Hoofdstuk 11

141 6 0
                                    

Max zit voorin de auto met mij vader, beide zijn erg diep in gesprek over iets. Ik volg het niet, ik ben rustig maar een soort van Instagram stalken gaan doen. Niet dat het echt zo is, ik ben gewoon wat aan het scrollen op mijn insta feed.

Ik like een paar fotos van andere coureurs en teams terwijl ik een beetje met de muziek van de radio mee neurie.

Als we aankomen bij mijn opa's loods. Zijn mijn vader's broers al volop aan het helpen. Ik heef ze snel een knuffel voordat ze Max groeten. Max trekt me snel aan de kant en fluistert iets in mijn oor.

"Zijn al je familieleden zo? Alsof ik niet eens beroemd ben?" Vraagt Max.

"Nou ja, eigenlijk wel. Niemand in mijn familie boeit het of een persoon beroemd is. We gaan gewoon heel normaal met je om. Dat gillen en vragen voor fotos en handtekeningen vinden we erg overdreven." Zeg ik tegen Max.

Hij knikt en kijkt me erg blij aan. Mijn ooms vinden het erg gezellig dat mijn vader er is en zijn al volop alles aan het bespreken van wat mijn opa wilt dat er gedaan gaat worden.

"Weet je hoe fijn dat is. Dat ik eindelijk een keer iemand anders kan zijn dan alleen maar formule 1 coureur Max Verstappen en gewoon Max kan zijn." Zegt hij erg blij.

"Je bent altijd Max voor me. Je bent zo nuchter en down to earth dat het moeilijk is om te onthouden dat je beroemd bent." Zeg ik als Max naar me glimlacht.

Hij slaat zijn armen om me heen en legt zijn wang boven op mijn hoofd. Ik giechel en geniet van de knuffel die ik van Max krijg. Ik vraag me nu al dagen af hoe ik ooit iemand zo bijzonder en geweldig als Max heb verdient. Hij is zo'n geweldig mens.

"Hey Max! Kan je een beetje tillen?" Roept mijn vader's oudste broer.

"Ja hoor! Kan ik makkelijk!" Roept Max terug.

Hij laat me los en we gaan bij de oudere mensen staan. Hij krijgt een sterke schouder klop en het doet hem niet veel. Wat ik wel snap.

"Dus...wat ben je van mijn kleine nichtje?" Vraagt de middelste.

"Goeie vrienden." Zeg ik tegen hem.

De drie mannen fronsen naar ons maar ik negeer het. Ze zijn altijd al zo geweest al was een jongen met me aan het praten. Ze waren gelijk al dat die jongens me leuk vonden.

"Nou ja. Laten we beginnen, ik neem Max wel mee." Zegt de oudste genaamd Harrie.

"Kom Noortje. Ik weet wat jij kan tillen." Zegt mijn oom. De middelste genaamd Joris.

We knikken onze hoofden voordat we ze volgen en ik Max nog even snel uit zwaai en een gekke bek trek. Hij lacht en ik verdwijn om het hoekje.

*^* Max's Pov. *^*

Ik volg de oudste broer van Noortjes vaders. Ik weet dat hij Harrie heet, een gezellige vent als we richting de loods lopen. Ik zie grote balken en platen liggen. Wat voor mij wel een verandering is sinds dat ik eigenlijk nooit met dit soort dingen help. Ik ken ook eigenlijk helemaal geen klussers of bouwvakkers.

"Je bent een goeie jongen Max." Zegt Harrie uit het niets.

"Dank je? Denk ik." Zeg ik onzeker tegen Harrie.

Ik vind het soms vreemd om complimenten te krijgen die niet te maken hebben met mijn racen. Wat me dan wel even onzeker maakt en moeite mee heb. Ik sta niet sterk in mijn schoenen wanneer het komt op alledaagse complimenten terwijl ik goed kan omgaan met race complimenten.

"Luister, ik ken mijn nichtje. Ze vindt je hartstikke leuk en als ik dat niet kon zien aan haar blik, is het wel duidelijk hoe je haar favoriete racer bent. Ze vind je hartstikke leuk. Maar ze is erg onzeker en ziet het vaak niet wanneer jongens haar leuk vinden dus moet jij de eerste stap zetten, ze is echt blind op die manier." Zegt Harrie tegen me.

Baby blauw: MVWhere stories live. Discover now