Drakenrijder

By PhoenixPhee

4.9K 666 85

- Kronieken van de Wildernes - - De delen volgen elkaar niet chronologisch op, verhalen kunnen apart gelezen... More

Kronieken van de Wildernes
1_Part_1
1_Part_2
1_Part_3
2
3_Part_1
3_Part_2
3_Part_3
4
5_Part_1
5_Part_2
5_Part_3
6.
7_Part_1
7_Part_2
7_Part_3
8
9_Part_1
9_Part_2
9_Part_3
10.
11_Part_1
11_Part_2
11_Part_3
12
13_Part_1
13_Part_2
13_Part_3
14
15_Part_1
15_Part_2
15_Part_3
16
17_Part_1
17_Part_2
17_Part_3
19_Part_1
19_Part_2
19_Part_3
20
21_Part_1
21_Part_2
21_Part_3
Epiloog

18

60 10 1
By PhoenixPhee

Kou. Het is iets waarvan hij niet had gedacht dat gevoel nog ooit te kennen. Hoe zijn ledematen stijf aanvoelen, zijn vingers gevoelloos, zijn gedachten zwaar. Hoe zijn lichaam-loze gedaante ernaar verlangt om te bewegen, om te rillen, om die eindeloze, verzwakkende kou voor altijd uit zijn ziel te verdrijven.
Eonenlang wist hij niet hoe het voelde om het koud te hebben, al die eindeloze winters in de bergen wist hij niet dat hij ooit zou weten wat warmte was, hoe het was om het koud te hebben. Hij verlangde ernaar, met heel zijn hart, om ooit weer te weten hoe het is om te voelen.
Hoe het is om mens te zijn.
Hij smachtte ernaar, had de hoop al opgegeven. Nooit zou hij opnieuw dat gevoel kennen van die meedogenloze stramheid die komt op koude winterdagen als men ouder wordt. Nooit zou hij weten hoe de vederlichte aanraking van een zonnestraal, een sprankje warmte voelde. Hij wist niet meer hoe het was en zou het ook nooit meer weten.
Nu de kou door de kieren van het paleis sijpelt, over de vloer kruipt en vanuit het plafond langzaam op hem neerdaalt, verlangt hij weer naar de dagen waarop hij zich niet meer bewust was van gevoel, waarop alles zo verdoofd was als de dood. Hij wil rillen, maar zonder lichaam zijn er geen spieren die hij aan kan zetten tot het verwarmen van zijn geest. Slechts de eeuwige vlammen van het zonnevuur kunnen hem verwarmen, maar zijn lievelingen liggen opnieuw in niets meer dan flakkerend kaarslicht. Nu hij weer weet wat warmte is, kan hij niet meer zonder. Wat is er mis gegaan? Waar zijn lievelingen eerst lagen te bakken in een stevige vlam van een aantal vuisten hoog, leeft hij nu weer in de angst dat de vlam zal doven en alles verloren is. De Ware Drakenrijder was zo dicht bij zijn doel, maar het lijkt alsof hij nu verder weg is dan ooit tevoren. Hij zucht, en de kleine stofdeeltjes in de lucht voor hem worden weggeblazen. Gezien het feit dat zijn leven toch al gewijd is aan wachten, zit er niet anders op dan zijn geest te vermaken met iets anders dan doelloos voor zich uit kijken. Hij moet weten of er iets is gebeurd in het leven van de Laatste Drakenrijder dat kan helpen bij het herrijzen van het meest krachtige koninkrijk ooit, het rijk waarin de draken heersen, en men oorlog niet kent. Hij moet weten of er een aanwijzing is in de herinneringen van Eagon Sheng-du.

Met de daad van Phyre was er niemand meer die Meester Gotuku tegensprak bij zijn beslissing om de draken mee te laten vechten bij de strijd tegen de Hantá. Alle strijders, jong en oud, wilden niets liever dan wraak nemen voor hun dierbaren die ze hadden verloren bij de slag om Oswaïne, of de slag om de Stad van de Drakenrijders, of een van de andere tientallen aanvallen die gepleegd waren tegen het regime van de draken. Er werden direct plannen gemaakt om de eerste aanval volledig uit te denken. Dankzij haar abrupte beslissing om Meester Pacem te vermoorden, en haar krijgskunsten die veel beter waren dan die van de gemiddelde strijder, werd ze direct toegelaten in de Oorlogsraad, een variant op de krijgsraad waarin bepaalde leden uit de krijgslaad vervangen konden worden voor anderen, 'om tot betere beslissingen te kunnen komen in tijden van nood'. In andere woorden, er diende een nieuwe raad gevormd te worden waarin Meester Gotuku en Phyre hun zin konden doordrijven. Zo gebeurde het dat Meester Gyan werd verbannen naar een verre uithoek van de Wildernes, zogenaamd voor zijn eigen veiligheid. Met pijn in zijn hart had Eagon afscheid van hem genomen, de man was een plaatsvervangende vader voor hem geworden nadat hij hem alles over draken had geleerd. Toen Eagon in een opwelling had geopperd om met de man mee te gaan en alles, zelfs Phyre, achter hem te laten om opnieuw te beginnen, had Meester Gyan triest glimlachend geweigerd. "Nee, jonge Heer Eagon. Het is mijn lot om alleen te gaan. Jouw lotsbestemming licht hier, en hier zal je de taak die jou is toebedeeld uitvoeren." Meester Gyan had hem een klopje op zijn hoofd gegeven, en hem doordringend aangekeken. "Beloof me, Heer Eagon, dat je jouw taak uit zal voeren, totdat deze volledig is voltooid." Hij had geknikt en met tranen in zijn ogen aan de man beloofd dat hij zou doen wat hij maar kon om er voor te zorgen dat ze de oorlog zouden winnen, en dat de draken zouden blijven heersen. "Je taak wordt je vanzelf duidelijk, jonge Eagon. Maak me trots." Daarna had de oude man zijn spullen gepakt en uitgebreid afscheid genomen van zijn draak, een klein, maar oud wezen, net als hij. Na die laatste woorden heeft niemand hem ooit nog gezien, het was alsof hij was verdwenen uit de Wildernes. Of hij gestorven was, was onduidelijk, maar hij was weg, dat was zeker.

"Je taak wordt je vanzelf duidelijk, jonge Eagon. Maak me trots." Meester Gyan's laatste woorden. Toentertijd wist Eagon niet wat daarmee bedoeld werd. Het is hem maar al te duidelijk geworden. Toch weet hij, dat zelfs al had hij het niet beloofd aan Meester Gyan, dan had hij de opoffering toch gedaan. Want dat is wat hij moest doen als Laatste Drakenrijder. Dat is wat Eagon Sheng-du moest doen.

