'Illusie?'

88 5 3
                                    

Het is ondertussen al zaterdag.

Ik probeerde het elke dag. Ik probeerde haar elke dag  uit mijn hoofd te bannen. Niet dat dat lukte. Het lukte geen enkele keer hoe hard ik ook hoopte het gezicht van haar te vergeten. Maar hoe moeilijk wil je het hebben. Haar gezicht was gewoon een exacte replica van die van mij en omdat ik elke dag in de spiegel kijk zal dit me vast nooit lukken.

Ik heb kleine wallen onder mijn ogen. Vanavond heb ik slecht geslapen. Net zoals gisteren, eergisteren en die dagen eroor. Nachtmerries heb ik nooit van iets waarvoor ik bang ben. Daar heb ik gelukkig geen last van maar slapeloosheid is al erg genoeg.

Het is tien voor halfdrie. Ik loop naar de bieb. In mijn eentje, Ally, mijn beste vriendin, moest naar de verjaardag van haar nichtje. Mijn ouders zitten op dit moment vast naast elkaar te werken op de laptops. Het maakte me niet uit, ik wilde even tijd voor mezelf.

De draaideur, het eerste deel van de bibliotheek. Het ding draait en ik loop mee. Ik hou van draaideuren. Soms loop ik stiekem een extra rondje. Gewoon omdat ik het idee dat twee leuke dingen gecombineerd zijn niet kan weerstaan. Draaideuren en stiekemeplannetjes.

Ik lever mijn boeken weer in. Ik scan ze één voor één bij de computer. Harry Potter en de orde van de feniks is het laatste boek wat ik heb gelezen maar ik ben alweer bezig in het volgende deel. Daarna loop ik naar de lange rijen met boeken. Ik loop rond en pak er een aantal op om de achterkant te lezen.

Ik zoek een boek van de serie gone. Nergens heb ik hem gevonden maar de op de computer, waar ik ook op heb gezocht, stond dat hij er wel aanwezig was.

'Mevrouw...?'

Ik sta aarzelent te wachten tot ze haar aandacht op mij richt inplaats van op haar o-zo-bealangrijke computerscherm. Soms word ik gek van al die technische apparaten, het meest van computers. Sommige mensen worden er namelijk door geobsedeerd.

Ze kijkt me aan, kijkt weer naar haar scherm, stopt dan met typen en kijkt me dan weer aan. Vriendelijk dit keer.

'Ik zoek een boek van de serie gone er staat dat hij aanwezig is maar ik kan hem nergens vinden.'

"Zal ik even voor je kijken?"

Ik knik en kijk haar dankbaar aan, dan begint ze weer te typen.

"Gone zei je toch?"

Ik knik nog een keer en kijk mee. De eerste keer gaat het fout. Ze typt titel in plaat van reeks/serie. Ik moest haar zelfs verbeteren omdat we hem niet vonden maar nu, eindelijk, hebben we hem gevonden.

"Hij staat boven. Aan het einde van de gang. De voorste rij."

Ze kijkt even achterom naar de trap.

'O, oke dank u,' zeg ik en ik loop erheen. Achter me hoor ik het rammelende gtik van het toetsenbord weer opstarten. Als ik nog een keer achterom kijk zie ik dat ze als een zombie naar het scherm staart en als een tornado in de weer is om de juiste toetsen in te drukken. Net of het een test op leven of dood is.

Laangzaam loop ik de trap op. Eigenlijk zijn het twee trappen naast elkaar. Een gewone trap en een trap waarin wel drie, vier treden passen. Ik kies voor de gewone trap. Op de grote trap zie ik een bordje staan, kinderen die springen gaan naar het circus, staat erop. Ik moet lachen. 

Als ik eenmaal boven aan kom loop ik naar de rij van haar beschrijfing. En hoewel haar hersenen vrijwel zeker zijn aangepast door haar zombieachtige getyp heeft ze toch gelijk gehad.

Ik zie de boeken naast elkaar staan. Het zijn er misschien wel tien. Sommige staan er twee keer. Ik kies het volgende deel van de reeks die ik aan het lezen ben,  steek hem in mijn tas, kijk op en wil weer weglopen om naar beneden te gaan. Maar iest houdt me tegen dus ga ik zitten op één van de blauwe grote stoelen en lees ik de achterkant van mijn boek.

Totdat..

Mijn stoel draait, het lijkt te komen door een zuchje wind maar ik ben binnen dus kan dat het niet zijn geweest. Ik hoor voetstappen van me verwijderen, hard gegniffel. Ik kijk op uit mijn boek waar ik ondertussen in begonnen ben. Ik zie nog net het uiteinde van een broek met kleurtjes verlopend in andere kleurtjes.

Thuis heb ik dezelfde. Ik slik. Onder de broek zaten gympen. Galaxy gympen. Ik sta razendsnel op en ren naar de rij waarachter ze net nog is verdwenen. Eenmaal daar blijf ik staan. Ik kijk links en recht, boven en onder. Nergens is ze. Ik heb overal gekeken.

Ik zweer je..zij was het.

PleunWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu