4.1

3K 195 26
                                    

Ik word wakker met een droge mond. Dat is een behoorlijk rare eerste gedachte volgens mij gezien de plek waar ik me bevind. De arena. Door het traliewerk dat me van de plek des onheils scheidt, kan ik al het één en ander aan attributen opgesteld zien staan. Van sommige bouwwerken heb ik geen idee waar ze voor dienen, maar andere dingen herken ik uit voorgaande jaren. Zo ook de drie metalen molens – voor elk team één – met witte balletjes erin die op het houten podium voor de deelnemerstribune staan. Op één van die balletjes staat mijn naam.

Ook het rad dat daarnaast staat, herken ik. Het is het rad waarop alle afschuwelijke dingen staan die de komende dagen met ons gedaan zullen worden. Het zal rondgedraaid worden door Aeneas en de beproeving waarbij het stopt die zal uitgevoerd worden. Degenen die mee moeten doen worden vervolgens onder andere door middel van de balletjes in de molen gekozen. Ook de uitverkorenen hebben invloed op een deel van de deelnemers. Vroeger hadden ook de teams zelf invloed op wie er moesten deelnemen aan een proef, maar die spelregel is gewijzigd omdat het te vaak voor verwarring zorgde. Desondanks vond ik deze ingewikkelde procedure als kind uitermate fascinerend. Het heeft echter weinig fascinerends meer als het eenmaal je eigen dood kan betekenen.

De balletjes met de namen van degenen die de proeven overleven, worden na afloop weer terug in de molen gestopt en de balletjes van overleden deelnemers worden aan hun familieleden gegeven. Zo zullen er dus steeds minder balletjes in de molens komen te zitten, wat ook betekent dat er steeds meer doden zullen zijn.

Een ander bekend attribuut is het bord boven het podium. Vanuit mijn cel kijk ik tegen de achterkant van het ding aan, maar ik weet precies wat er aan de voorkant te zien is. Daar staan foto's van alle deelnemers die zich in de arena bevinden. Onder elke foto zit een lampje dat zal branden zolang de betreffende persoon nog in leven is. Sterven ze dan dooft het licht. Het is tevens het scorebord waarop vanaf vanmiddag ieders punten bijgehouden zullen worden.

Een huivering trekt door mijn lichaam als ik dit alles in ogenschouw neem. Ik wist altijd al wat hier gebeurt, maar het is anders als je er zelf onderdeel van bent. Dit is puur sadisme. Ik zie al voor me hoe er straks een balletje met mijn naam erop thuis op de plank in de keuken zal liggen, naast het balletje met de naam van de oom die ik nooit gekend heb. Na verloop van tijd zal dat ook het enige aandenken zijn dat er van mij over is, net als bij mijn oom is gebeurd. Hun eigen balletjes hebben mijn ouders volgens mij in zee gegooid, of ze hebben ze op een andere manier uit de weg geruimd. Daar willen ze niet meer mee geconfronteerd worden. Alleen de doden mogen blijkbaar hun souvenirs achterlaten in ons huis.

"Deianeira?" klinkt het vanachter de muur aan mijn linkerkant. "Ben je wakker?" Het is de stem van Arthur. Gisteravond heb ik al uitgevonden dat hij in de cel naast de mijne zit, wat waarschijnlijk iets te maken heeft met ons team en de volgorde waarin we hier binnen zijn gekomen. Ik heb geen idee waar Bodine zit, wat ik heel jammer vind, maar door de verwarrende omstandigheden van gisteravond ben ik het haar vergeten te vragen.

Ik verschuif mijn lichaam zo dat ik tegen de muur aan kom te zitten die me van Arthur scheidt. "Ja, ik ben wakker."

"Mooi. Ik wilde je succes wensen."

Ongewild moet ik glimlachen. Hij is echt aardig. Of zou het dan toch...? Nee, die spionnentheorie moet ik maar aan de kant schuiven. Daarvoor is hij veel te geloofwaardig. Hoewel het geen kwaad kan als ik voorzichtig met hem omga. "Dankjewel. Jij ook."

"Dank je. Dit keer zul je niet verzwakken omdat je te weinig gegeten hebt."

"Nee, dit keer niet." Ik denk terug aan de keren dat het wel gebeurde. Zoals tijdens de gymles, afgelopen voorjaar. Die morgen had ik mijn ontbijt afgestaan aan Vinny omdat ik niet wilde dat zij honger zou lijden. Tijdens de les moesten we buiten rondjes rennen. Na twee rondjes leek alle kracht uit mijn lichaam te vloeien en viel ik op mijn gezicht op het pad. Naderhand beweerde Bodine dat ik wel een half uur bewusteloos was, maar omdat zij altijd alles overdrijft denk ik dat het in werkelijkheid maar een paar minuten zijn geweest.

(Uitverkoren) - De hoofdprijs (Wattys 2016 winnaar)Where stories live. Discover now