"Servire Ignem Aeternum, vurige Jongeling," klinkt de stem van Solani Noxulim in zijn hoofd. "Die enim bona, custos ignis," antwoordt hij. Eagon staat in de opstijgtoren als hij een diepe buiging maakt om zijn draak te begroeten. Als Solani Noxulim dichterbij komt, merkt hij dat al vlug aan de hete adem die in zijn nek blaast. Hij laat het wezen in zijn gedachten kijken, een van de oefeningen die Meester Gyan hem voor het laatst leerde voordat hij werd verbannen naar een uithoek van de Wildernes. Zo weet zijn draak direct wat hem te wachten staat. Het duistere, dodelijke wezen weet nu dat het wordt verwacht dat hij samen met de andere draken en hun berijders zal strijden tegen de Hantá, om het tikken van de tijd en het verlangen van de mens naar iets nieuws te kunnen doorstaan. De Hantá willen alleen maar verandering nadat de Draken eonenlang geheerst hebben over de Wildernes. Nou, als verandering is wat ze willen, dan kunnen ze het krijgen! De Draken zijn geen wezens om mee te sollen, dat ze staan voor vrede wil niet zeggen dat het noodzakelijk is om geweldloos te heersen. Hij merkt aan de beelden die hij te zien krijgt van Solani dat het wezen redelijk terughoudend is. Als de meest duistere Draak van de gehele Wildernes komt dat voor hem als een grote verrassing. Hij had verwacht dat nadat de eerste Draken stierven bij de eerste aanval op de Top der Koningen, alle Draken meteen uit zouden zijn op wraak. Maar nu blijkt... zelfs de meest gevaarlijke Draak van de gehele Wildernes, Solani Noxulim, houdt liever vrede dan dat hij zich inlaat met geweld, en dat terwijl de opties eindeloos zijn met een machtig wezen zoals hij. Eagon zucht, en probeert Solani gerust te stellen en hem ervan te overtuigen dat dit het juiste is om te doen.
Goed lukt het hem niet, en hij merkt dat hij zelf ook niet helemaal achter het besluit van de Oorlogsraad staat. Hij denkt na over de mogelijke gevolgen van het inzetten van de Draken. De eeuwige vrede zal verwoest zijn, maar er is op dit moment ook niet echt sprake van vrede, nietwaar? Als de Draken meehelpen met het strijden tegen de Hantá, zullen ze al vlug verslagen zijn en zal er opnieuw vrede zijn in de hele Wildernes. Dat is toch wat ze willen?
En misschien krijgt hij zijn lieve Phyre weer terug. De Phyre van vóór de tijd dat de Hanta de Stad van de Drakenrijders aanvielen. Dat is wat hij wil. Angstaanjagende, moordende, koelbloedige Phyre moet weer zíjn Phyre worden. De lieve, zachtaardige, vrolijke Phyre.
Toch twijfelt hij of dat gaat lukken. Wie weet blijft zijn vriendin wel voor altijd verteerd door haat. Misschien zal ze niet meer veranderen. Maar hij moet het weten, hij moet het proberen, hij kan haar niet teleurstellen.
Hij voelt hoe Solani medelijden met hem heeft, maar hij weigert het te erkennen. "Paetinet, custos ignis," verontschuldigt hij zich, "maar ik moet het proberen. De Oorlogsraad heeft besloten om morgen een aanval te doen op de Hantá in de buurt van Kevildr, waar we vermoeden dat het grootste deel van de leden van de Hantá zich bevinden. Phyre en ik zullen samen met jou aan de frontlinies staan. Het komt goed, vertrouw me. Fiducia."
"Fiducia," herhaal het wezen in zijn hoofd, maar nog altijd klinkt het diepe klankgeluid van Solani terughoudend en sceptisch. Toch is het alsof de eonenoude Draak hem niet teleur wil stellen, en daarom maar met hem instemt.
Als hij de opstijgruimte enkele uren later verlaat, kan hij niet helpen om te denken aan Meester Gyan's woorden. "Voer jouw taak uit. Maak me trots," had hij gezegd. Is dit wat zijn taak is? Wat zou het anders kunnen zijn?

Als hij terug kon gaan in het wiel van de tijd, dan had hij het gedaan. Dan had hij er met wil en macht voor gezorgd dat de jonge Eagon meer was gaan twijfelen aan zichzelf, aan de woorden van Meester Gyan, aan het besluit van de Oorlogsraad. Dan had hij verteld wat de gevolgen voor hem zouden zijn. Wat de gevolgen voor de gehele Wildernes zou zijn. Maar hij kan niet anders dan twijfelen of hij dan een andere keuze had gemaakt. Phyre was alles voor hem, was alles voor

"Volarent ad caelum, custos ignis." Geruisloos schiet Solani de hoogte in. Eagon krimpt even ineen als Phyre zijn middel haast fijnknijpt met haar armen, maar laat zich dan meevoeren met de wind, waarna het bekende gevoel van extase hem overmant. Het is een intimiderend gezicht, honderden draken die geruisloos met hun gigantische vleugels klappen, wachtend op het bevel van hun berijders. Alle berijders, die in stilte kijken naar Meester Gotuku totdat hij hen voorgaat richting Kevildr, waar ze de Hantá voor eens en altijd zullen elimineren. Eagon rolt met zijn schouders en knakt zijn nek, kraakt zijn knokkels. Hij is er klaar voor. Als het nu niet gebeurt, dan gebeurt het nooit. De Hantá moeten weg. Hij kijkt nog eens naar hun leger, en ziet Draken in de hemel zo ver als hij maar kan kijken. Grote, donkere wezens met een adem zo heet als het Eeuwige Vuur van Heer Torin, dodelijk als de wraak van een heel volk. Hij voelt Phyre's zachte adem in zijn nek, en hoopt met heel zijn hart dat hij haar na deze bloedige strijd weer terug zal zien, dat hij haar weer vast kan houden zoals eerst, dat ze haar haat en wraak voor hem opzij kan zetten. Misschien kunnen ze een familie beginnen, lang en gelukkig leven. Hij wrijft kort over haar bovenbeen, maar ze trekt deze snel uit zijn bereik.
"Focus, Eagon. Focus op de strijd," zegt ze alleen, een boze ondertoon in haar stem.
Hij slikt en zucht, maar accepteert het. Als haar vermoorde familie is gewroken, zal ze wel bijtrekken. "Fiducia," mompelt hij tegen zichzelf. "Fiducia."
Niet lang daarna hoort hij de lage toon van de hoorns, die aangeeft dat de eersten mogen vertrekken, waarna een enkele uren lange vlucht volgt. De lucht is koud, en de zenuwen gieren door zijn lichaam. Hij weet dat ze goed beschermd zijn. Solani staat tot zijn beschikking, hij heeft een zwaard voor als hij Solani kwijtraakt - wat hij niet van plan is - en Phyre draagt een boog en een koker met minstens honderd pijlen. Als zijn handen zijn verdoofd en hij langzaam afdwaalt met zijn gedachten, klinkt het signaal. Ze zijn er. De strijd zal beginnen. Het is nu, of nooit.
Hoewel hij weet dat hij geacht wordt helemaal aan het front te vechten, kan hij het niet laten zo lang mogelijk te treuzelen. Hij staat achter zijn doel, het vernietigen van een gevaar voor het heersen van de Draken, maar zelfs dan wil hij Phyre, zijn Draak en zichzelf niet in gevaar brengen. Wetend dat Phyre hem niet kan horen, fluistert hij zijn Draak nog iets toe. "Custos ignis, als je in contact komt met direct levensgevaar, of als Phyre in levensgevaar is, twijfel niet om terug te keren naar huis. Jullie moeten overleven, koste wat kost."
Hij voelt hoe Solani met hem instemt, en dat stelt hem gerust. Wat er ook gebeurt, op zijn Draak kan hij vertrouwen. Er zal niets met hem of met Phyre gebeuren. Over zijn eigen leven valt dat nog te bezien, maar dan heeft hij in elk geval zijn lotsbestemming uitgevoerd tot aan zijn laatste adem. Hij haalt nog eenmaal diep adem, en zet dan het majestueuze wezen aan tot een vlugge daling.
"Descendit."


***
Hola!
Ik weet niet waar ik de motivatie om zoveel te schrijven vandaan heb gehaald, maar tadaa! Binnen een week twee updates :D
Ik verwacht niet dat de volgende update weer zo snel komt, maar we kunnen allemaal hopen. Aangezien ik nu tot de examens zo goed als geen huiswerk meer heb (behalve het maken van oefenexamens bij elke les voor elk vak, joepie), hoop ik meer tijd te kunnen besteden aan Drakenrijder, maar nogmaals: ik geef geen garantie dat dat ook echt gebeurt.
Bij deze de vrije vertalingen van het Latijn in dit hoofdstuk:
"Servire Ignem Aeternum, custos ignis" -  Voor eeuwig zal ik het vuur eren, wezen van het vuur
"Paetinet" - Excuses
"Fiducia" - Vertrouwen
"Volarent ad caelum" - Vlieg naar de hemel
"Descendit" - Daal af

See ya around!
Liefs, Sanne


Continue Reading

You'll Also Like

4.3K 300 31
Iedereen heeft z'n eigen verhaal en verleden. Net als 5 jongens die in 1 huis worden gestopt. Zouden ze zich openstellen aan elkaar? En kan iedereen...
1M 12.9K 52
Raven is een doodnormaal tienermeisje, oké doodnormaal kun je het niet noemen. We zullen zeggen een 18-jarig tienermeisje met een lichte obsessie vo...
Ultraviolet By Evita__M

Science Fiction

39.9K 2.5K 109
Een nieuwe ziekte, de Zwarte Pest, teistert de inwoners van Valis. Kinderen worden verplicht om zich te laten vaccineren, maar dit alles blijkt een l...
59.6K 2.1K 33
Vrachtpiloot en handelaar Jayden Aktar botst tijdens een bezoek aan een van zijn favoriete ruimtestations tegen de exotische en uitbundige Emma op. A...