--- XIV ---

456 30 8
                                    

p.o.v Macaulay

Er zijn acht weken om. Ik weet nog steeds niet waar Vanora is en ik begin me steeds meer zorgen te maken! Ik moet ze vinden voordat ze de baby's krijgt! 

Ik ijsbeer door de troonzaal nu. Lileas zit op de troon en wiebelt met haar benen. Ik wil haar dicht bij me houden zodat ze me kan kalmeren waarneer dat nodig is. Plus dan kon ze niets overkomen! Nooit zou ik haar uit het oog verliezen!

Balgair komt naar binnen. Hij buigt. 'Uwe majesteit' zegt hij, 'er is nieuws.'

'Nieuws' vraag ik, 'van wie?'

'Robena, ze vertelde in een brief dat Vika inderdaad meer eten koopt en telkens vertrekt met een tas vol met eten. Maar waarheen weet ze niet.'

'Stuur twee wachters' zeg ik, 'Vika moet iedere seconden in de gaten worden gehouden.'

'Natuurlijk Sire.'

Hij maakt een buiging en loopt weg. Ik kijk naar Lileas. Ze leunt met haar hoofd tegen de achterkant en slaapt zowat. Ik loop naar haar toe en til haar op. Ze lijkt zoveel op Vanora en ze slaapt ook op bijna dezelfde manier.

Ik til haar naar haar kamer. Beathan is in hun zitkamer. Hij knikt kort naar me. Ik knik ter begroeting kort terug en leg Lileas in haar bed. Ik geef een kus op haar hoofd. 'Goede nacht kleine' fluister ik.

Daarna loop ik terug naar de zitkamer. Beathan staat nog steeds voor het raam. 'Het spijt me dat ik uw dochter alleen liet' zeg ik, 'dat was stom van me.'

'Het geeft niet, de tijd drong. Anders was hij weer ergens anders geweest.'

'Hoe staat het met de ondervragingen?'

'Goed, we moeten er nog een paar. Moet ik Laire en Tibby ook nog ondervragen?'

Ik heb Beathan en mijn oom de hoofd van de ondervragers gemaakt. Zij zorgen dat iedereen word ondervraagd zodat we de spion snel kunnen vinden! En zo kan ik me concentreren op de klopjacht van mijn neef. Ik heb een deel van de wachters eropuit gestuurd om heel het land te doorzoeken. Alle stenen zullen boven worden gebracht zodat Vanora weer snel veilig bij me kan zijn!

'Ja' zeg ik, 'ik vertrouw niemand even meer. Maar wees niet te hard voor Tibby. Ik heb een goed gevoel dat zij het niet is.'

'En Laire?'

'Ik weet het niet met haar, soms zie ik haar een hele dag lang niet en dan opeens weer wel.'

'Kunt u haar niet laten achtervolgen?'

'Dat kan, maar als zij de spion is weet ze dat meteen en speelt ze dat door naar mijn neef. Die zal haar niet meer terug laten gaan. Dan weten we helemaal niets meer!'

Hij knikt. 'Ik zie u morgen weer' zeg ik, 'we moeten allemaal maar eens gaan slapen net als Lileas.'

'Tot morgenochtend, goede nacht.'

'Goede nacht.'

Ik loop naar mijn eigen vertrekken. Als ik naar binnen loop zit Laire op de bank. 'Laire' vraag ik fronsend, 'wat is er?'

Ze barst in huilen uit. 'Laire? Waarom huil je?'

Ik loop snel naar haar toe en ga op mijn hurken voor haar zitten. 'Wat is er?'

'Ik heb u verraden' snikt ze, 'ik ben de spion!'

The Royal Twinحيث تعيش القصص. اكتشف الآن