Hoofdstuk 11; Camping (2)

6 0 1
                                    

Ik weet dat ik gezegd heb dat ik hier eerder ben geweest, maar waar Micah ons naartoe leidt is nog nooit iemand geweest naast Micah en zijn vrienden. Het is een heel verstopt plekje, en je moet onder een soort rots muur heen kruipen wil je er komen.
Ik kijk mijn ogen uit. Er is zelfs een mini waterval!

Nadat we onze tent hebben opgezet (het is een grote bungalowtent) en de opblaasbedden hebben opgeblazen gaat Micah ons leren om te vissen (ja, we gaan vis eten vanavond...)

"Alle vis die hier zwemt kun je in principe eten" zegt Micah.

"In principe?"

"Je moet ze eerst vangen" lacht hij.
"En daarna natuurlijk bereiden" voegt hij er aan toe.

Manon, Micah en ik staan aan de zijkant van een riviertje met heel veel vissen. Volgens Micah zijn deze vissen sloom omdat er al minstens 2 jaar niemand is geweest, dus wij kunnen ook wel een vis vangen volgens hem.
Kent ie mij nog niet. Een grotere kluns bestaat niet..., en ja hoor, na 15 minuten te wachten hebben Manon en Micah allebei een vis, en ben ik nat. Daarom heeft Micah voor mij een extra vis gevangen, misschien kent hij me toch beter dan ik dacht...

"Ik ga slapen, je wilt niet weten hoe moe ik ben"

Manon geeuwt, rekt zich uit, geeft me een knipoog net als Micah even wegkijkt (hoop ik) en gaat de tent is. Ik weet dat ze liegt, want Manon is nooit moe. Echt nooit.

Micah en ik zitten een beetje verlegen naast elkaar bij het kampvuur. Wat eigenlijk best raar is, want tot nu toe is het nog nooit echt akward geweest ofzo. Misschien komt het doordat we allebei wel weten waarom Manon naar bed is gegaan.

"Mooi kampvuur. Knap hoor"

"Dankje," een korte stilte "heeft mn vader me geleerd"

"O," zeg ik "oke"

Oke... Over akward gesproken. Waarom weet ik nu ineens niets te zeggen.

"Kirsten?"

Ik kijk opzij en kijk recht in Micahs nu bijna zwarte ogen.

En voor ik iets kan zeggen buigt hij zich naar voren en kust me. De kus veranderd al snel in een zoen, en ik merk dat ik terug zoen. Voor mijn gevoel heeft het uren geduurd en toch te kort wanneer Micah zich terug trekt en me aan kijkt met een hele lieve grijns.

"Je wilt niet weten hoe lang ik dat al wilde doen" Zegt Micah met nog steeds de zelfde grijns op zijn gezicht.

En omdat ik niet weet wat ik hierop moet zeggen, zoen ik hem weer.   
En tot mijn opluchting duwt hij zich niet van me af, hij zoent me hevig terug. Ik ga met mijn hand door zijn haren, wat hij blijkbaar fijn vind, want hij stopt niet. Hij gaat met zijn handen onder mijn shirt, maar ik hou hem tegen. Te vroeg. Gelukkig begrijpt hij het, en hoeven we de kus niet te onderbreken.
Als we dat uiteindelijk wel doen, liggen we op de grond en ben ik buitenadem. Volgens bij ben ik nu degene met een grijns op mijn gezicht.

Inplaats van iets te zeggen ga ik met mijn hoofd op Micah liggen. Zo liggen we een tijdje tot dat ik me realiseer dat dit mijn eerste kus was, zou hij het gemerkt hebben? Dat ik nog geen ervaring heb...

"Micah?" Vraag ik.

"Ja?" Komt er uit zijn mond.

"Heb je veel meisjes gekust?"

Ik bijt op de binnenkant van mijn wang. Stom! Waarom vraag ik dat.

"Nee" Fluistert hij. "Jij bent mijn eerste"

"Jij ook de mijne" fluister ik terug. En op dat moment is niks meer belangrijk. Alleen hij en ik, bij het kampvuur.

10 kisses to the southWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu