zit achter haar bureau, maar ze is niet de enige in de ruimte. Sirius Zwarts en Romeo Wolkenveldt staan tegen de haard aan geleund.
Zodra ze de twee mannen ziet lichten haar ogen op. Geheime visitie van twee leden betekent maar één ding; een nieuwe missie.
Ze begroet Minerva even, die nog steeds niet blij lijkt te zijn met het feit dat ze een leerling het gevaar tegemoet laat lopen, en gaat tegenover de twee mannen staan.
'Wat is het plan?' vraagt ze, en de ijver in haar stem laat bij Sirius een grijns ontstaan.
Romeo Wolkenveldt trekt zijn mond als eerste open en meteen weet ze dat het een missie is zoals nooit tevoren.
'We willen dat je inbreekt in Azkaban.'
...............................
Een redelijk onverwacht hoofdstuk, maar ik heb dit gister geschreven als een extra cadeautje voor jullie ;)
Enjoy!