Proloog

10 1 0
                                    

"Kelvin, kom op het is al kwart over acht." Hoor ik mijn moeder schreeuwen. "Nog heel even mam." Zeg ik op een zeurende toon. "Luister Kelvin als je nu niet binnen 1 minuut je nest uit bent kom ik naar boven met een glas water die ik op je kop leeggiet." Zegt mijn moeder terug. Ik sla moeizaam de deken van me af. Ik zie op de grond een broek liggen die ik de dag ervoor al aan had gehad. Ik trek hem aan en loop naar de kast om een shirt eruit te vissen. Ik besluit om een zwarte hoodie aan te doen. Ik hoor de deur dichtslaan. Mijn moeder is naar haar werk gegaan. "Dan maar ontbijten met m'n pa." dacht ik. Totdat ik op de klok keek en zag dat er een ontbijt meer inzat deze ochtend, anders zou ik te laat komen.

Ik loop de gang door van school, het is bijzonder rustig. Ik loop naar mijn kluisje om economie te pakken. Daar zie ik Kelsey staan. "Hey babe!" Roept ze. En ze geeft me een kus. Ik ben dolgelukkig met Kelsey. Toen mijn opa overleden is aan longkanker stond ze elke dag voor me klaar. Ze is een van de speciaalste mensen die ik ooit ontmoet heb. "Hey schatje, hoe was je weekend?" Vroeg ik.

De bel is gegaan, nu de laatste les nog. Thomas, Milan en Damian vragen aan me om het laatste uur te spijbelen. Natuurlijk zei ik ja, want ik heb totaal geen zin in Nederlands. Onderweg naar de fietsenstalling zien we een groepje meiden naar ons lachen. Thomas die de stoerste van de groep is loopt op een van de meisjes af. Dankzij mijn liplees technieken kon ik er uit ophalen dat hij om haar nummer vroeg. Thomas komt op ons afgelopen met een grijns op z'n gezicht. "Kunnen we nu gaan, teven?" Vraagt hij plagerig.

Na zo'n ongeveer 20 minuten fietsen kwamen we op de locatie waar Thomas ons mee naar toe wilde nemen. Het is een verlaten tunnel. Best creepy nu ik er over na denk. Thomas wijst met zijn hand in de tunnel. "Kom op watjes." Zegt hij. Milan durft niet naar binnen. Dus hij heeft een smoes bedacht en zei dat hij hoofdpijn had, dus dat het beter was om voor de tunnel te wachten. Dat vond ik wel oké. Thomas moest er weer zo nodig grappen over maken. Maar uiteindelijk zijn Damian, Thomas en ik de tunnel gaan verkennen. Het is donker, en ik schijn de zaklamp van mijn telefoon op de grond. Zodat we zien waar we lopen. We zeggen alle drie geen woord, omdat we allemaal in ons broek schijten van angst. Dan zie ik opeens een schim..... ik hoor Thomas gillen, en daarna werd het zwart voor mijn ogen.

The Boy in Time.Where stories live. Discover now