‘Volgens mij weer je waar ik het over heb,’ zei de man met een grijns op zijn gezicht. Anouk keek hem aan, haar blik verstarde. Ze haalde haar schouders op en keek om zich heen. Ze wilde er weg. Gelukkig was het café bomvol, dus zou de man geen gekke dingen doen, als hij dat al van plan was. Misschien wilde hij wel een normaal gesprek voeren en echt laten zien dat hij onschuldig was. De man greep met zijn hand naar zijn broekzak terwijl Anouk een reden zocht om weg te komen, maar er was geen reden.

‘Jij weet het dondersgoed hé?’ vroeg Sam nogmaals. ‘Ik wil dat jij dat artikel van vorig jaar recht zet. Het was één grote vergissing en als je het ware verhaal niet opschrijft is het je laatste vergissing!’ Sams ogen spuwde vuur, Anouk keek weg en nam snel een slok van haar witte wijn.

‘Bedreigt u me nou?’ vroeg Anouk zo kalm mogelijk. In werkelijkheid was Anouk helemaal niet zo kalm, haar hart maakte overuren van angst.  

‘Nee, ik doe een voorstel,’ zei Sam met een lach op zijn gezicht.

‘Laten we dit interview gewoon afmaken,’ zei Anouk. Het leek rustige te worden in het café, het werd stiller en de barman kwam op het tweetal afgelopen. Ze bestelde nog wat te drinken, terwijl de spanning om te snijden was. Voor buitenstaande leek dit afspraakje iets vriendschappelijks, maar dat was het helemaal niet.

‘Oké, ik vertel verder. Ik werd ondervraagd, maar het maakte niet uit wat ik zei, ik had het gedaan volgende die meiden, dus het was zo. Mijn DNA was aangetroffen op de kleding van die meiden en op het kastje naast het bed van één van de slachtoffers. De politie geloofde mij niet.’

‘Hoe verklaart u dan dat u DNA gevonden is op de kleding van de meiden en het kastje?’ vroeg Anouk.

‘Je bent toch journalist, geen politieagent?’ vroeg de man. Hij trok zijn wenkbrauw op en keek Anouk vragend aan. Ze knikte. ‘Stel dan niet zulke stomme vragen!’ riep Sam. Anouk schoof haar stoel een klein stukje naar achteren.

‘Ik moet gaan,’ zei ze snel. Ze wilde hier geen minuut langer zijn. Anouk keek om zich heen en voelde hoe de blik van Sam op haar gericht was. Ze merkte dat ze zich benauwd voelde.

‘Jij blijft!’ riep Sam. ‘Ik werd veroordeeld en mijn leven is verpest! Snapt u het is als je alles kwijt raakt?’ Anouk luisterde nog maar met een half oor. Waarom moest dit? Ze geloofde niets van dit onzin verhaal. Sam leek te merken dat de gedachten van Anouk ergens anders waren.

‘Luisteren!’ riep hij kwaad. Een aantal andere gasten in het café keken geschrokken om.

‘Sorry ik moet echt gaan, ik heb nog een andere afspraak,’ zei Anouk snel.  Ze stond op, maar Sam pakte haar arm stevig vast en duwde haar terug op haar stoel.

‘Jij blijft hier, verdomme!’ schreeuwde Sam. De barman kwam op het tweetal afgelopen.

‘Kunt u misschien even zachtjes doen?’ vroeg de man kalm.

‘Bemoei je er niet mee!’ riep Sam. Het viel Anouk op dat zijn Nederlands helemaal niet zo slecht was, als ze in het begin had gedacht.  Anouk keek Sam angstig aan, zijn ogen spuwde vuur. Als blikken konden doden was de barman zojuist overleden.

De klok gaf aan dat het vier uur was, over twee uur had ze met Bas afgesproken. Ze had daarvoor nog genoeg te doen, dus Anouk wilde weg.

‘En anders?’ vroeg de barman. Dat had hij beter niet kunnen doen, het was zijn grootste fout. Sam pakte een pistool uit zijn zak en richtte die op Anouk. Anouk schrok. Haar hart maakte een sprong van angst. Het gezicht van de barman betrok. Sam stond op en trok Anouk van haar stoel. Hij drukte de vrouw dicht tegen zich aan en duwde het pistool tegen haar hoofd aan.

Van de aardbodem verdwenenWhere stories live. Discover now