Hoofdstuk 1

345 12 4
                                    

Bella haalde diep adem, hield het even in en ademde toen weer uit. Ze opende haar ogen en keek uit het raam. Ze woonde vlak naast het weeshuis zodat ze altijd de wezen kon helpen als er iets was. Ze genoot van de rust en de vogels die buiten zongen. Er schenen zonnestalen op haar gezicht en de dag kon niet beter beginnen. "Volgens mij wordt dit een geweldige dag," zei ze in zichzelf. Ze had de woorden nog niet uitgesproken of ze hoorde hoe een paar wezen alweer ruzie maakten. Ze hoefde niet eens te vragen wie het waren, want dat wist ze wel. "Kunnen ze voor één week eens geen ruzie maken?" zuchtte ze. Ze kleedde zich snel aan en haastte zich naar de wezen. Toen ze daar was zag ze dat iemand haar al voor was. Nina, een sterke vrouw van rond de dertig, hield twee jongens uit elkaar en haar dochter, Nell, ontfermde zich over een meisje dat met een blauw oog op de grond zat. "Zijn jullie nou helemaal gek geworden?!" galmde Bella's stem door de kamer. De drie wezen durfden haar niet aan te kijken. Als zij haar stem zo verhief, wisten ze dat ze een groot probleem hadden. "Kijk me aan, alle drie!" De wezen keken haar aan en zagen dat haar ogen vuur spuwden. Ze zaten diep in de nesten. Bella keek ze een voor een indringend aan. "Ik schaam me diep, horen jullie me? Er gaat zowat geen dag voorbij of jullie slaan elkaar de hersens in. Moet ik nou serieus een persoonlijke begeleidster aan elk van jullie koppelen om te zorgen dat jullie elkaar met rust laten en gewoon normaal met elkaar om gaan? Toen jullie nog klein waren zag ik het nog wel eens door de vingers, maar jullie zijn nu vijftien. Het wordt hoog tijd dat jullie eens als volwassenen met elkaar om leren gaan." Ze liet haar woorden bij hen bezinken en zag dat ze hun hoofden bogen uit schaamte. Ze hield er niet van om iemand straf te geven, maar dit keer moest ze wel. "Goed, wat betreft jullie straf..." Vrijwel meteen schoot het hoofd van de kleine jongen omhoog. "Maar Bella...," begon hij en hield meteen zijn mond. "Het kan me niet schelen wie begon en wat de oorzaak was! Jullie moeten leren met elkaar te leven, of je het nou leuk vindt of niet!" Ze wees naar de grote jongen. "Jij gaat meester Buick helpen in de keukens." "En jij gaat meester Nicolaas helpen," zei ze wijzend op de kleine jongen. "Wat jou betreft, jij gaat mevrouw Linda helpen." De grote jongen protesteerde als eerste, maar dat maakte dat Bella alleen maar bozer werd. "Dat zijn dan twee weken corvee voor jullie allemaal!" Daar was het meisje het niet mee eens en dat werd nu dus drie weken corvee. "Heb jij nog iets te zeggen?" De kleine jongen schudde zijn hoofd. "Mooi zo. Maak jezelf fatsoenlijk en meld je daarna onmiddellijk bij mijn kantoor." De wezen deden wat hen gevraagd werd en ze renden naar hun kamers. Bij het kantoor van Bella kregen ze alle drie een papier in handen. "Geef dit aan de meesters en mevrouw en waag het niet om het onderweg weg te gooien! Ik ga vandaag nog na of ze het hebben gekregen en als dat niet zo is dan zijn jullie nog lang niet jarig. En nu wegwezen!" Ze liepen zo snel mogelijk naar beneden. "Jullie worden bedankt, nu heb ik drie weken corvee in de keukens!" Hij keek de andere twee woedend aan. "Puh! Het is anders je eigen schuld Arnaut. Dan had je je mond maar dicht moeten houden," zei de andere jongen droogjes. "Je had in de eerste plaats mij niet een blauw oog moeten slaan! Dan hadden we nu niet eens corvee gehad!" beet het meisje hem toe. Zijn wangen kleurden rood van woede, maar hij kon niks beginnen. Ze hadden gelijk: hij was begonnen met slaan. Maar hij zou nooit toegeven dat ze gelijk hadden. Hij deed zijn mond open om iets te zeggen, maar ze waren al bij de keukens. Meester Buick stond hen op te wachten met zijn pollepel in de hand. "Zo, wat hebben we hier? Drie dieven op pad?" vroeg hij, dreigend met zijn pollepel zwaaiend. Arnaut gaf hem het briefje en hij las het vlug door. "Kijk eens aan, hulp is altijd welkom. Zeker de komende weken." Hij riep wat over zijn schouder en er kwam een keukenhulp aangesneld. Na korte instructies bekeek hij Arnaut en liet toen keukenkleding voor hem halen. "In mijn keukens wordt er gewerkt, begrepen?" Arnaut knikte. Het was het beste om nu te luisteren wist hij. Meester Buick trok hem de keukens in en liet de andere wezen achter. "Ik denk dat wij ook maar verder moeten, anders hebben we straks wel een maand corvee," zei het meisje. "Je hebt gelijk Mel. Gaat het met je oog?" Ze voelde voorzichtig aan de blauwe plek. Het was iets minder gevoelig dan eerst, maar het deed nog steeds pijn. "Het gaat wel Will. Ik doe er straks wel wat op om de zwelling te verminderen." Ze vervolgden hun weg en bleven bij een kruising staan. Will moest naar links, naar de klerkenschool en Melany moest naar rechts. "Tot vanavond Will," zei Melany. Will knikte kort en verdween de gang in. Melany draaide naar rechts en liep naar mevrouw Linda, hoofd van de kamermeisjes. Ze haatte het om schoon te moeten maken. Ze had altijd al aangegeven dat ze vond dat jongens ook best konden schoonmaken en dat meisjes best wel avontuurlijk konden zijn. Daarom wist ze nu zeker dat Bella haar deze straf had gegeven, om haar extra dwars te zitten. Ze zuchtte en meende niet wat ze dacht. Ze hadden het aan zichzelf te wijten dat ze nu corvee hadden voor de komende drie weken. De afgelopen jaren waren wel leuk, maar het klopte wat Bella had gezegd: er ging werkelijk geen dag voorbij zonder dat zij, Will en Arnaut ruzie hadden. Arnaut joeg Will vaak op de kast vanwege zijn droom om ridder te worden en dat het niet bekend was wat zijn achternaam was. Will kon beter met woorden overweg dan Arnaut en zat vaak al veilig in een boom of een ander hoog object waar de jongen niet bij kon. Melany was het mikpunt van zijn pesterijen omdat zij en Will zo close waren met elkaar en vaak met z'n tweeën tegen hem spanden. Bijna niemand wist veel van haar verleden, alleen zij die het moesten weten. Baron Arald wist natuurlijk wat haar ware identiteit was, maar verder niemand. Ze gebruikte haar Hibernische naam niet meer maar de naam die Crowley voor haar had bedacht. Ze wist bijna niet meer hoe haar echte naam klonk, zo lang geleden had ze het voor het laatst gehoord en uitgesproken. Ze werd vaak verscheurd door verdriet dat ze een buitenlander werd genoemd vanwege haar accent en dat haar familie zielige vluchtelingen waren zoals Arnaut hen noemde. Daar ging de ruzie van die ochtend ook over. Zij had deze keer wel een weerwoord klaar en Arnaut had haar daarvoor een blauw oog geslagen. Will, die op de gang met Jenny stond te praten, hoorde het en schoot haar te hulp. Ze schudde de herinneringen uit haar hoofd en richtte haar aandacht op het vinden van mevrouw Linda. Een kamermeisje zag haar zoekend rondkijken en liep naar haar toe. "Hoi, kan ik je misschien helpen?" Haar glimlach verdween toen ze het blauwe oog zag, maar kwam snel terug. "Ik zoek mevrouw Linda, weet jij waar zij is?" "Hebben ze je dat dan niet verteld?" Melany schudde haar hoofd. "Mevrouw Linda is naar haar zoon toe. Ze komt pas over een maand terug. Tot die tijd heb ik de leiding." Melany rommelde wat ik haar zak en haalde er het briefje uit. Ze probeerde de kreukels eruit te halen en gaf het toen aan het meisje. Ze las het door en knikte toen. "Ik zal het ondertekenen en op haar kantoor leggen. Volg mij maar Melany." Ze draaide zich om en bedacht toen dat het onbeleefd was om haar naam niet te zeggen. "Mijn naam is trouwens Annie," zei ze en stak haar hand uit. Melany schudde de hand en liep toen achter Annie aan. Als iedereen net zo aardig was als haar dan kan het best meevallen, dacht ze. Annie liet haar zien wat ze die dag gingen doen. "Vandaag moeten we de kamers van de wezen aan kant maken, de kamers van de begeleiders en de gemeenschappelijke zalen," vertelde het kamermeisje. "Dus eigenlijk het hele weeshuis?" vroeg Melany met een diepe zucht. Annie moest lachen. "Ja daar komt het wel op neer. De andere kamermeisjes zijn in groepen opgedeeld en doen de andere delen van het kasteel. Lenny, Roos en Emily helpen ons vandaag. En alsof je het over de duivel hebt; daar komen ze net aan." Annie knikte in de richting waar de meisjes vandaan kwamen en Melany draaide zich om om hen te zien. Lenny had bruin haar, bruine ogen en haar gezicht was gevuld met sproetjes. Ze was slank en iets groter dan Melany. Roos had rood haar, blauwe ogen en ze was fors gebouwd. Melany zag dat er een dun lijntje over haar linkerslaap liep; waarschijnlijk een oude wond. Emily had blond haar en bruine ogen. Wat het meeste opviel was haar uitstraling: ze liep rechtop en straalde zelfvertrouwen uit. De meisjes stelden zich voor aan elkaar en keken toen naar Annie. "Roos en Lenny: willen jullie beginnen met de kamers van de begeleiders? Die zullen niet zo erg zijn als die van de wezen," zei ze met een vage glimlach. Roos en Lenny moesten lachen en keken meelevend naar de andere meisjes. "Wij doen dan de slaapkamers van de wezen en als jullie eerder klaar zijn, wat ik wel verwacht, dan kunnen jullie naar ons toekomen. Na de lunch maken we de gemeenschappelijke kamers schoon. Is alles duidelijk?" Roos, Lenny, Emily en Melany knikten instemmend. "Laten we dan maar snel beginnen!" zei Annie met opgewekte stem.

Uren later plofte Melany neer op de bank voor het avondeten. Ze had honger als een paard en kon niet wachten om daarna te gaan slapen. De volgende ochtend moest ze weer op tijd bij Annie zijn. Jenny, George en Alyss schoven ook aan. George keek om zich heen. "Waar zijn onze kemphanen gebleven?" Alyss hief elegant haar wenkbrauw op en Jenny moest giechelen. "Arnaut is in de keukens meester Buick aan het helpen en Will helpt meester Nicolaas," beantwoordde Melany zijn vraag. "Wat hebben ze nu weer gedaan?" Ze keek hem aan en hij schrok van haar oog. "Arnaut had weer een opmerking gemaakt over mijn ouders waar ik op reageerde. Hij kon dat antwoord niet hebben en sloeg me. Will stormde toen de kamer in en raakte slaags met Arnaut. Veel is er niet gebeurd tussen hen, want Nina en Nell waren al snel in de kamer. Bella was zo boos dat ze ons eerst een week corvee gaf. Arnaut ging als eerste er tegen in en toen hadden we twee weken. Ik kon mijn mond ook niet houden en toen waren het drie weken corvee geworden. Al met al was het weer een interessante ochtend." Ze sloeg haar armen over elkaar en staarde naar de muur tegenover haar. Het eten stond net op tafel toen Will binnenkwam. Melany en Alyss schoven een stukje op zodat hij tussen hen in kon zitten. "Hoe was jouw dag?" vroeg Alyss. "Ging wel, alleen kan ik mijn pols niet meer voelen. Ik heb enorme kramp in mijn vingers." Hij strekte zijn vingers een paar keer en schudde met zijn pols om de kramp wat te laten verdwijnen. "Ik heb de hele dag documenten overgeschreven, sommige wel drie keer! Maar klagen moet ik niet want die klerkenleerlingen hadden het volgens mij veel erger." Hij lachte flauwtjes en wendde zich tot Melany. "Hoe beviel het bij mevrouw Linda? Was het een beetje te doen?" Ze haalde haar schouders op. "Tja, mevrouw Linda is er blijkbaar niet, dus hoe het was met haar kan ik niet zeggen. Annie, een van de kamermeisjes, heeft de leiding voor nu en zij heeft mij instructies gegeven. Ik werkte met haar en ik heb nooit geweten wat de taak van kamermeisje precies inhoud, maar voortaan zal ik zorgen dat ik mijn deel van de kamer aan kant heb. Hebben jullie enig idee hoeveel rotzooi de andere wezen wel niet kunnen maken?!" Haar vrienden moesten lachen om haar opmerking en om de handgebaren die ze maakte. Bella liep langs en concludeerde dat Melany en Will goed hadden gewerkt die dag. Arnaut zag ze niet, maar hij moest nog tot laat helpen met schoonmaken in de keukens wist ze. Eer dat hij op bed zou liggen met een gevulde maag zou het allang tegen middernacht zijn. Later op de avond, toen iedereen voldaan op bed lag, zat Arnaut alleen in de eetzaal zijn avondeten op te eten. Hij was boos, nee woedend. Die Melany en Will spanden altijd tegen hem samen en dat was in zijn ogen niet eerlijk. Dat hij vaak als eerste begon liet hij even buiten spel. Hij at de laatste happen snel op en liep toen naar zijn kamer die hij deelde met George en Will. Zij sliepen al toen hij uitgeput in bed stapte en het duurde niet lang of hij mengde zich in het koor van snurkende jongens.

De Grijze Jager: Een droom komt uit (GAAT HERSCHREVEN WORDEN)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu