De westenwinddrift

41 10 7
                                    

Een iets minder positief verhaal dat ik op een avond schreef. Het kan triggerend zijn voor sommigen doordat het gaat over neerslachtigheid.
Fouten zullen er nog wel in staan, maar ja, fouten maken mag, toch? Aardrijkskunde is niet mijn meest geliefde vak, toch heeft het me geïnspireerd voor dit verhaal. Ik ben benieuwd wat je ervan zult vinden.

Dit is het verhaal van de eenzame wind
Dat ik je wil vertellen, mijn kind
Het is niet om te lachen, het is niet amusant
Dus schuif die onbeleefdheid maar aan de kant

Ik wil je een verhaal vertellen
Luister maar eens goed
Maar voordat je dat doet
Wil ik je iets voorstellen

Luister eens naar wat ik zeg
Er is altijd een middenweg
Waar je naartoe kunt gaan als het even niet meer gaat
Als het je even niet meer aanstaat

Goed dan, nu het verhaal
Zonder al te veel gedwaal
Over de koelere, koude wind
Waar iedereen wel iets van vindt

~

Op een dag was hij aan het dwalen
Er was geen zonlicht aan het stralen
Hij voelde zich zwaar en niet bemind
Het was hem allemaal niet goedgezind

De wind waait de hele wereld over
Ziet talloze plekken
Hij komt en gaat
Maar hij neemt altijd iets met zich mee

Stofdeeltjes volgen hem overal
Zij willen hem niet loslaten
Hij is in alle staten
Wanneer hij het eindelijk ontdekt

Niet alleen zijn ze zwaar
Ze weerkaatsen ook het licht
Het is niet heel erg maar
Het hindert wel

Hij wil ze loslaten
Hij wil dat ze verdwijnen
Maar ze zijn een deel van hem
Hij heeft er niet veel over te zeggen

Hij wilde opstijgen in de lucht, hij wilde de sterren zien
Maar dat was niet mogelijk
Hij had een taak en een duidelijke ook
Hij mocht niet voorbij zijn eigen strook

Hij had een gebied toegewezen gekregen
Een plek verafgelegen
Hij moest rondes maken elke dag
En het liefst nog met een lach

Hij begon eraan vol moed en vertrouwen
Hij kon het alleen maar als een eer beschouwen
Dat hij dit werk moest doen
Maar ja, dat was toen

Na elk uur dat verstreek
Na iedere dag die voorbijging
Verdween de vrolijkheid, het bleek
Dat hij een grote fout beging

Hij zorgde voor de kou op aarde
De koelere temperatuur
En op den duur
Werd het hem te zuur

Hij voelde zich alleen zonder een vriend of een bekende
Er was niemand die hem een blik van waardering gunde, wat een ellende
Want hij deed toch zo zijn best
Was hij niet net zo goed als de rest?

Waarom lieten ze hem alleen?
Waarom was het niet zoals voorheen?
Altijd werd hij vriendelijk begroet
En nu is er helemaal niemand die dat doet

Hij wachtte totdat zij zou komen
Zij zou hem toch wel met een glimlach belonen?
Voor zijn harde werk
Zij vond hem toch wel sterk?

Ze kwam echter niet, zijn gevoelens werden donker en zwaar
Misschien was ze wel helemaal klaar
Met hem
Waarschijnlijk zette hij haar voortdurend klem

Op een dag zag hij haar komen
Ze was groter, nog hoger dan de bomen
Ze was veranderd en had veel geleerd
Ze wist niet dat ze hem had bezeerd

Ze vertelde hem over haar behaalde doelen
En hoe hij voor haar zou moeten joelen
Hij voelde alleen maar leegte en kou
Wist ze niet dat ze hem, wellicht onbewust, aanviel met een klauw?

Donkere gevoelens welden in hem op
"Nu is het genoeg!" riep hij haar tot een stop
"Ik hoef niet te weten hoe goed jij het nu hebt
Hoe je bent gegroeid
Hoe al je werk is opgebloeid

Waarom ben je weggebleven?"
"Doe nou toch niet zo overdreven!
Ik ben er nu toch voor jou?
Ik laat je toch niet alleen in de kou?"

"Waarom duurde het dan zo lang?
Al die tijd was ik bang
Dat jou iets was gebeurd
Maar zie, je bent zelfs helemaal opgefleurd!"

Zo ging het dan, woorden heen en weer
En het deed hem toch zo'n zeer
Om haar te zien vertrekken
Om zijn verdriet af te dekken

Hij zocht naar steun, een luisterend oor
Iemand die hem kende door en door
Hij voelde zich eenzaam, vol verdriet
Maar de kou verliet hem niet

Hij was jaloers op zijn vriendin die het beter had, beter was
Hij dacht aan de vele dingen, met een grimas
Hij was niet zoals de andere winden, vrolijk en warm
Vergeleken met hen was hij straatarm

Hij keek naar de anderen en stond op het punt te vragen...
Maar hij deed het niet, hij wilde niet klagen
Hij wilde ze niet tot last zijn
Volgens hem deed hij hen alleen maar pijn

Als hij zijn lasten zou delen...
Hij zou ze kapot maken, om nooit meer te kunnen helen
Dus stopte hij het allemaal weg
Hij nam niet de middenweg

Hij wilde het echter wel, oh zo graag
Maar hij zei tegen zichzelf: "Stop met dat geklaag
Ik moet blij zijn met deze baan
In plaats van alleen maar in de weg te staan

Ze zijn beter af zonder mij
Oh, wat zullen ze blij zijn
Dat ik er niet meer ben
Wat ben ik toch een zwijn!"

Hij was woedend op zichzelf, gaf zichzelf overal de schuld van
"Als ik toch iets goed kan
Is het wel mezelf bezeren
Al is het maar om anderen niet te deren."

Hij werkte en werkte maar
En de last die was toch zo zwaar
Hij vond zichzelf, kijkend naar de sterren
Alleen zij konden zijn gedachtes overstemmen

Af en toe had hij hoop
Maar vooral zat hij in de knoop
Met zichzelf en zijn gedachten
Het werd normaal om te wachten

Op de volgende dag met nieuwe twijfels en zorgen
Maar hij hield het allemaal verborgen
Hij wilde stoppen, heel erg graag
En het liefst dan nog vandaag

"Ik ben er klaar mee, ik doe niet meer mee
Ik val wel stil bij zee
Dan draag ik geen stofdeeltjes meer mee
Er zijn meer koudere winden, zeker meer dan één

Ik wil vrede op de aarde, rust wil ik creëren
En als ik om die reden weg moet gaan, is dat maar zo
Ik zal weg gaan om ze de ellende van de stofdeeltjes te besparen
Ik wil anderen niet meer bezeren

Wat als ik een warme wind wil zijn
Die kan genieten van de zonneschijn
Die verlicht is van pijn
Die niet droog, koel en zwaar hoeft te zijn

Ik wil zweven naar de zon
Hoger, hoger tot aan het balkon
Van de hemel, om langzaam af te koelen
Om daarna weer de warmte te voelen

Ik wil veranderen," fluisterde hij
Maar niemand hoorde wat hij zei
Allemaal waren ze bezig
Met hun eigen bezigheid

Hij gaf de moed op
Hij riep alles tot een stop
En hij verdween in de nacht
Met de gedachte dat niemand aan hem dacht

~

Maar lieve kind, dat is niet waar
Er is altijd wel iemand daar
Weet dat dat echt zo is
Nee, ik heb het niet mis

Vertrouw me maar, ga de wereld ontdekken
Bewandel de paden die kilometers uitstrekken
Naar avonturen, niet allemaal even licht
Zonder een duidelijk zicht

Op wat komen gaat, maar wat maakt het uit
Je komt er wel, vooruit!
Weet dat ik er voor je ben, dat ik voor je klaarsta
En dat is echt waar, ja

Toe, ga nou maar
Ik zie je nog wel, maar nu is het verhaaltje klaar
Tot ziens en alle andere groeten
We zullen elkaar zeker nog ontmoeten

Ik blaas de kaarsjes uit
En nu, lieve kind, is het verhaaltje werkelijk uit

_-_~_-_

Diep vanbinnenWhere stories live. Discover now