32.0: Voordeel

278 12 3
                                    

Nieuwsgierig naar wat Beer gaat doen loop ik de gang op. Eenmaal aangekomen bij de trap waarbij ik recht in de gang kan kijken zie ik hem staan, naast zijn roodharige zus. Het is dom mezelf af te vragen of hij mijn aanwezigheid opmerkt, maar ik doe het toch. Als de vreemde man tegenover hen richting de deur loopt, zie ik Har inderdaad even een snelle onopvallende blik op mijn gestalte schieten. Ik glimlach en bekijk de situatie beter. De man lijkt geleerd, of hij doet zich zo graag voor. Ouder type, geen vampier - anders had hij me al lang opgemerkt, maar wat dan? Het is pas als de deur dicht gaat dat ik terug aandacht krijg. Rune glimlacht terwijl haar broer soepel de trappen op wandelt, onderweg naar mij.
"Boo," een simpele glimlach rust rond zijn mondhoeken en doet mij ook lichtjes glimlachen. Niet eens buiten adem.
"Beer." Zijn ogen fonkelen ondeugend.
"Het duurde misschien wat lang, ik weet het." Zijn handen leunen op de balustrade terwijl dat grote lichaam zich even geen houding weet te geven, ongemakkelijk onder mijn visie, een blik die naar de albekende hal tuurt. Hoe lang woont hij hier nu al? Inderdaad.
"Een beetje lang? Voor een vampier was dat een eeuw hoor! Ik wou bijna een boek nemen - en dat gebeurt niet snel." Een schuine grijns, hij draait zich terug naar me toe. Dat moet ook, ik wil dat mensen me aankijken als ze met me praten.
"Ik heb wel een verrassing voor je. Jij en Aurus gaan het leuk vinden." Ik grijns, geprikkeld door het aanbod.
"Wat moet ik doen zodat jij het me vertelt?" Har glimlacht mysterieus en trekt een wenkbrauw op als ik al verleidelijk dichterbij ga staan. Ik weet wel wat werkt, maar dat is waarschijnlijk niet zo snel mogelijk.
"Me helpen met een echte opdracht." Ik knik traag, daar had ik niet op gehoopt, maar we willen er beiden vanaf. Of misschien enkel ik, Har wilt het gewoon weten. Zijn grote hand duwt me subtiel in de juiste richting als ik me omdraai, terug naar de vertrekken toe. "Sorry Louis." De woorden klinken vreemd uit zijn mond, maar ontroeren me daarom ook.
"Ik begrijp het niet, maar het is oké." Hij verrast me door snel de kamer van zijn bureau te openen en niet die van zijn, onze kamer.
"We gaan contact met mijn moeder zoeken. Kijken of ze van jou een geleerd man kan maken op gebied van spreuken." Wat? Zoals Maria insinueerde?
"Ik weet niet of ik dat wel wil." Hij wil een wapen van me maken. Ik kan er een zijn, misschien ben ik er al een, maar dan ben ik echt de hoofdagressor. Ik weet niet eens waar deze oorlog om gaat. De liefde tussen mij en Beer? Ik merk hoe ik sta te fronsen en diep na te denken als ik Harry's bezorgde blik zie. Het emerald is zachter, verdrietiger.
"Je moest een kant kiezen, die tijd is gekomen." Ik slik en kijk ongemakkelijk over zijn schouder heen. Hij dwingt me om een keuze te maken.
"En de verrassing moest me voor jou doen kiezen?" Zo achterlijk ben ik helemaal niet. Gekwetst door de hardheid van zijn keuzes trek ik mezelf terug, nu vertrouw ik het niet meer.
"Dat was er een voor mijn vriendje, Boo. Nu ben je Louis, de wicca, deel van een oorlog." Ik schud mijn hoofd en maak een wegwerp gebaar om mijn punt duidelijk te maken.
"Onzin. Ik ben beide Harry! Dit wist je op voorhand. Je kan me niet louter als een wapen beschouwen! Ik ben ook je verdomde vriend, of je dat nu nog wilt of niet." Mijn tanden knarsen op elkaar. Mijn stem is niet verheven geweest. Ik ben zo duidelijk genoeg. Was mijn stem nu maar net iets lager! Harry's ogen zoeken het tapijt af naar een antwoord.
"Wel, dat maakt de keuze alleen maar hartverscheurender. " Ik slik en loop naar het balkon toe. De fles alcohol op dat kleine houten tafeltje ziet er zo verdacht goed uit nu. "Kies voor mij Louis." Het is een zachte fluistering, zo subtiel dat er een rilling over mijn rug loopt. Ik draai me terug om, traag, en kijk hem aan. "Boo." Het duurt even voordat ik kan knikken en met mijn hand door mijn haar wrijf en zucht. Een hand wrijft verward door mijn haar.
"Ik had allang voor jou gekozen Har. Vanaf het moment dat ik die verdomde ring voor je kocht." Een ring die hij niet eens wou accepteren eerst, hoe ironisch. Een snuif verlaat mijn neus bij die gedachte waarna ik mijn hoofd schud. "Ik hoop dat dat nog wederzijds is, want ik ben enorm domme dingen aan het doen." Mijn lichaam neemt terug plaats naast de vampier. Eigenlijk wil ik gewoon naar huis. Naar mijn familie, de velden, de natuur en vrolijk gelach. Weg van deze onzin. Toch kan ik de situatie gewoon niet negeren, ik wil geen problemen voor anderen door mij. Harry is dichterbij gekomen en kust teder mijn voorhoofd. Ik doe mijn ogen toe en leun op die manier tegen hem aan. Mijn ene arm voorzichtig op zoek naar steun bij zijn arm. Ik zucht zachtjes en laat mijn vingers door zijn krullen gaan.
"Ik zie je graag, Louis." Ik kijk omhoog, recht in de wilde emerald bossen, een bos zonder kaart. Ik verdwaal er elke keer in, zonder te weten waar we heen gaan.
"Ik haat dit, laten we ermee opschieten." Ik laat hem los en ga op de bank te zitten, er vastberaden van dat het snel voorbij zal zijn. Beer zijn blik is enkel kritisch, alsof hij het er niet mee eens is, of juist wel.
"Je bent te vroeg geboren, net als mij. Ooit komt het goed, misschien niet in dit leven maar-" Zijn hoofd helt lichtjes schuin, ogen die oneindig ver zijn gericht. Ik ben verward. Met het eerste ben ik het helemaal eens, maar met het vervolg?
"Je gelooft in bovennatuurlijke krachten, zoals een God? Herboren worden?" Dit idee samen met de gedachte aan een koude rationele vampier is zo controversieel. Maar Harry is meer dan enkel een vampier. Hij lijkt soms zo menselijk, hij voelt en glimlacht schuin naar me, op die mooie manier van hem.
"Ja Louis, ik geloof in ons. Zelfs in een ander leven waar wij elkaar tegen zullen komen." Zijn ogen sprankelen alsof hij het leven in een andere tijd al voor zich ziet.
"Mooi zo, ik ook." Harry neemt nonchalant plaats op zijn stoel, het mes tussen wijsvinger en duim. Zijn roze tong is tussen zijn lippen door gekropen. Hij ziet er zo jong uit, te onervaren om deze dingen te doen. Een blik omhoog, recht in de mijne doet me glimlachen.
"Ga maar opzoek naar haar. Controleer je geest op dezelfde manier als hiervoor, enkel doe je het nu omgekeerd. Trek als het ware haar binnen." Het klinkt absoluut raar, maar ik moet het wel proberen. Mijn ogen zijn gesloten als ik terug aan de vrouw haar stem denk. Dezelfde ogen als Harry, de vriendelijkheid en spontaniteit. De naam schiet me te binnen en meteen focus ik me daar op. Ik voel van alles rond me heen vliegen, verschillenden roepen me, trekken aan mijn hemd maar ik duw ze weg. Enkel zij. Het duurt even maar als ik alles afzoek en dan de juiste connectie aanvoel haal ik opgelucht adem. Heel voorzichtig probeer ik haar naar me toe te trekken. Ik wil met haar praten maar het gaat nog niet. Het is pas als ze zelf in mijn geest duikt dat ik naar adem snak en met haar kan praten.

Mijn eeuwige zonde - Larry Stylinson (vampier)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu