Van de aardbodem verdwenen

By Karbonkel

1.4K 71 55

Anouk Slagmolen is een jonge vrouw van 22, ze is verloofd met Bas Dekker en heeft een prima leven. Tot ze van... More

Hoofdstuk 1
Hoofdstuk 2
Hoofdstuk 3
Hoofdstuk 4
Hoofdstuk 5
Hoofdstuk 6
Hoofdstuk 7
Hoofdstuk 8
Hoofdstuk 9
Hoofdstuk 10
Hoofdstuk 11
Hoofdstuk 12.1

Hoofdstuk 12.2

56 3 5
By Karbonkel

Hier is dan eindelijk het tweede stuk van hoofdstuk twaalf. Ik heb het niet nagekeken (overigens dit hele verhaal nauwelijks, shame on me), want ik wilde het zo snel mogelijk plaatsen, omdat het al zo lang duurde.

----------------------------------------------------------------------------

30 dagen vermist

Ramon zat op het bureau. Het spoor naar Anouk liep volledig dood. De zaak had al eerder een diep dal bereikt, maar het leek wel steeds erger te worden. De kans dat Anouk terug kwam in levende lijve werd steeds kleiner.

Ramon dacht na. Niet over de zaak, maar over Karlijn en de toekomst. Hoe zag hij het voor zich? Hij zou Julia moeten opvoeden terwijl Karlijn alles rustig aan moest doen en langzaam gek werd van zichzelf en de hele situatie. Hij zou Karlijn en Julia blijven steunen, hij zou die twee nooit meer achterlaten. Hij kon het niet en hij wou het niet. Ook al werd het lastig om een mooie toekomst op te bouwen, eentje waar ze van droomde.

‘Het is hopeloos hé?’ vroeg Tamara die ongemerkt achter Ramon was gaan staan. Ramon schrok en keek verward op. ‘De zaak is hopeloos,’ verduidelijkte ze zich zelf.

‘Wat is er met de zaak?’ vroeg Ramon.

‘Waar zit jij toch met je gedachten?’ vroeg Tamara terwijl ze richting de koffie en theemachine liep. Ze pakte koffie voor zichzelf en voor Ramon.

‘Niets,’ zei Ramon terwijl hij zijn koffie aanpakte en Tamara zijn dankbaarheid toonde met een knikje. Hij staarde naar het beeldscherm. Karlijn dronk altijd thee, zonder suiker want dat vond ze vies. En dan ging ze tegenover hem zitten, precies waar Tamara nu zat. Ramon miste haar, de oude Karlijn. Hij hield van de oude Karlijn en van de nieuwe, maar hij wilde dat ook zij de kans hadden om plezier te maken. Het leek ze niet gegund. Karlijn kon weinig inspanning leveren, ook al zou ze nog zo graag willen. Het was lastig, verdomd lastig.

Ramon dronk van zijn koffie. Julia zat op school en als zij klaar was gingen ze samen naar het ziekenhuis, waar Karlijn inmiddels al vijf dagen lag. Het zou nog wel een paar dagen duren voordat Karlijn weer naar huis kon. En ja, hij kon het nu pas echt thuis noemen. Ramon was bij Karlijn ingetrokken en had zijn eigen woning te koop gezet.

‘Dertig dagen zijn het toch?’ vroeg Tamara. Ramon knikte alleen maar. ‘Ik denk echt dat Anouk dood is,’ ging ze verder. Ramon reageerde niet, hij was er totaal niet bij vandaag.

Anouk lag nog steeds in het bed. Ze voelde zich een stuk beter en haar hoofd deed geen pijn meer. Dat laatste vertelde ze maar niet aan Sam, dan wist ze zeker dat ze direct terug kon naar de kelder. Waarschijnlijk moest ze binnenkort sowieso al terug en dat moment kon ze het beste zo lang mogelijk uit stellen. In het kamertje had Anouk licht en lag ze lekker, beneden stonk het naar urine en was het pikdonker. Sinds ze in het bed lag mocht Anouk een aantal keren per dag naar het toilet, anders zouden de mannen het bed dagelijks moeten verschonen. Ze kreeg nog steeds geen eten en drinken en mocht nog steeds niet douchen. Bas kon nog steeds niet bij haar zijn. Maar al bij al was het bed vele malen beter.

Ze miste Bas. Elke dag meer en meer, ze had niets van hem bij zich. Hij was alleen maar in haar hard en gedachten, maar verder was hij weg. Bas was Anouk waarschijnlijk allang vergeten. Hij had misschien al een ander. Ze wist dat het onzin gedachten waren, maar Anouk hoopte gewoon dat hij zou stoppen met wachten en verder zou gaan met zijn leven. Ze kwam hier toch nooit meer uit. Misschien stierf ze hier wel als oude dame. Anouk schrok van die gedachte, dat zou betekenen dat ze hier nog jaren zat. Dat nooit! Ze werd liever vermoord dan dat ze het nog jaren in deze hele moest volhouden. Sam kwam de kamer binnengelopen. Hij kwam alleen, zijn handlangers bleven weg. Meestal betekende dat het ergste, meestal stonden die twee dan gewoon op wacht, buiten de deur, totdat Sam klaar was met wat hij moest doen. Sam drukte zijn lippen op die van Anouk en zoende haar vluchtig. Anouk keek vol afschuw weg. ‘Ik ga naar Enkhuizen bellen, popje,’ zei Sam. Er verscheen een glimlach op haar gezicht.

‘Ze moeten denken dat je dood bent, dat ik jou net vermoord heb,’ ging hij verder. De glimlach op Anouks gezicht verdween.

‘Ik ben niet dood! Waarom wil je dat ze dat denken?’ vroeg ze verontwaardigd.

‘Omdat je wel dood gaat, meisje van me! En ze moeten nu stoppen met zoeken, dan kan ik je eindelijk in alle rust, zonder gedoe, vermoorden!’ riep Sam. Anouk keek de getinte man met grote ogen aan. Haar ogen vulde zich langzaam met traanvocht, dat vervolgens over haar wangen naar beneden liep. Sam haalde een telefoon tevoorschijn. Anouk zag direct dat het haar eigen telefoon was. Hij schoof het toestel open.

‘Vijfendertig gemiste oproepen. Bijna allemaal van Bas. Hij is wanhopig, liefje,’ zei Sam. Anouk schudde haar hoofd, ze wilde niet dat hij haar liefje noemde. Hij moest gewoon oprotten! Hij zocht in haar telefoon. ‘Jij houd je mond! Anders ben je dood!’ dreigde Sam terwijl hij de telefoon tegen zijn oor aangedrukt hield. Hij zette het op luidspreker en pakte zijn pistool uit zijn broekzak. Waarom moest ik hierbij zijn? Liet hij mij lijden door Bas’ stem te laten horen? Anouks hart bonsde in haar keel terwijl ze zo stil mogelijk in het bed bleef liggen. Er verscheen een glimlach op haar gezicht toen er werd opgenomen. ‘Anouk? Met Bas! Hoe is het liefje? Waar ben je?’ roept hij bezorgde door de telefoon.

‘Ze is dood,’ zei Sam. Anouk wilde gillen, om te laten horen dat ze nog leefde, maar het pistool was geladen en ze wist dat Sam bereid was om te schieten.

‘Ik geloof het niet! Waar is Anouk, wat heb je met haar gedaan!? En wie ben jij in godsnaam!’ schreeuwde Bas in paniek.   

‘Wow, doe eens rustig man, ik stel hier de vragen! Jij lijkt echt teveel op Anouk,’ zei Sam met een lach op zijn gezicht. Anouk merkte dat hij plezier had om Bas zo te stangen. Ze moest haar best doen om geen schreeuw te geven. ‘Ik heb jou verloofde vermoord! Ze is er niet meer, ze is dood, weg, verdwenen en komt nooit meer bij je terug,’ zei Sam. Hij lachte door de telefoon. Ik kreeg er de kriebels van en rilde.

‘Dat kan niet,’ zei Bas met een trillerige stem. Anouk had medelijden met hem, ze had het idee dat hij elk moment in tranen uit kon barsten en dat terwijl ze gewoon nog leefde. Er was wel één voordeel aan dit telefoontje; Anouk wist dat ze nog gezocht werd en dat Bas nog van haar hield. Maar verder haatte ze dit moment. Anouk wilde huilen en schreeuwen. Huilen omdat ze niets mocht zeggen en schreeuwen omdat Bas dan niet zou stoppen met zoeken en zou weten dat ze nog leefde.

‘Toch is het zo,’ zei Sam. ‘Dat domme wicht heeft het zelf verpest. Man, dat jij met zo’n wijf in één huis kan wonen,’ ging hij verder. Anouk wist dat Sam dit zei om haar uit te testen. Ze wist dat hij dit deed zodat zij zou reageren en hij haar kon opsluiten en haar leven nog meer zou kunnen ruïneren, ze had namelijk een regel overtreden. Maar Anouk reageerde niet.

‘Anouk is niet dom! Waar is ze verdomme!?’ gilde Bas door de telefoon. Anouk glimlachte flauwtjes toen Bas het voor haar opnam.

‘Het was fijn je gesproken te hebben. Gecondoleerd Basje,’ zei Sam lachterig. Hij vond het geweldig hoe Bas begon te denken dat zijn vriendin dood was, terwijl die vriendin gewoon door hem onder schot werd gehouden. Hij had Anouk in zijn macht en Bas straks ook. Anouk hield het niet meer. De tranen rolde over haar wangen en het pistool was nog steeds op haar gericht. Het maakte niets meer uit. Als ze niets liet horen stopte ze met zoeken omdat iedereen dacht dat Anouk dood was, maar als ze schreeuwde werd ze vermoord. Het kwam op hetzelfde neer. ‘Bas, help me!’ schreeuwde Anouk zo hard als ze kon.

‘Dom wijf! Dat had je nou net niet moeten doen!’

‘Anouk? Anouk? Ben jij dat?’ hoorde ze bas door de telefoon roepen. Sam legde zijn pistool aan de kant en gaf Anouk een klap in haar gezicht. Waarom hij niet gewoon schoot bleef voor Anouk één groot raadsel.

‘Au, blijf van me af!’ schreeuwde Anouk. Ze kreeg nog een paar klappen en gilde het uit. Ondertussen luisterde Bas mee, Anouk probeerde zoveel mogelijk lawaai te maken, zo wist hij dat zij het was, zo wist hij dat ze echt nog leefde. Op het moment dan Anouk nog een stomp in haar maag kreeg en zo snel mogelijk hapte naar een beetje zuurstof kwamen de handlangers het kamertje ingelopen. ‘Breng haar naar de kelder!’ beval Sam de mannen. De mannen zeiden niets en klikte slechts. Ze maakte Anouk los van het bed terwijl Sam de verbinding met Bas verbrak. Anouk zuchtte en spartelde zoveel mogelijk om het de mannen moeilijker te maken.

‘Dom wicht, hier krijg je spijt van!’ schreeuwde Sam terwijl de handlangers Anouk ruw meetrokken richting de deur en vervolgens richting het luik van de kelder. Ze stribbelde tegen en probeerde zich los te trekken. Ze had haar verloofde horen praten, nu wilde ze hem zien ook. Sam was achter het drietal gaan staan en keek hoe de handlangers het luik opende. Anouk werd ruw de trap afgeduwd. Sam achtervolgde hen en nam het over. Hij greep haar arm beet, Anouk had direct het gevoel alsof die helemaal samengeknepen werd, en trok haar mee richting de muur. Anouk zag woede in de ogen van Sam die ze in al die dagen nog nooit zo had gezien. Ze was bang voor hem. Banger als ooit tevoren.

De verbinding werd verbroken. Bas voelde zich machteloos en opgelucht tegelijk. Hij was enorm blij dat ze nog leefde, Anouk was niet dood! Maar hij wilde haar helpen ne had geen idee hoe. Bas had gehoord hoe ze zijn vriendin behandelde daar, ze moest er weg! Het was vreselijk! Bas moest Anouk gewoon redden, het kon zo niet langer. Ze werd geslagen alsof het een waardeloos schepsel was. Ze werd behandeld als boksbal! Ze was vast broodmager en helemaal bont en blauw geslagen. Misschien zou die vent haar nu vermoorden. Hij deed haar verdomme pijn! En Bas moest de schade beperken, hij moest haar helpen, maar eerst zou hij de politie bellen.

‘Ze leeft nog,’ zei Ramon toen hij de telefoon ophing. Tamara keek hem vragend aan, waar had hij het over? ‘Bas belde net, we moeten bij hem langskomen,’ ging Ramon verder. Tamara knikte.

Nog geen kwartier later stonden de agenten samen voor de deur van het huis van Bas en Anouk. Naast de deur hing een naamplaatje. Op het witte bordje, gevuld met rode hartjes, stonden met grote sierletters de namen Bas en Anouk. Tamara keek er aandachtig naar.

Bas opende de deur en liet de agenten binnen. Naast elkaar namen ze plaats op de bank. Bas schonk de net gezette koffie in en keek de agenten met een emotieloze blik aan. Hij zat er helemaal door heen. Zijn ogen waren rood en gezwollen. Op de tafel lagen vol gesnoten zakdoekjes en het huis zag eruit alsof het al weken geen schoonmaakbeurt meer had gehad.

‘Die klootzak heeft mij gebeld,’ zegt Bas. Zijn ogen spuwde vuur terwijl hij naar de muur keek.

‘Wat heeft hij gezegd?’ vroeg Ramon.

‘Hij zei dat ze dood was. Dat hij haar vermoord had en dat het een dom wicht was!’ riep Bas. Ramon keek hem vragend aan en begreep niet waar Bas uithaalde dat Anouk nog leefde. Tamara maakte aantekeningen bij het verhaal van Bas, iets dat Karlijn vroeger altijd deed.

‘Ik geloofde hem niet, misschien een klein beetje, maar ik kon en wou het echt niet geloven. Ineens begon Anouk op de achtergrond te schreeuwen, ze riep om hulp. Ze riep om mijn hulp!’ De tranen sprongen opnieuw in zijn ogen. ‘Ik was blij dat Anouk nog leefde maat had gelijk door dat ze daar als een beest behandeld werd. Ze gilde en schreeuwde om hulp. Ze riep dat hij van haar af moest blijven. Het laatste dat ik hoorde voor de verbinding werd verbroken was dat ze naar de kelder moest,’ eindigde Bas zijn verhaal. Hij haalde zijn neus op en veegde een traan weg uit zijn ooghoeken.

‘En verder?’ vroeg Ramon.

‘hij verbrak de verbinding. Er is geen naam genoemd, geen plaats, helemaal niets.’ Ramon knikte, hij baalde een beetje, maar was blij om te weten dat ze zochten naar een leven persoon en niet naar een lijk. Ze wisten nu nog niet waar Anouk zat, tot zijn ergernis. Ze wisten geen namen, helemaal niets. En of Anouk nog leefde wisten ze eigenlijk ook niet, misschien was ze inmiddels wel vermoord.

‘Als ze nog eens bellen moeten wij het direct weten. We zouden je gesprekken kunnen aftappen. Maar hiervoor moeten we van zowel jou als de officier van justitie toestemming krijgen,’ verteld Ramon. Bas knikt begrijpelijk.

‘Natuurlijk mag dat, ik doe alles, als Anouk maar levend terug komt,’ zei hij.

‘Oké, dan regelen wij het zo snel mogelijk en komen we binnenkort weer bij je langs,’ zei Tamara. Ze glimlachte naar Bas en stond op. Ramon volgde haar voorbeeld en schudde Bas zijn hand. ‘Het komt goed. Ze vinden haar,’ zei hij. Bas knikte, maar was niet overtuigt.

Anouk begon te trillen. ‘Laat me los, je doet me pijn,’ zei ze voorzichtig.

‘Je hebt het nu echt verknalt dom wijf! Denk je nu echt dat het mij interesseert of jij pijn hebt!?’ schreeuwde Sam. Anouk besloot er niet eens meer op te reageren, ze negeerde zijn opmerking. Haar arm deed pijn door de greep van Sam die nog steeds niet verslapte. Anouk probeerde zicht los te wringen om weg te komen, maar het lukte niet, Sam liet niet zomaar los. ‘Denk je nou echt dat ik je zomaar loslaat? Jij hebt iets gedaan waar je spijt van zult krijgen, je komt hier niet mee weg.’ Sam duwde Anouk tegen de muur aan. Een pijnschoot schoot door haar hoofd heen, die hard tegen de muur aan bonkte. Sam stond slechts een centimeter voor Anouk. Ze zag zijn hoofd draaien en had het gevoel dat ze neer ging storten. Misschien was de wond nog niet helemaal genezen en was ze te vroeg uit bed gehaald. Stiekem had ze hoop dat ze terug moest naar het bed. Dat ze weer weg mocht uit de kelder.

Anouk wilde naar haar hoofd grijpen, maar Sam hield het tegen. Hij gaf haar een stomp in haar maag. ‘Hou je gedeisd, niet bewegen, behalve als ik het zeg!’ dreigde Sam. Anouk knikte en keek Sam aan met haar grote blauwe ogen. Ze waren de glans verloren en staarde dof voor zich uit. Sam begon op Anouk in te slaan. De pijn was immens, maar ze was het gewend. Het was niets nieuws meer. De innerlijke pijn was groter. Het gemis, het gevoel van verlies, het deed veel meer pijn dan de klappen die Sam aan Anouk gaf. Ze ontving nog een klap recht in haar gezicht. De tranen stroomde over haar wangen, maar verder negeerde ze het. Het kon haar niets doen, ze moest het maar gewoon negeren.

