Uit de Toon

16 0 0
                                    

Zoals vele andere dagen op de Ramshead was het snowgrass heerlijk en het weer werd steeds beter met de aankomende lente. Paarden begonnen weer glans in hun vacht te krijgen en veulens werden wilder. De wolken klaarden op en alle zorgen die de winter met zich mee hadden gebracht verdwenen. Toch had Raven al een tijd geen zin meer om te galopperen en spelen. Samen met andere merries en jaarlingen maakte ze zich zorgen over een heel nieuw probleem, genaamd Sparrow: een grote hengst met zwarte manen en gele vacht. Vorig jaar was hij al een indrukwekkend paard geweest, maar dit jaar zou hij in de beste tijd van zijn leven zijn. Sterk, snel en slim. Vele malen hadden de merries al uitdagend gehinnik door de valleien horen schallen, van Sparrow, die met zijn allergrootste rivaal Kulali spotte. Alle merries wisten dat zodra de tijd rijp was, de twee hengsten zouden vechten.
Ondanks zijn leeftijd had Sparrow een aardige kudde bij elkaar weten te schrapen, sinds hij een kudde west van de Hidden Flats was uitgejaagd. Het was niks vergeleken bij de kudde van Kulali, die bestond uit minstens zeventig paarden en veulens, maar toch was het een heel zootje dat hij wist te verkrijgen zonder ook maar één gevecht te leveren. Verhalen gingen rond dat hij merries had gestolen uit de weides van de veedrijvers, en dat hij mannen had aangevallen om die te verdedigen. Of dit waar was wist Raven niet, maar opwindend was het wel.

Bij het vallen van de nacht, juist wanneer de eerste sterren aan de hemel verschenen, hoorde Raven opnieuw de luide schreeuw van een hengst, zoekend naar een race, een gevecht, om zijn nieuw verkregen krachten te meten. Bij het echoën van de schreeuw sprong haar veulen op, en ademde diep in om terug te hinniken. Dadelijk beet Raven hem in zijn schouder. 'Houd je toch stil, domme jongen.' Ondanks haar strenge toon voelde Raven een opwelling van trots bij het zien van haar impulsieve veulen. Rain was mooi geworden. Hij had zijn moeders slanke bouw geërfd, maar niet haar zwarte vacht. Over de laatste weken was zijn vacht duidelijk lichter geworden, en Raven vermoedde dat hij spoedig zilver zou zijn, in plaats van Cream.
Raven had net als haar moeder, haar veulen opgevoed om zelfstandig te zijn. Als allereerste van zijn generatie kon hij alle geuren van de kudde onderscheiden. Hij wist hoe de sporen van de vogels eruit zagen en hoe rook eruit zag. Snel was hij ook, zoals Raven's visioen voorspeld had. Hij racete al met plezier tegen zijn maatjes.
Enkele merries waren het niet eens met de manier waarop Yara en Raven hun kinderen grootbrachten. 'Eenlingen zullen ze worden.' Zeiden ze dan. Maar het beste advies wat Raven ooit had gekregen van haar moeder was: 'Hengsten kunnen moeilijk de baas spelen over merries die voor zichzelf kunnen zorgen.' Dus daar hield ze zich aan. Goonda en Koora, en Darla ook, bemoeiden zich er niet mee en waren zoals gewoonlijk de vriendelijkheid zelve. Daar was Raven blij mee.
Het luide antwoord van Kulali deed Raven opschrikken uit haar gedachten. Plots waren haar oren gevuld met geluid. Stampende hoeven en luid geschreeuw van een hengst die zijn kudde beschermt. Rain stond naast haar, en tegen haar andere schouder stond Boon Boon. Alle merries em hun veulens stonden dicht opeen terwijl Kulali woest schreeuwend om hen heen raasde, terwijl Sparrow steigerend de Ramshead op kwam.

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Aug 30, 2018 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

RavenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu