tweede jaar kamp

2

Vertelt Gaston

Eindelijk is het terug vakantie en kan ik Nina terug zien voor 2 maanden. Ik heb haar zo hard gemist. Gisteren heb ik al alles klaar gemaakt zodat we vroeg kunnen vertrekken want het is 2 uur rijden zonder files.

Ik ga naar beneden om te ontbijten mijn zus is er ook al. Zei gaat dit jaar ook terug mee en Matteo ook.
Als we alles in de koffer hebben gezet vertrekken we. Ondertussen is het al 10 uur dus we komen als vroegste aan om 12 uur. Waarom moest mijn zus ook zo lang nog bezig zijn. Nu ben ik een uur later bij Nina.

Na ongeveer een uur rijden staan we ni de fille. Fantastische nu nog langer voor ik Nina zie.

M: je hebt nog genoeg tijd hoor. - fluistert hij in mijn oor.

G: waar heb je het over? - fluistert ik terug.

M: over Nina. En ik moet ook wachten om Luna terug te zien.

G: ja das waar.

O: waar zijn jullie over aan het fluisteren?

G: niets dat jou aan gaat.

O: over je vriendin dus. En waarom mogen wij dat ni horen.

G: das privé.

O: papa, ik zei toch dat je ze niet alleen moest laten in één Kamer.

G: ik ben niet zoals jij he. Ik die het ni met iedereen die langs komt.

P: Gaston.

G: wa het is toch zo.

P: we gaan het er nu ni over hebben. En je zus doet dat niet. En Olivia, Gaston moet ni alles zeggen wat hij doet hij heeft ook privacy.

Na dat papa klaar is met praten voel ik een harde klap en dat ziet alles even zwart.

Als ik terug zie is het glas van de ramen gebroken en zit ik onder het bloed. Ik kijk naast me en zien Matteo het zelfde als mij. Mijn vader draait zich naar achter om ons te zien.

P: gaat het?

G: ja, maar wat was dat.

P: en auto is op ons gebotst. De politie,ziekenwagen en brandweer komen zo.

M: waarom ziekenwagen?

P: om te zien of er niets te erg is van wonden.

G: en waarom de brandweer?

P: we zitten vast. Als je het nog ni wist we staan niet meer op de weg.

Ik kijk naast me en zie dat we op het gras staan naast de weg en een slip spoor op de weg naar ons toe.

P: een auto heeft ons langs de zijkant geraakt. We zijn over kop gevolgen en op de andere kant belang en terug recht gekomen. Dus alle deuren zitten vast.

G: ik weet alleen dat we een harde klap kregen en daarna zag ik zwart.

P: de brandweer zou hier zo wel zijn en dan zien de verpleegkundige of er iets met je is. Maar ik denk dat we niet meer verder kunnen rijden.

M: kunnen we niet meer naar het kamp.

P: vandaag niet nee. Sorry jongens ik weet hoe graag dat jullie dit wilde.

G: geeft niet papa. Het is niet jou schuld. Hoe gaat het met Olivia.

P: ze is nog bewusteloos, maar ze ademt nog en haar hart Klop nog dus niet erg denk ik.

Nu kan ik Nina zeker niet zien vandaag, maar dat maakt me nu wat minder uit. Ik heb liever dat we hier uit zijn en terug thuis zijn. Warschijnlijk is Nina nu ongerust maar kan er niets aan doen, door de klap is mijn GSM stuk gegaan dus kan niets naar haar sturen. Ik kijk maar Matteo die wat voor zich staart. Ik hoop dat ze snel komen ik wil hier uit.