Hoofdstuk 27, deel 2

134 8 18
                                    

*     Deel 40

“Amber…” zei Robin met ingenomen adem zodra ze haar herkend had.

Niemand wist wat ze moesten doen. Ze zetten automatisch een stap achteruit omdat ze wisten dat ze iets van plan was. Of dat dachten ze toch want zo zeker waren ze niet meer na haar woorden die er moeizaam uitkwamen. Haar stem kraakte en er weerklonk een grote pijn in.

“H-help me…”

Ze stak trillerig haar hand naar voren, richting de groep, en een traan gleed al blinkend over haar wang om vervolgens in het gras neer te vallen. Toen viel ze plots vooruit. Vanuit het niets was ze plots haar bewustzijn verloren en viel ze languit op haar borst in het gras. De hand die ze zonet nog had uitgestoken greep nu in plaats van naar de groep naar het gras en terwijl haar hand zelf nog even een stuiptrekking leek te maken lag ze al snel doodstil in het gras neer.

De groep bleef haar met een angst diep in hun hart aankijken maar het was Robin die als eerste in actie schoot en op haar afliep.

“Robin!” riep Jens haar waarschuwend toe, bang voor een nieuwe valstrik.

Tijdens het rennen door draaide Robin haar hoofd om en riep hem toe: “Wat?! Je ziet zelf dat deze Amber zwak is en ons niets kan aandoen! Ze gaat hier zowat dood!”

Robin hurkte snel neer bij Ambers zij en terwijl ze haar omdraaide zodat ze met haar rug in het gras ging liggen kwam de rest van de groep traag maar zeker dichter bij hen staan.

“E-En?” vroeg Yara bang voor verschillende dingen.

Bang voor een nieuwe aanval die ze misschien plots uit het niets zou kunnen begaan. Of bang dat ze dood was of ernstige verwondingen was opgelopen.

Robin schudde haar hoofd.

“Ze heeft niets en haar ademhaling is regelmatig. Naast het feit dat ze blauwe plekken heeft op haar lichaam en erg mager is lijkt alles in orde te zijn met haar.”

Ze slaakten met z’n allen een opgeluchte zucht.

“Maar toch begrijp ik iets niet…” begon Patrick.

“Wat dan?” vroeg Arnaud die opzij keek om hem aan te kijken.

“Niet zo lang geleden wou ze ons nog aanvallen en doden, ze stortte ons zelf in een kilometers diepe put, daarna zorgde ze ervoor dat Oscar en Olivia slechte kettingen vast kregen in hun handen en wanneer we eindelijk wat rust gevonden hebben in een pracht van een muur worden we daar weggejaagd door de plotse duisternis en bliksemschaden die ons achterna zaten. En als je het mij vraagt was dat geen toeval…”

De rest van de groep was hier door even feit. Ze moesten met z’n allen toegeven dat al die gebeurtenissen vast geen toeval waren en vast gebeurden om hen tegen te zitten en te pesten om het even zo te zeggen. Het was dus inderdaad vreemd dat ze, toen ze nog geen paar seconden geleden wegvluchten voor het gene wat de boosdoener gecreëerd had om hen het moeilijk te maken, en nu diezelfde persoon hier zomaar voor hen neerlag in het gras onschuldig en net alsof ze geen vlieg kwaad zou durven of kunnen doen.

“En dan nog…” prevelde Robin zachtjes terwijl ze naar Ambers gezicht keek.

Het gezicht dat ze nu voor haar zag was het breekbare, altijd lachende gezichtje van waarschijnlijk de enigste en eerste vriendin die ze ooit in haar leven gemaakt had. Ze zou niet opgeven met geloven in haar. Niet na wat zij gedaan had…

“En wat dan nog!” schreeuwde Robin nu luider terwijl ze de rest dreigend aankeek.

Iedereen bleef verstomd staan en keken afwachtend, met een luid tikkend hart van schrik doordat ze zo plots schreeuwde, haar aan.

Rainbow MusicWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu