~ Hoofdstuk 1 ~

8 2 0
                                    

'Monaà, waar ben je?' Het lijkt wel uren te duren voordat Riza mij vind. Op vroege ochtenden spelen wij altijd verstoppertje, als onze moeders op zoek zijn naar vers, groen gras. 'Ik zit achter een boom,' hinnik ik terug. Er zijn hier exact 658 bomen, ik heb ze wel eens geteld. Als jong veulen verveel ik mij snel, en nu kan ik iedereen die hier als paard bij komt met trots vertellen dat er 658 bomen zijn. Iedere keer als we verstoppertje spelen, verstop ik mij altijd achter de 467ste boom. Die boom is de grootste, de sterkste en de mooiste. De takken hangen tot aan de grond, het lijkt een magische boom. Aan iedere tak hangt een even groen blaadje, met zijn eigen verhaal. Aan het ene blaadje groeit een heerlijke appel, en aan de andere paar blaadjes groeien heerlijke besjes. Ik hinnik nog een keer luid. 'Rizaà,' ik kijk voorzichtig achter de boom en zie het bruinige hoofd van Riza.
'Ik heb je gevonden,' hinnikt ze. Riza rent naar de plek waar we hebben afgesproken elkaar te melden als we elkaar gevonden hebben. 'Je bent er bij,' ik stap achter de boom vandaag.
'Ik zat achter de 467ste boom,' hinnik ik vol trots. Riza schudt met haar hoofd en briest. 'Ik heb honger,' hinnikt ze. Ik bries en draaf wat rondjes. 'Mámá,' hinnik ik luid.

Hiléná komt galopperend voor mij en Riza.
'Er zijn mensen op komst, we moeten hiér weg,' hinnikt ze luid. Hiléná is al vijf jaar de leidende merrie van onze kudde. Sinds haar hengst Zorano is meegenomen in zo'n mensending is Hiléná erg oplettend. We hadden haar toen tot leidende merrie genoemd.

'We moeten mee, Riza,' hinnik ik. 'Mama is daar,' vervolg ik hinnikend. Riza volgt mij en Hilénà. 'Dames, galoppeer snel, de trailer komt steeds dichterbij. Ik leid ze af,' hinnikt ze. Zo heet het dus, dat mensending waar ze wilde paarden in opsluiten is een trailer. Een trailer, herhaal ik in mezelf. Op het moment dat Hiléná er heen galoppeert blijf ik staan. Ze staakt, steigert, bokt als een wilde, stoere, leidende merrie. 'Mona, mee komen, onze moeders zijn daar! Je kan ze toch niet alleen laten,' hinnikt ze. Ik kijk naar Hiléná die zich nog steeds met frustratie verzet tegen de mensen. 'Ik begrijp het,' bries ik zachtjes. Ik galoppeer met Riza mee en verlaat Hiléná.

'Maar Hiléná...'
'Ja, Hiléná is nu bij Zorano,' briest Riza zachtjes.

You've reached the end of published parts.

⏰ Last updated: Jun 08, 2019 ⏰

Add this story to your Library to get notified about new parts!

Eyes of a horseWhere stories live. Discover now