Hoofdstuk 34

1.9K 106 53
                                    

A/n: Boven is Dylan er nog eens ;)

Pov - Victoria

Dylan had zijn vingers strak rond de mijne en trok me mee door het dichte bos. Ik voelde me nog steeds verzwakt en zelfs al deed ik mijn best om kwaad te zijn of opgefokt te raken, het hielp niet om de stem in mijn hoofd terug te krijgen.

Toen Dylan merkte dat ik echt helemaal uitgeput was, stopten we bij een grote boom. In de verte zag ik een enorme muur zich uitstrekken doorheen de begroeiing van het bos. De stenen waren roestig rood, dof wit en beige. 

'Wat is dat daar?' vroeg ik nieuwsgierig. Ik hief met mijn laatste beetje energie mijn arm op en wees naar het grote bouwwerk dat de verdere omgeving afzette.

Dylan duwde mijn arm weer omlaag en drukte zijn warme vingers tegen mijn huid. Het voelde fijn, maar binnenin verlangde ik meer naar Ethan. 

Ik doe dit voor hem, herhaalde ik in mijn gedachten. Ik doe dit voor Ethan.

'Dat-,' begon Dylan, knikkend naar de muur. 'Is het einde van dit rijk.'

'Huh? Rijk? Wat bedoel je, ik dacht dat je zei dat we in de onderwereld waren of zo..' mompelde ik, ik had spijt van mijn domme opmerking.

Dylan keek me streng aan. 'Ja, dat zijn we ook. De aarde is opgedeeld in landen, deze dimensie is opgedeeld in rijken. En geloof me maar als ik zeg dat je nog in het vredigste rijk zit. Je weet hoe mensen de hel zien? Brandend, donker, slecht, dat is dus hoe een van die andere rijken eruit zien.'

Ik staarde naar mijn bruine laarsjes die ik van Lucas mocht hebben. Zijn glimlach verscheen in mijn gedachten. Hij had er in het ziekenhuis zo menselijk uitgezien. Ik had nooit gedacht dat hij een demon zou zijn. Aangezien demon eigenlijk een verzamelnaam is voor ieder duister wezen.

Zouden spinnen dan ook demonen zijn? Of reptielen? Misschien was dat wel de reden waarom mensen bang voor ze waren...

'Waar denk je aan?' vroeg Dylan plotseling. Hij keek me met een liefkozende blik in zijn rode ogen aan. Waarom veranderden ze niet meer terug naar blauw?

'Um, niets belangrijks,' probeerde ik zijn vraag van me af te schudden. Hij keek van me weg en leunde nonchalant tegen de boom aan.

Ik had het enorm koud en voelde zijn warmte tegen mijn schouder. Plots hief hij zijn hoofd en keek me schuin aan. Ik verzette me tegen het bibberen, maar het was al te laat.

Dylan knikte dat we konden gaan zitten tegen de boomstam en legde zijn hand op mijn schouder. Toen ik zat duwde ik me dicht tegen hem aan.

'Wat is je favoriete kleur?' vroeg hij vanuit het niets. Ik gaapte hem aan.

'Wat bedoel je daar nou mee?' 

'Ik vraag gewoon wat je favoriete kleur is. Ik ken je amper, tenminste niet hoe je echt bent, als mens.'

Ik liet mijn blik zakken naar mijn handen, die extreem koud waren en ik nerveus over elkaar wreef. Dylans hand raakte plotseling de mijne en hij legde de zijne er beschermend bovenop. Ik voelde de warmte door mijn vingers stromen.

'Je hebt het erg koud,' concludeerde hij. 'En je bent magerder geworden. Victoria, wanneer was de laatste keer dat je hebt gegeten?'

Ik dacht na, het laatste was het avondmaal bij mijn pleegfamilie. Voordat Mary stierf en ik in het gat viel recht naar deze wereld. Hoe ging het eigenlijk met Ward? Was de politie ondertussen niet al op zoek naar mij?

'Ik dacht dat ik geen voedsel nodig had als demon,' zei ik zachtjes. Dylan legde zijn hand voorzichtig op mijn ingevallen schouder. Ik kreeg het al vlug warmer door zijn aanrakingen.

'Ligt eraan, sommige demonen wel, anderen niet. Voor jou zou het geen verschil maken. Maar je moet ermee rekening houden dat je geen demon meer bent.'

De woorden schoten door mijn hoofd. Het klonk pijnlijk en ik voelde me hol vanbinnen. Ik was er zo aan gewend geraakt om niet meer mens te zijn, dat ik was vergeten hoe pijnlijk het me kon laten voelen.

'Hoe moet ik aan eten komen dan? Ik ga niet jagen en ik heb geen zin om vergiftigde bessen te eten,' zei ik humeurig. Dylan lachte. Wat was er nou weer zo grappig?

'Wie zegt er dat we hier blijven?' Ik gaapte hem voor een tweede keer aan en hij streelde met zijn hand zachtjes langs mijn nek. Ik had de kracht niet om me te verzetten, niet dat dat noodzakelijk was.

'Waar gaan we naar toe dan?' vroeg ik uiterst nieuwsgierig. Dylans lach werd breder.

'Wat dacht je van New York?' 

Ik lachte nu ook en voelde een enorme heimwee naar huis. Ik was eerlijk gezegd blij dat ik deze akelige dimensie kon verlaten. Ik wist dat ik hier niet kon blijven als mens, het zou mijn dood worden. Maar op aarde kon ik misschien mijn oude leven weer oppakken. Freddie zou me zeker weten helpen!

Ik stond langzaam op, me vasthoudend aan de boom om niet te vallen. Ik zou amper een paar meter kunnen lopen, zo verslapt was ik.

'Wacht, Victoria,' zei Dylan bezorgd en snel. Hij stond op en hield me vast zodat ik de boom kon loslaten en hem aan kon kijken.

'Laten we gaan,'  besloot ik, met een lichte vragende toon te horen in mijn stem.

Dylan schudde zijn hoofd. 'Dat gaat niet.'

'Waarom niet? Je zei toch dat ik weg kon,' zei ik stomverbaasd. Ik begon een beetje nors te klinken en keek hem kwaad aan.

'Niet als mens, tenminste niet levend.'

'Wat! Mooi niet, ik ga mezelf niet opofferen als dat is wat je bedoelt,' krijste ik naar hem. 

Hij wendde zijn blik heel even af. Toen hij weer naar me keek, zag hij de pijn duidelijk in mijn ogen.

Mijn schreeuw ontsnapte me en echode door het woud.  

'Dat hoeft ook niet. Ik zal het doen,' zei hij met vaste stem. Zijn ogen stonden vurig rood en zijn mond strak. Hij genoot niet van mijn pijn, en anders kon hij het goed verbergen.

Het mes zat diep in mijn hart en het warme bloed klutste naar buiten. De bladeren onder ons werden nog roder dan ze al waren en ik zakte langzaam weg.

Dylan trok de dolk uit mijn hart en ondersteunde me met een hand tegen mijn rug. 

Pas nu werd me duidelijk waar we waren. Dit was niet zomaar een boom, niet zomaar een muur. Verderop zag ik een glimp van een gesloten poort en berkenbomen stonden in een cirkel rond deze grote eik. 

Dylan legde me neer op de wortels van de eik en ik greep naar zijn wang. Hij drukte zijn hand ook tegen zijn wang en bleef me ondertussen nog steeds vasthouden.

'Heb vertrouwen, het komt allemaal goed, Victoria,' fluisterde hij, zijn ogen verbonden met de mijne. 

Iets in zijn blik en de toon in zijn stem lieten me denken aan Ethan. Pas nu zag ik het, ze waren familie. Misschien neven, misschien broers, maar zeker weten hadden ze een connectie met elkaar.

Mijn hart gaf het op. Precies tijdens de laatste klop, drukte Dylan zijn lippen op de mijne.

- - - - - - 

A/N: Sorry voor het late uploaden, hopelijk liggen jullie nog niet te slapen. hihi, en anders heb je morgen wat te lezen. We zijn weer #3 in fantasy! *applaus

Dank jullie allemaal zooooo veel! Ethan houd van jullie (ik ook hoor).

Demons KissWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu