De man

84 4 0
                                    

Een stekende pijn dringt zich diep door in mijn lichaam en dringt al mijn emoties, gevoelens en waarnemingen weg. Langzaam voel ik warmte langs mijn rug stromen, de warmte stroomt uit mij zonder dat ik er iets aan kan doen. De ijzeren greep waarin ik werd vastgehouden voorkomt dat ik op de grond val. Ik ril van de warmte die mijn lichaam verlaat en de pijn die hij achterlaat. Ergens op de achtergrond hoor ik geschreeuw, als dat van een dier dat een langzame, pijnlijke dood sterft. Het geluid klinkt dof in mijn oren maar helder in mijn hoofd, alsof ik het geluid zelf maak. De wereld kleurt fel je mijn ogen, de groene bladeren lijken wel licht te geven bij de diepbruine barst van de boom. Zoveel licht komt er vanaf dat ik mijn ogen  er niet langer dan 5 seconden naar kan laten kijken. Het geschreeuw neemt af en maakt plaats voor verschillende geluiden, geroep van een afstand en geroep van achter mij. Mijn hersens hebben alleen nog moeite om iets zinnigs van het geroep te maken. Vanuit mijn rechterschouder stroomt de kou verder mijn lichaam in en ik krijg meer moeite om op mijn benen te blijven staan.
Dan ineens, alsof ze helder en vergroot zijn, zie ik twee bruine ogen. Ogen die ik herken zonder dat ik de naam erbij weet. De ogen kijken me schuldbewust en verontrustend aan. Naast de bruine ogen zie ik een tweede paar ogen tevoorschijn komen, en nog een. Alsof mijn hersens weer weten dat ogen bij een gezicht horen zie ik het hoofd van Luke. "Luke" hoor ik helder in mijn hoofd "help  me dan zoals je had gezegd". Ik wordt door elkaar geschud wat nog meer warmte uit mijn lijf haalt en ik herhaal "Luke,  help me dan". Een wazige vlek komt aan de rechter kant van mijn hoofd, op precies hetzelfde moment zie ik beweging rond de gezichten. Nog geen seconde later hoor ik een schot, zoals dat net ook klonk. Een hard, koud en angstaanjagend geluid wat je hersenen altijd zullen herinneren. Ik bereid me voor op een pijnscheut maar die komt niet. De ijzeren greep die me staande hield verslapt en ik val. De val duurt langer dan normaal, of mijn hersenen werken sneller dan normaal, maar het duurt lang voordat ik iets tegenkom als ik richtig de grond ga. Maar de landing is niet hard zoals logisch is op een bosgrond. Ik val op een redelijk zachte ondergrond. Ondanks dat dringt een tweede pijnscheut zich, op dezelfde plek als eerst,  mijn lichaam binnen. Weer hoor ik een onmenselijke schreeuw en dan heerst er totale stilte.

Het leek wel uren voordat iemand naar me toe kwam, een bezorgd hoofd boog zich over het mijne. Voorzichtig werd ik op de harde bosgrond gelegd en de pijn werd daardoor dragelijker. De kou bleef zich alleen verder verspreiden in mijn lichaam, het was al doorgedrongen tot mijn onderbuik. Dan voel ik een druk een een vreselijke pijn op mijn rechterschouder. Vaag hoor ik "...druk uitoefenen.... bloed....dood...." maar de pijn wennen de kou brengen me naar de zoete wereld van de bewusteloosheid en daar stond hij dan, Dave wacht al op me.

Dave

Ik loop met hem mee, de trap af het bos in. Niemand kijkt om terwijl we langs hen lopen, alsof ze ons nieten zien. Lang lopen we zonder dat iemand iets zegt. Ik voel me top fit en heb geen last van mijn buik. Na een kwartier lopen stopt de man en draait zich naar me om.
"Dave,  je hebt drie opties. Optie een, je blijft met me meelopen en zal zien waar je samen met mij uitkomt. Als je optie een kiest heb je twee mogelijkheden, of je spreekt de waarheid, of je liegt. In beide gevallen kom je ergens anders uit. Optie twee, je volgt je eigen weg, zonder mijn hulp  en aanwijzingen. Waar je dan uitkomt hangt van jezelf en je toekomstige keuzes af. Optie drie, je loopt richting het noorden en komt bekenden tegen op je pad, sommigen kun je helpen,  sommigen niet. Of je dan nog terug kan is onbekend,  net als wie je tegen komt. De keuze is aan jou." Ik kijk hem verbaasd aan. "Sorry, maar wie bent u? Ik heb u nog nooit eerder gezien namelijk." De man knikt "Wie of wat ik ben is een mysterie,  sommigen zien mij vaak, sommigen zien mij nooit en sommigen willen mij niet zien. Wie of wat ik ben is niet de vraag, de vraag is wat je kiest. Zodra je de keuze hebt gemaakt weet je wie of wat ik ben." Nou, lekker duidelijk dan denk ik. De keuze is aan mij, en ik snap de opties maar half. Stel ik ga met hem mee, dan is mijn pad uitgestippeld, nagenoeg onwijzigbaar aangezien ik niet lieg.  Dan is kan ik nog kiezen of ik mijn eigen weg wil zoeken  of naar het noorden ga. "Je moet wel opschieten, ik moet anderen ook nog begeleiden vandaag." Ik twijfel, zal ik helpen, en hopen dat ik Emma kan helpen, of zoek ik mijn eigen weg. Ik loop even bij de man weg om na te denken. Kan ik Emma alleen achterlaten... Nee,  nooit. Ik zou dat nooit kunnen. Ik draai me om en de man is verdwenen, het enige wat ik zie ik een pijl. Langzaam loop ik richting de pijl en voel gebrek achter mijn navel.
Opeens draait de hele wereld om me heen draait, mij  voeten komen van de grond en ik zweef over het bos heen. Het beste gevoel dat ik ooit heb gehad, gewichtloosheid. Ik zweef een tijdje rond en zie dan jongens vanuit mijn ooghoek een groep mensen lopen. Ik zweef nog even door  en sta dan weer op de grond in een open plek. "Emma?" Ik loop wat rond in de hoop haar te vinden. Niks, ik ren door  het bos, hopend dat ik haar tegenkom. "Emma!" Niks, dus ik ren door.  Ik kom ineens op een open plek en daar staat ze dan. Enkels vastgebonden, arm in het gips en een touw om haar middel. En toen zag ik hem, de man met de ijsblauwe ogen. Hij beukt op Emma in en ik wordt er boos van, ik ren richting de man en probeer hem weg te duwen van Emma. Het helpt niet, het lijkt net alsof ik een vestje ben die je met een zucht wegblaast. Vanuit het niets stopt hij met slaan en hij grijpt Emma vast. Nog geen seconde later hoor ik hem roepen en ik zie de politie in de struiken staan. Waarom doen ze niks, help haar dan! En dan een schot...

OpgeslotenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu