"Hij slaapt maar u mag naar binnen, moet die agent echt mee?" Ik hoor een diepe zucht, dan is er het bed dat zachtjes indeukt en een hand die zachtjes de haren van mijn voorhoofd vegen. "Je bent een sukkel weet je dat?" zij is het. "Alleen jij krijgt jezelf knock-out door uit een stilstaande auto te springen met je bezopen hoofd." Het is even stil en ik voel hoe ze beweegt op het bed, hoe haar handen zachtjes mijn gezicht verkennen. "De dokter zegt dat je je misschien dingen niet meer herinnert....kleine dingen vooral. Ik hoop dat je je mij herinnert...want ik zal je nooit vergeten. Het spijt me van alles Cal....echt.. Ik had niet zomaar weg moeten gaan, ik had je niet bang moeten maken...ik...ik was zelf gewoon bang. Bang dat..dat ik je pijn zou doen...dat ik je pijn zou doen met mijn pijn. Het spijt me echt." Haar lippen zijn zacht op de mijne. "Ik houd van je, echt waar. Misschien heb ik toch niet van alles spijt. Ik heb er geen spijt van dat ik voor je viel...dat ik verliefd op je werd. Ik houd van je."
"Floor?" Ze zucht en kust me nogmaals zacht, dan veert het bed zacht terug omhoog. Langzaam open ik mijn ogen. "Wacht...." mijn stem is zwak maar ze draait zich direct om. Tranen in haar ogen. "Calum..." ze laat zich weer op de rand van het bed zakken en de jongen bij de deur verdwijnt uit de kamer. "Hey..." haar hand is zacht tegen mijn wang. "Hey.." zwak probeer ik mijn hand op te tillen, ze pakt die vast en legt deze tegen haar wang. Tranen beginnen te stromen. "Het spijt me zo Calum...het spijt me zo ontzettend," haar stem sterft weg in een regen van tranen. "Ik houd van je..." ze kijkt me aan, bijt op haar lip en bloost. "Ik ook van jou," ik glimlach naar haar, voor zover dat gaat.
De dagen die volgen zijn hectisch, ik moet een aantal onderzoeken ondergaan en er zijn constant mensen bij me. Natuurlijk komen de jongens langs. Chastity komt apart langs, tranen in haar ogen. Iedereen lijkt te hebben gedacht dat ik het niet zou halen. En dan...dan mag ik eindelijk naar huis. Luke helpt me in te stappen in de auto. Lachend luister ik naar het verhaal dat hij me verteld. "Was ik zo dronken?" Hij grinnikt. "Dat kun je wel zeggen."
"Dit is niet de weg naar huis?" vraag ik hem. "We moeten nog even iemand ophalen. Die vriendin van jou is maar een rare hoor." Ik glimlach. We stoppen bij het politiebureau en langzaam loop ik achter Luke aan naar binnen. "Aah, heren. Jullie komen onze relschopper ophalen?" Luke knikt en aarzelend volg ik de man naar het cellenblok een stukje verderop. Ik begin hard te lachen wanneer ik Floor op haar kop tegen de verste celmuur zie staat. "Wat doe jij nou?" Ze opent haar ogen en zorgt dat ze snel weer rechtop staat. "Calum!" ze klinkt rustig, vrolijk ook. De politieagent schud zijn hoofd. "Aah kom op Jimbo, ik heb me toch gedragen? Nou niet flauw gaan doen he?" Hij opent de celdeur en ze springt in mijn armen. Wankelend zoek ik naar evenwicht. "Oeps," blozend kijkt ze me aan en ik druk mijn lippen snel op de hare. "Oeps," zeg ik. Ze glimlacht breed en schud haar hoofd. Luke en de agent kijken glimlachend toe en een aantal agenten klapt vrolijk. "Ik houd van je," fluistert ze. Ik glimlach breed.
"Kun je deze papieren nog even tekenen?" De agent duwt haar een stapel papieren in haar handen. "Jim...moet dat?" De man knikt. "Ja dat moet, lees nou maar." Samen kijken we naar de papieren die voor ons op de balie liggen. "Ik ben een idioot," leest ze hardop. "Weet ik Jim, weet ik. Is dit een grapje?" Hij knikt en de andere agenten lachen geamuseerd. "Sukkels," mompelt ze. "We gaan je missen hoor," een jongeman verschijnt naast Jim en trekt een pruillip. Floor glimlacht. "Kan nooit lang duren voordat ik mezelf weer in de nesten werk, dus mis me maar niet te veel." De jongere agent omhelst haar kort en ze glimlacht vriendelijk naar hem. "Bedankt dat je wat leven in de brouwerij hebt gebracht," Jim schud Floor de hand, "kom maar eens langs voor een kop koffie." Ze knikt. "Beloofd."
Die avond liggen we in bed. De hele middag is wat vreemd geweest. Verhalen van wat er is gebeurd, iedereen die ongelofelijk blij was, iedereen die aan het huilen was. We hebben niets gehoord van Lilly en ik weet dat dat Floor dwars zit. "Calum?" haar stem vibreert door mijn borst. "Ja?" Ze kijkt op en bijt op haar lip. "Wanneer zullen we trouwen?" Tranen springen in mijn ogen en ik kus haar zachtjes. "Na de examens?" Ze denkt even na. "Dat duurt nog wel even......maar je bent het wachten waard." Ze kust me zachtjes. Alles is zoals het moet zijn.
LILLY'S POV
Ik check voor de tiende keer mijn telefoon. Ik heb het koud en het ziet er naar uit dat het zo zal gaan regenen. Gisteren heb ik George betrapt met een ander..... Nu ben ik alleen. Ik heb helemaal niemand meer...en dat is mijn eigen schuld.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
I hope there's someone left who's reading this and if I'm all alone it's just my fault. Daar is dan (FINALLY HALLELUJA) een nieuw hoofdstuk, het is enorm druk en hectisch de laatste tijd, school, stage, thuis......slapen doe ik vaak niet, maar ik ben te moe om iets te doen. Vanavond MOEST ik schrijven.
You're all beautiful, no matter what they say. Words won't bring you down. Lees het goed, want ik weet dat het soms ontzettend makkelijk lijkt om te zeggen dat woorden ons niet raken, dat ze ons geen pijn doet, de waarheid is, dat doen ze wel.
Please love yourselves they way you love someone else. Jullie zijn allemaal prachtig, no matter what they say. Ik geloof in jullie allemaal. xxx
JE LEEST
Getting up and falling down
FanfictionLife is like the ocean, you get up on a wave, just to fall down again..... Hoe red je iemand die niet weet of hij wel gered wil worden? En hoe is het dat de redder soms degene is, die redding nodig heeft? An Ashton Irwin fanfic.
I exist...but I'm not here
Start bij het begin
