6

729 37 2
                                    

Jack ✯

Bella is in mijn armen in slaap gevallen. Die chemo is voor alle patiënten altijd heel erg zwaar, maar bij Bella lijkt hij nog harder in te slaan. Ze wilt dan ook alles alleen doen. Ze wilt met niemand praten over hoe ze zich echt voelt en gaat in haar eentje huilen. 

Ik haal mijn arm van Bella af en leg haar hoofd op het kussen. Dan ga ik naast het bed op een stoel zitten. Ik wil haar niet alleen laten, omdat ik niet wil dat ze zich alleen voelt in deze situatie. Ze heeft dan misschien het gevoel dat ze niet bij haar ouders en vrienden terecht kan, maar ze moet weten dat ze altijd bij mij terecht kan. Ik hoor een klop op de deur en kijk om. Een man en een vrouw staan in de deuropening. "Slaapt ze?" vraagt de vrouw. Ik sta op en loop op het stel af. 

"Ja, ze heeft het zwaar met de chemokuur" zeg ik en steek mijn hand uit. "Jack Molenaar" stel ik mezelf voor.

"Tara Kuipers" zegt de vrouw en ze schudt me de hand. "En dit is mijn man Ronald. Bent u de arts van onze dochter?" vraagt ze. Ik schud mijn hoofd. 

"Nee, ik ben een stagiair" zeg ik. "Ik maak voor nu alleen maar praatjes met patiënten om ze wat op hun gemak te stellen." Ik kijk naar Bella. Ze draait wat rond, maar slaapt nog steeds. Tara loopt op haar dochter af en wrijft over Bella's wang. 

"Hoe gaat het met haar?" vraagt ze. "Mentaal?" voegt ze eraan toe. Ik denk aan wat Bella me heeft gezegd. Ze wilt haar ouders niet lastig vallen met haar problemen. 

"Redelijk" zeg ik, om niet de hele waarheid te vertellen. Ik weet dat het mentaal heel slecht met Bella gaat en dat ze het allemaal niet meer aankan, maar ik denk dat het uiteindelijk toch aan haar is om dat aan haar ouders te vertellen. "Ze heeft het wel zwaar met de chemo, maar ze slaat zichzelf er goed doorheen." 

"Bent u vandaag veel bij haar geweest?" vraagt Ronald. 

"Ik ben nu twee uurtjes bij haar" zeg ik en kijk hoe Ronald op het bed van zijn dochter gaat zitten. 

"Hoelang slaapt ze al?" vraagt Tara. 

"Anderhalf uur" gok ik. Ik heb de tijd niet bijgehouden. Ik wilde haar niet alleen laten, de tijd deed er niet toe. Al had ik hier een hele dag moeten zitten, het had me vrij weinig uitgemaakt. Zolang Bella zich maar niet alleen voelde. 

"Bent u die hele tijd bij haar geweest?" vraagt Tara. Ik knik. 

"Dat is heel aardig van u" zegt Ronald. Ik glimlach en ga bij de deur staan. 

"Ik zal jullie even alleen laten" zeg ik en loop de kamer uit. Ik blijf een tijdje buiten de kamer staan en zucht. Het lijkt me zo zwaar voor Bella en haar ouders. Bella is zich ervan bewust dat een overlevingskans heel klein is, maar haar ouders hebben nog de hoop dat ze het red. Ik weet echter ook wel dat kanker niet makkelijk weggaat en uitgezaaide darmkanker is al helemaal moeilijk. 


"Jack?" Bella roept me wanneer ik langs haar kamer loop. Ik stop met lopen en stap haar kamer in. 

"Goedemorgen" zeg ik en loop naar haar toe. Ze ziet er beter uit dan gisteren. Ze zit rechtop in bed en is bezig met make-up opdoen. Om eerlijk te zijn heeft ze absoluut geen make-up nodig. 

"Hey, ik wilde je even bedanken voor gisteren" zegt ze. Ze draait haar mascara dicht en kijkt me aan. "Mijn ouders vertelden dat je bij me zat" ze glimlacht naar me. "Dat had je niet hoeven doen hoor."

"Dat weet ik, maar ik wil dat je weet dat ik er voor je ben, oké?" vraag ik aan Bella. Ze knikt en pakt een lippenbalsem uit haar tas. 

"Dank je" zegt ze en ze draait het potje lippenbalsem open. Het is heel even stil. "Ik ga vandaag naar buiten" zegt Bella dan. 

"Dat kan niet" zeg ik. Bella haalt haar schouders op. 

"Ik ga het toch doen" zegt ze. Bella doet haar lippenbalsem op en staat op van het bed. Ze gooit het potje lippenbalsem op het bed en pulkt aan het infuus op haar hand. 

"Bella, je kan niet naar buiten" zeg ik. Bella zucht en trekt het infuus van haar hand. Binnen een paar seconde sta ik naast haar en heb ik haar arm beet. "What the fuck ben je aan het doen?!" sis ik en trek het infuus uit haar hand. 

"Ik wil naar buiten!" schreeuwt Bella. Tranen ontstaan in haar ogen. "Ik wil gewoon naar buiten" snikt ze. Ik druk op het rode knopje naast Bella's bed. Hiermee roep ik de verpleegsters naar de kamer. Iemand moet dat infuus er opnieuw in doen. "Laat me naar buiten gaan" smeekt Bella me en ze pakt mijn hand vast. "Alsjeblieft! Ik wil hier niet zijn" huilt ze. Ik neem Bella in mijn armen en wrijf over haar hoofd. Verpleegsters komen de kamer ingerend en zien gelijk dat het infuus uit Bella's hand is. Ze willen Bella uit mijn armen halen, maar Bella slaat haar armen stevig om mijn middel heen. 

"Bella, laat ze dat infuus in je hand doen" zeg ik zacht tegen Bella. Ze snikt en klampt zich aan me vast. 

"Ik wil niet. Het heeft toch geen zin" zegt ze. "Ik ga toch dood." De woorden komen hard bij me binnen. Ik wilde altijd op deze afdeling werken om mensen beter te kunnen maken, maar het feit blijft dat er inderdaad geen echt medicijn is tegen kanker. 

"Geef het een kans" zeg ik tegen Bella en haal haar armen van mijn middel. Ik pak de hand vast waar ze net het infuus uit heeft getrokken en kijk naar Bella. "Zonder dat infuus maak je helemaal geen kans meer." Bella huivert en reikt haar hand naar een verpleegster. Ik glimlach naar Bella en wrijf over haar wang, die doorweekt is in tranen. "Goed zo" zeg ik. Bella legt haar gezicht tegen mijn hand aan en sluit haar ogen. 

"Dit heeft geen zin" zegt ze. "Zelfs dat infuus gaat me niet meer redden." 

forever and alwaysWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu