"Is toch mooi? Kom je nooit meer van me af."

We moeten beide lachen en pakken dan al het eten uit. Zoals gewoonlijk begin ik aan de kipnuggets en Joost aan zijn frietjes. We beginnen te praten over van alles en nog wat. Van onze dromen tot aan de toekomst. "Waar zie jij jezelf over tien jaar?"

Ik denk even na. "Dan ben ik zevenentwintig en als het goed is afgestudeerd. Ik werk in een groot ziekenhuis als arts en woon in een huis naast het strand."

"Naast het strand?"

"Ja, net zoals in me dromen toen ik klein was. Ik heb geen huisdieren want ik hou er niet van, wel heb ik een mega tuin met een boomhut daarin."

"Wat moet je daarmee?"

"Pff, het is een droom. Al wil ik een vliegtuig in me tuin kan dat." Voor het eerst in heel me leven ben ik een keer niet serieus en realistisch, laat me dan ook even verder dromen.

Hij gooit sarcastisch en onschuldig zijn handen in de lucht en luistert verder. "Als ik er op tijd aan begin heb ik als het goed is al een kind. Misschien wel twee."

"Een kind en geen man?"

"Zo ver ben ik nog niet hè."

"Die kinderen hebben een vader nodig hè? Ik bedoel voor mij staat vast dat jij de moeder bent van mijn kinderen."

Het is niet dat ik andere plannen had voor de vader van mijn kinderen, de liefde van mijn leven.

"Waar zie jij jezelf over tien jaar?"
Voor even sluit hij zijn ogen. Alsof hij het allemaal voor zich ziet. Een aantal seconden later verschijnt een glimlach op zijn gezicht, een glimlach die hij duidelijk niet zelf onder controle heeft.

"Niet veel anders dan dit. Ik ben nog steeds een geschiedenisdocent, een iets oudere dan. Toevallig woon ik ook naast het strand, met de liefde van mijn leven, de moeder van mijn kinderen."

Even stopt hij en ziet hij me blozen. Ik kijk weg en hij gaat verder. "Ik wil een zoon, een zoon die ik kan leren voetballen. En dochters, dochters die op jou lijken. Al mijn kinderen mogen eigenlijk op jou lijken, allemaal met jouw ogen."

Voor even sluit ik mijn ogen en zie ik het voor me. Kinderen. Onze kinderen.

"Wie weet ben ik de moeder van je kinderen helemaal niet."

"Jij hebt andere plannen?"

"Het duurt nog wat hè, straks ben ik met een andere man. Wie weet."

Teleurgesteld kijkt hij voor zich uit. Zijn kaken zijn gespannen en zijn ogen zijn gericht op één punt. "Nee tuurlijk, wie weet." Ik hou meer van deze man dan nodig.

Ik kijk ook onschuldig vooruit maar hou het niet meer in. Ik moet oprecht lachen om zijn reactie en bekijk hoe ongeïnteresseerd hij probeert te doen.

"Joost."

"Hmm."

"Denk je nou serieus dat ik iemand anders voor me kan zien als de vader van mijn kinderen?"

Hij kijkt me niet begrijpend aan. Ik ga dichterbij zitten en leg mijn hoofd op zijn schouder. "We krijgen een zoon en twee dochters. Onze zoon heeft jouw ogen, blauw als de oceaan. Namen heb ik nog niet bedacht, maar daar hebben we genoeg tijd voor."

Meteen komt er een glimlach op zijn gezicht na een duidelijke zucht van opluchting. "Dacht je echt dat ik het meende?"

"Nee maar ik dacht dat ik te ver ging."

"Jaja, je trapte er gewoon in."

"Nee helmaal niet—" ik onderbreek hem met een kus. Een kus die al snel wordt uitgebreid tot een zoensessie. Zijn tong glipt al snel naar binnen terwijl zijn handen mijn bovenlichaam verkennen. Ik merk dat ik meer wil. Ik laat het hem weten ook. Ik neem plaats op zijn schoot en zoen hem hongeriger dan ooit. Langzaam begin ik te bewegen met mijn heupen en zodra hij merkt dat ik meer wil trekt hij terug. Buitenadem kijken we elkaar aan. "Hier?"

Illegal LoveTahanan ng mga kuwento. Tumuklas ngayon