Hoofdstuk 4.

219 13 0
                                    

Ik wil het eigenlijk niet toegeven, maar wat een is een auto een prachtig ding, zeg! Je komt gewoon vooruit en voor zover ik zag hoefde je er niks voor te doen, alleen maar met je voet op iets te drukken. Naast mij zat de jongen van mijn district, maar hij keek vooruit en staarde maar wat met tranen in zijn ogen. Waarschijnlijk wist hij zelf ook dat hij het niet ging overleven. Geen winnaars van district 5 dit keer. Maar ja, wanneer wel? Na een tijdje in de auto te hebben gezeten, worden we eruit gehaald door twee vredebewakers. Ik voel dat de hand die mijn arm vasthoud, wel erg hard knijpt. Vast bang dat we weg zouden lopen, of zo. Daar hoeven ze niet echt bang voor te zijn, bij mij in ieder geval. Het zou toch niks helpen, want ik kan toch niet terug naar huis aangezien ze daar als eerste zouden gaan zoeken. Als ik mijn naam hoor roepen, kijk ik op. Wie roept mij hier nou weer? Dan zie ik de menigte mensen, die bij een trein staan. Ik ga in een trein! De snelle capitooltrein, ook wel de tributentrein genoemd, maar dat maakt me niet uit. Ik voel me erg opgewonden, met het idee om door deze menigte te moeten lopen die me zo aanmoedigen en daarna in een trein te mogen. En er zal vast lekker eten zijn, en lekker drinken... Waarom woon ik eigenlijk in een district? Een glitterglamour leven lijkt me eigenlijk geweldig!  Zou er niet zoiets zijn als verhuizen naar het Capitool? Nou ja, nu is het al te laat... Iemand raakt mijn arm aan en begint enthousiast te gillen. 'Ik heb Finch aangeraakt! Ik heb Finch aangeraakt!' ik kijk haar wat raar aan, en zie dan dat ze regelrecht uit het Capitool komt. Dus zet ik mijn liefste glimlach op, steek mijn hand uit en schud haar hand. Misschien weer een sponsor erbij? De mensen, waarvan er eigenlijk veel uit het Capitool komen, stoot dingen uit als 'Oooh' en 'Aaah'. Ik glimlach en zwaai naar iedereen. Dan wordt de grip om mijn arm strakker en trekt de vredebewaker me weg van de menigte, en duwt me naar de trein. Ik kijk haar nijdig aan en schud mijn arm los. Ik kan heus wel zelf een trap oplopen! Ik klim het trappetje ook zelf op en stap de trein binnen. Mijn mond zakt bijna meteen open bij het zien van alle prachtige dingen. Er staat ten eerste geweldig veel voedsel en drinken, maar alle luxe dingen hier! Een kroonluchter van glas, schalen en borden van glas, heel veel dingen zijn van glas. Ik fluit zachtjes door mijn tanden heen en voel de ogen van de vredebewakers in mijn rug prikken. Ik kijk uitdagend achterom en zet een hand in mijn zij. 

Foxface haar verhaal.Where stories live. Discover now