Hoofdstuk 1. Het loopt niet volgens plan

2 1 0
                                    

Maria: Heden

Een bierglas suisde met een razende snelheid op mijn hoofd af. Net voordat het ding doel kon treffen zakte ik rustig door mijn knieën. Het bierglas explodeerde in een regen van scherven tegen de muur. Precies op de plek waar mijn hoofd nog geen seconde geleden was. Even nam ik de chaos in me op, een glimlach onderdrukkend. Stoelen vlogen door de herberg waar nu bijna iedereen te vuist ging. Een dikke prostituee sloeg een stoel kapot op de rug van een wel extreem lelijke vent die op zijn beurt een jongen bij zijn kraag vasthield. Een stel dwergen jatte het geld van een nobele ridder die een zatte man bij zijn keel tegen de muur aan drukte. De knecht van de herbergier zat in een hoekje in elkaar gedoken met doodsangst op zijn gezicht. Een gitaar werd kapot geslagen op het achterhoofd van een jongen. Julius en een dikke kerel met een geblood bovenlichaam rolde over de grond in een wirwar van vuisten. 

Julius was degene met wie ik nog geen twee minuten geleden nog aan het kaarten was. Ik had hem dezelfde avond ontmoet en hem uitgedaagd. Ik wachtte tot een drietal vechtende kerels voorbij waren gekomen en toen stapte ik naar de tafel waar we hadden gezeten. Ik nam een grote slok van mijn wijn en keek toen in Julius kaarten. Een teleurgestelde 'Oh' ontsnapte mijn lippen. Julius had de overhand. We hadden gewed om twee bronze dukaten. Ik grabbelde in mijn zak en haalde de dukaten eruit. Waarschijnlijk zouden de dwergen de dukaten stelen maar ik houd me aan mijn woord. Ik nam nog een laatste slok van mijn wijn en toen besloot ik dat het hoog tijd was om deze plek te verlaten. Ik keek in het rond voor de beste route en begon toen aan mijn tocht. Ik deed een twee stappen naar voren en toen een stap naar links om een vuist te ontwijken. Terwijl ik weer naar voren liep ging ik door mijn knieen om een tweede vuist te ontwijken. Ik tilde de groene rok van mijn jurk op terwijl ik over Julius en de kerel stapte. De twee waren nog steeds in verhitte strijd. Ik bukte een tweede keer om nog een vuist te ontwijken en stapte toen met een voet op het zitvlak van een stoel. Ik zette mijn andere voet op de rugleuning en verplaatste mijn lichaamsgewicht naar voren. Hierdoor viel de stoel om tegen een tafel aan. Zonder mijn balans te verliezen stapte ik op de tafel. Hier liep ik overheen, voorzichtig zonder de bierglazen kapot te maken die erop stonden. Toen ik aan het eind van de lange tafel kwam maakte ik een sprong door de lucht en kwam met twee voeten op de grond terecht. Van rechts kwam een dronken man met een indrukwekkende snor op me afgerend. Hij had een glas bier in zijn ene hand en de andere hield hij recht omhoog in een vuist. Voor de vuist doel kon treffen pakte ik de hand waar bier in zat vast en zwaaide hem in een dansende beweging in het rond zodat ik op de plek kwam te staan waar hij eerst stond. Door de draaiende beweging verloor de man balans en kwam met zijn achterwerk op een stoel terecht. Hij schrok er zo van dat hij zijn bier liet vallen. Gelukkig kon ik die net op tijd opvangen. Terwijl ik verder ging met mijn dans naar de uitgang nam ik een grote slok bier waarna ik die bij de deur op hoge tafel achterliet. Daar bij de uitgang lag de ellendeling die dit alles veroorzaakt had. Een goed geklede man van rond de veertig. Hij lag bewegingsloos op de grond maar hij ademde nog. Ik schopte voor ik naar buiten liep nog even tegen zijn zij aan. 'Hufter'.

Misschien moet ik een paar stappen terug met mijn verhaal. Het begon allemaal toen ik rustig zat te kaarten met Julius. Julius was een charmante jongen van mijn leeftijd. Hij vertelde dat hij in dit dorp woonde en de beste kaartspeler was van de omgeving. Ik was zelf op doorreis en de omgeving zag eruit alsof er nog geen tweehonderd mensen woonde dus ik durfde hem wel uit te dagen. Man, wat bleek ik daarin fout te zitten. Maar oke, dus we zitten te kaarten. Ik ben er in de tussentijd heilig van overtuigd dat ik aan het winnen ben. Iedereen zit  gewoon lekker op hun gemak bier te drinken, armpje te drukken en sterke verhalen te vertellen. Je weet wel, de standaard activiteiten die in een herberg thuishoren. Toen werd in een keer de rust verstoord. Een goedgeklede man kwam binnen en hij was flink bewapend. In mijn ooghoeken zag ik hem door de deur komen. Hij nam de herberg langzaam in zich op.

Het gedoemde rijkWhere stories live. Discover now