1. Hogwarts

23 1 0
                                    

FUUTT!!! 'Dat is de trein! Jullie moeten gaan!' Zei mijn moeder, ze gaf me een kus en knuffelde Scorpius. Ik liep naar mijn vader en gaf hem een knuffel. Ik rende naar de trein en stootte iemand aan, natuurlijk, en, natuurlijk, moest hij het mooiste persoon zijn.. ooit. Hij heeft groene ogen, maar niet gewoon groene ogen ze lijken op de schubben van een slang, zo mooi donkergroen. 'Het spijt me zo erg!' Zei hij. Ik was nog steeds in zijn ogen aan het staren, maar toen ik me realiseerde dat dat er misschien raar uitzag stopte ik.' Nee het is mijn fout, ik keek niet waar ik li-' FUUTT! zei ik voordat ik, onbeschoft, onderbroken werd door het fluitje van de trein. 'Liep' zei ik 'maar we moeten denk ik echt gaan'. Scorpius had met opgetrokken wenkbrauwen naar dit tafereel zitten te kijken, maar hij besefte ook dat we de trein zouden missen als we nu niet naar binnen gingen dus pakte hij me arm en trok me mee. 'Jullie kunnen wel bij ons zitten als je wilt' zei de jongen. Hoe graag ik het ook wou keek ik in Scorpius' ogen en zag de twinkeling van bezorgdheid rondflitsen. 'Nee hoor, we vinden wel een coupé' zei ik. Ik meende wat teleurstellende twinkellichtjes in zijn, betoverende, ogen te zien toen liep ik weg met Scorpius' arm nog steeds om de mijne. Toen we uiteindelijk een lege coupé gevonden hadden gingen we allebei bij de andere kanten van het raam zitten. 'Had je wel gezien wie dat was?!' Zei Scorpius, met een lichte bezorgdheid in zijn ogen. 'Ne..nee. Wie is h..hij dan?' Stamelde ik. 'Harry Potter's zoon!' Antwoordde Scorpius. Ik schrok, ik wist dat Harry Potter en mijn vader een soort van vrienden waren maar Scorpius en ik vertrouwde hun niet helemaal. Dusdat ging niet zoals gepland. Ik bedoel, mijn plan was niet om opgevangen te worden door Harry Potters zoon, en in zijn prachtige - nee betoverende ogen te kijken.  Niet meer aan hem denken Lucia!

Na een paar uur kwam de trein aan in Zweinstein en was de zoon van Harry Potter uit mijn gedachten. Omdat we eerstejaars waren, net zoals de zoon van Harry Potter, gingen we met het traditionele bootje over het meer naar Zweinstein. Natuurlijk moet de zoon van Harry Potter bij ons in het bootje stappen, samen met een roodharig meisje. 'Hey, ben jij niet dat meisje die tegen me was opgebotst? James Potter.' Zei hij en hij stak zijn hand uit. Ik keek snel naar Scorpius, die niet aan het opletten was, en pakte James' hand aan. 'Lucia. Lucia Malfidus' zei ik schor. Toen ik dat zij veranderde zijn ogen even, heel snel, van aardig naar argwanend, maar het verdween even snel als het gekomen was. Het roodharige meisje stak haar hand onzeker uit. Ook die pakte ik aan terwijl ze zei 'Roos Wemel'. Ik hoorde Scorpius zuchtte in een manier waarop het leek alsof hij zei: ik zei het toch. 'Dat is Scorpius, mijn tweelingbroer' zei ik. James wou zijn hand uitsteken maar deed het toch maar niet aangezien Scorpius met zijn hand afwezig in water zat te woelen. Toen we na tien minuten vol onaangename stilte's en gesprekjes bij Zweinstein aankwamen was het toch zover. Mijn hart klopte zenuwachtig in mijn borst en ik stapte samen met Scorpius het bootje uit. James en Roos zwaaide even naar de half-reus, die blijkbaar Hagrid heette, en toen liepen we het kasteel in. Ik zag veel mensen zenuwachtig zijn over in welk huis ze zaten, maar ik was dat niet. Ik was een Malfidus, ik kwam sowieso in Zwadderich en James en Roos kwamen sowieso in Griffoendor. Ook al was ik niet zenuwachtig over in welk huis ik kwam, ik was wel zenuwachtig. Ik zuchtte en liep achter professor Lubbermans naar een lokaaltje vlak bij de grote zaal. Hij legde alles uit en liep naar de grote zaal.

Ik was verwonderd om heen aan het kijken, het was zo ongelooflijk anders. Professor Lubbermans zette de Sorteerhoed op het krukje. Opeens begon die te zingen, ik schrok wakker uit mijn dagdroom en keek naar James. Hij was gewoon rustig aan het luisteren naar het lied. Ik zuchtte en keek naar Scorpius, hij was even verbazingwekkend aan het rondkijken in de grote zaal. Dat snap ik ook wel. Het plafond was geweldig mooi, de buitenlucht was naar binnen gehaald ofzoiets. De honderden kaarsen die daar onder rondzweefde en de massief grote tafels die daar weer onder stonden. Ik keek naar links en zag de tafel van Zwadderich en Ravenklauw. Aan mijn rechterkant stonden de tafels van Griffoendor en Huffelpuf. Professor Lubbermans was al begonnen met namen opnoemen. Klaas Krauwel.

Lucia Malfidus! Ik keek naar Scorpius en hij keek me aan en wenkte naar het krukje. Ik knikte zacht ja en liep ernaartoe. Ik voelde James' ogen naar mijn hoofd staren. Toen ik me omdraaide om op het krukje te gaan zitten zag ik Scorpius geruststellend kijken, wat mij ook een geruststellend gevoel gaf. Professor Lubbermans zette de sorteerhoed bij mij op.

'Hmm.. ja. Deze is lastig' hoorde ik hem fluisteren. Ik was bang, bang dat ik niet in Zwadderich zou komen maar aan de andere kant was ik bang om wél in Zwadderich te komen, blijkbaar merkte de sorteerhoed dat. 'In tweestrijd hé?' Ik knikte zachtjes ja. 'Ik weet niet in welk huis ik jou moet stoppen. Zwadderich of Griffoendor? Lastige keuze ja.. ja.' Fluisterde hij. Ik wachtte gespannen af tot hij uiteindelijk riep: ZWADDERICH! Ik zucht opgelucht en loop naar de Zwadderich tafel, waar ze me stonden op te wachten door te juichen.

De rest verliep snel. Toen professor Lubbermans de sorteerhoed bij Scorpius opzette werd hij al binnen 1 seconde bij Zwadderich in geplaatst. Ik voelde me onzeker omdat het bij mij heel lang duurde, maar toen Scorpius met een grote grijns naar mij toeliep voelde ik me wel beter. Roos en James werden, zoals ik had gezegd, bij Griffoendor in gedeeld.

Het eten verscheen op de tafel, het zag er verrukkelijk uit. Ik at 1 bord vol met lekkere dingen en daarna nog een bakje met ijs. Toen de klassenoudste riep dat we hem achterna moesten lopen stond ik op en keek ik opzij. Ik zag dat James net hetzelfde had gedaan dus keek ik met rode wangen snel weg. Ik keek daarna weer even terug en zag dat James zijn rode wangen ook probeerde te verbergen.

Ik ging s'middags naar de bibliotheek om huiswerk te maken. Ik pakte een paar transfiguratie en toverdranken handleidingen en liep naar een tafel. Ik zat letterlijk met m'n handen in m'n haar omdat transfiguratie het moeilijkste vak ooit was, niet dat ik eerder veel les had gehad gewoon rekenen en taal van mijn moeder. 'Is het lastig' hoorde ik een te herkenbare stem zeggen. Nee, dacht ik in mezelf. Nee. Ik had je uit mijn hoofd gezet en je hoorde niet terug te komen. Gelukkig zei ik dat niet hard op. Ik keek omhoog en daar stond James met zijn betoverende ogen. 'Ja' hoorde ik mezelf zeggen. Ja, zei ik nou ja? Hoe dom kon ik zijn om gewoon ja te zeggen. 'Ik wil je wel helpen maar ik begrijp er ook niks van' zei hij. 'Gelukkig voor ons heb ik iemand gevonden die het wel snapt'. Roos kwam aanlopen. Aha dacht ik. Ik heb haar altijd al wel aangezien als zo'n betweter. 'Hoeft echt niet hoor. Ik vraag het wel aan Scorpius' zei ik. 'Maar... Lucia' zei James 'roos kan het het beste uitleggen! Wacht eens even, is dit omdat ik een Potter ben en jij een Malfidus? Want dat maakt mij niks uit.' In James ogen kon ik een beetje verbazing zien. 'Natuurlijk maakt het jou niet uit!' Riep ik opeens, heel onverwacht 'jij bent de zoon van de beroemde Harry Potter! Iedereen houdt van je. Ik daarentegen ben de dochter van Draco Malfidus. Iedereen kijkt mij met argwaan aan. Gewoon omdat ik een Malfidus ben!' Ik zag James ogen, ze leken verbaasd door mijn uitbarsting en verdrietig. Dacht hij nou echt dat we vrienden konden zijn? Ik liep de bibliotheek snel uit. Ik liep de hal uit en ging zitten. Ik begroef mijn hoofd in mijn handen en de tranen stroomde over mijn wangen. James maakt me zo raar voelen. Vind ik hem leuk? Zo van leuk leuk? Ik hoop het niet, dat zou verschrikkelijk zijn. James kwam aanlopen. Ik stond op, droogde mijn tranen en liep weer weg. James hand pakte mijn pols. Ik stond stil, wurmde mijn pols tussen zijn hand weg. 'Begrijp me dan toch.' Zei James. Dat hij hier was vormde een steen in mijn maag. 'Wat valt er te begrijpen? Dat iedereen mij haat of dat iedereen jou aardig vind?' 'Dat ik jou aardig vind' zijn wangen kleurde rood, mijne ook. Ik stopte met tegenstribbelen. 'Dat zal ik nooit begrijpen'

En met die woorden liep ik weg, en liet een verwarde James achter

A/N
Ik weet dat James later naar Zweinstein gaat dan roos en dat Scorpius geen tweelingzus heeft maar dat moest voor het verhaal. Ik hoop dat jullie niet boos worden!

Another Malfoy!? (NL)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu