39. Ontvoerd

99 3 0
                                    

HET PERSPECTIEF VANUIT KEVIN

Ik word wakker en stap voorzichtig uit bed. Voetje voor voetje schuifel ik richting de kamer van Abigail. Ik open de deur, maar zie haar niet. Ik loop richting de werkkamer van Steve. Steve is aan het werk, en ik klop op de deur.

'Kevin, goed om je uit bed te zien. Hoe gaat het?'

'Goed, ik voel me al een stuk beter. Waar is Abigail?'

'Uit eten met Jonathan.'

'Zonder mij?'

'Ze wilde je niet wekken omdat je moet rusten. Jonathan vertelde dat zijn ribben weer helemaal beter zijn en dat hij dat met haar wilde vieren.'

'Specifiek alleen met haar?'

'Ze zei van niet.' 

'Hoe lang geleden is ze weggegaan? En waarheen?'

'Ik geloof 2 uur geleden, naar het café hier om de hoek.' Ik knik en loop met veel moeite via de trap naar beneden. Ik pak mijn jas van de kapstok en sla dat om me heen. Steve komt ook de trap af.

'Waar ga je heen?'

'Ik ga naar Abigail toe.'

'Waarom? Ze is toch bij Jonathan?'

'Dat weet ik, maar ik wil het gewoon zeker weten.' Steve kijkt me aan.

'Goed, maar ik ga wel mee, voor het geval dat.' We lopen naar buiten, richting het café.



We zien zwaailichten en allerlei agenten voor het café staan. Alles is afgezet met lint en er lopen mannen in witte pakken rond. We lopen direct naar een agent toe.

'Wat is hier gebeurd?'

'Er is een melding gedaan van een overval. We hebben de eigenaar vastgebonden teruggevonden in de voorraadkast en een andere man lag bewusteloos vastgebonden voor het fornuis.' Hij wijst naar de twee mannen bij de ambulance. We herkennen Jay meteen.

'Jay, waar is Abigail?' Jay schudt de hand van de agent en kijkt ons aan.

'Ik weet het niet. Ik liep achter haar aan het restaurant in, en toen kwam er een rare man op me afgelopen. Hij vroeg me mee te komen en drukte een pistool in mijn rug. We gingen naar de keuken en hij sloeg me bewusteloos.'

'Waar is Abigail?'

'Ik weet het echt niet...' Steve kijkt naar de eigenaar.

'Heeft u dingen gezien of gehoord toen u in de kast zat?'

'Ik ben al verhoord.' 

'Mijn zusje was in het restaurant. Ik moet weten wat er is gebeurd.' De man kijkt Steve aan.

'Ik hoorde inderdaad een vrouwenstem. Ze schreeuwde de naam Jonathan en vroeg hem waarom hij dit deed. Ook hoorde ik haar iemand Jay noemen en daarna hoorde ik niets meer.' De moed zakt me in de schoenen. Ik kan niet geloven wat ik hoor. Heeft Jonathan echt Abigail ontvoerd? Maar waarom dan? Werkt hij soms voor Tony? Ik had naar haar moeten luisteren toen ze zei dat hij zich vreemd gedroeg. Ik had haar moeten geloven. Als haar iets overkomt, vergeef ik het mezelf nooit...



HET PERSPECTIEF VANUIT ABIGAIL

Ik open mijn ogen en lig in een donkere kamer. Ik ga voorzichtig overeind zitten en voel meteen een duizeling opkomen. Ik herinner me dat ze me iets hebben gegeven, en ik heb geen idee hoe lang ik buiten bewustzijn ben geweest. Ik kom langzaam overeind en kijk om me heen. De ramen zijn afgeplakt en de deur zit op slot. Ik ga over de grond heen, in de hoop ergens een geheim luik aan te treffen. Maar er is niets, en er is geen ontsnapping mogelijk. Ik hoor de sleutel in het deurgat, en ik ga op het bed zitten. De deur gaat open, en Jonathan komt binnen.

'Fijn dat je wakker bent, ik begon me al zorgen te maken.' Hij komt op me af gelopen en ik probeer hem duidelijk te maken dat hij geen stap dichterbij moet komen. Jonathan staat voor me en kijkt me aan.

'Ik hoop niet dat je boos bent.' Hij wrijft met zijn vinger over mijn wang.

'Blijf van me af.' Ik sla zijn hand weg en kijk hem aan.

'Waarom doe je dit? Wat heb ik je ooit misdaan?' Jonathan begint te lachen.

'Eigenlijk niet zo veel, maar ik doe dit in opdracht van iemand.' Ik kijk hem met grote ogen aan.

'T... Tony?' 

'Oh, je kent hem?' Hij haalt lachend een dolk tevoorschijn.

'Ik mag je eigenlijk geen pijn doen, maar als je niet gehoorzaamt, dan ben ik genoodzaakt dat wel te doen.' Hij gaat lachend met het puntje van de dolk over mijn arm. De gedachten aan die droom komen meteen terug. Ik kijk angstig naar de dolk, en bereid me voor op het ergste. Maar er gebeurd niets, sterker nog, hij haalt de dolk van mijn arm af en loopt richting de deur. Hij doet hem op slot, en kijkt me aan.

'Ik wil dat je je uitkleed.' Ik kijk hem aan. Met veel tegenzin doe ik mijn shirt uit. Hij kijkt naar mijn borsten en wil mijn beha losmaken. Ik sla zijn handen weg als hij naar mijn rug reikt.

'Niet zo verlegen, ze zijn vast heel mooi.' Hij duwt me langzaam achterover en hij doet mijn benen in de lucht. Hij trekt mijn broek uit en gaat op me liggen. Hij kust mijn buik en ik walg van hem. Zijn hand reikt weer naar mijn beha, en ik probeer hem te blokken. Hij kust me in mijn nek en blokkeert mijn handen. Met een snelle beweging maakt hij mijn beha los, en hij kust mijn borsten. Ik kijk naar het plafond en bid dat hij me loslaat. Hij wil mijn onderbroek naar beneden doen, maar dan geef ik hem een harde trap. Hij valt van het bed af en komt met een harde klap op de grond terecht. Hij kijkt me kwaad aan. Hij pakt de dolk en steekt hem in mijn arm. Bloed sijpelt langs mijn arm naar beneden, en ik kijk met grote ogen naar de wond en de dolk. Ik trek hem er langzaam uit, waarnaar een pijnscheut door mijn lichaam giert. Bloed stroomt eruit, en Jonathan staat op. Hij trekt zijn shirt uit en doet dat om mijn wond heen. 

'Zeg niet dat ik je nooit geholpen heb.' Hij verlaat de kamer en doet hem op slot. Vol ongeloof staar ik naar het witte shirt om mijn arm, en hoe het langzaam rood kleurt. Ik ben nog nooit zo bang geweest, nog nooit in mijn hele leven.

Wordt vervolgd

Ze is mijn bezitWhere stories live. Discover now