Ineens vouwde Sam zijn handen om Anouks nek. Hij begon met al zijn kracht haar keel dicht te knijpen. Anouk schrok. Haar ogen werden groot en keken de man die haar wurgde angstig aan. Ze bewoog haar lippen, maar er kwam geen geluid overheen. Anouk hapte naar lucht, maar zelfs het kleinste beetje zuurstof konden haar longen niet bereiken. Ze voelde zich slapjes, een vlaag van misselijkheid overspoelde haar.

Anouk probeerde Sam van zich af te duwen. Het lukte niet! Hij ging niet weg en het werd steeds benauwder. Sam duwde Anouk nogmaals tegen de muur aan. Tranen stroomde als watervallen naar beneden, ze wilde smeken, ze wilde hem smeken om haar in leven te houden. Ook al was dood gaan misschien de perfecte oplossing. Het niet eten zou niet lukken, maar dit was een veel makkelijkere manier. Anouk durfde niet. Ze durfde de dood niet in ogen te kijken. Ze wou niet dood! Ze moest Bas terug zien en dat kon niet als ze er alles aan deed om dood te gaan! Ze moest overleven, het kon niet anders. Anouk probeerde helder na te denken en opende haar mond om naar lucht te happen. Ze maakte een gorgelend geluid en voelde dat ze ging stikken. Met alle kracht die Anouk nog had gaf ze Sam een knietje. Hij kromp in elkaar. Anouks keel was weer vrij en direct hapte ze naar lucht. De zuurstof bereikte haar longen en het voelde als een letterlijke verademing. Ze slikte en voelde met haar hand aan haar pijnlijke keel. Anouk keek naar Sam en verzamelde moed. Snel rende ze langs hem, richting de trap, op weg naar haar ontsnapping.

Plotseling voelde ze een hand om haar enkel. Ze keek om richting de grond en zag dat Sam daar lag, hij had haar enkel vastgegrepen, ze kon niet weg! Sam stond op en Anouk bleef verstijf staan. Ruw trok hij haar mee richting de hoek van de kelder. Hij haalde uit met zijn vuist, die recht op haar neus belandde. Het deed pijn en het bloed stroomde naar beneden. Het leken liters bloed die van Anouks neus, via haar mond, op haar shirt drupte. Het maakte Sam niet uit, hij bleef op haar in slaan. Het maakte hem niets uit dat Anouk bont en blauw werd.

‘Kleed je uit!’ schreeuwde Sam. Hij keek Anouk dwingend aan. Anouk schudde haar hoofd. Echt niet dat ze zich ging uitkleden voor die griezel. Sams ogen spuwde vuur toen Anouk niet reageerde en in haar kleding voor hem bleef staan. Hij drukte zijn handen tegen haar keel aan, zo hard als hij kon kneep hij haar keel dicht.

‘Oké,’ piepte Anouk zo zacht dat je het eigenlijk niet kon verstaan. Sam liet los en lachte naar de hulpeloze vrouw. Anouk hapte naar adem en hijgde.

‘Dat dacht ik ook,’ zei Sam. Langzaam trok Anouk haar shirt uit. Ze zag dat Sam constant naar haar staarde en zijn blik geen seconde van Anouk afwendde.  Een ongemakkelijk gevoel overspoelde haar. Ze zag hoe Sam zijn shirt uit trok. En vetrol viel over zijn broek heen. Anouk wendde haar blik tot de muur, die er een stuk aantrekkelijker uit zag. Sam kwam op Anouk afgelopen. Hij pakte haar hoofd vast met zijn handen en draaide haar hoofd om. Anouk rilde. Ze wilde geen naakte Sam zien, ze wilde dit niet! ‘Schiet eens op!’ schreeuwde Sam. Anouk knikte, maar om de druk op te voeren gaf hij de jonge vrouw nog een klap in haar gezicht. Zo snel als ze kon kleedde Anouk zich helemaal uit.

Daar stond ze dan tegenover hem, poedelnaakt. Met tranen die bleven komen, met die vreselijke angst voor wat hij ging doen.

Sam pakte handboeien die hij in de kelder had liggen. Ondertussen bleef Anouk tegen de muur aan staan, ze durfde zich niet te bewegen. Ze voelde een arm om zich heen en werd meegetrokken naar de paal. Sam maakte Anouks armen vast om de paal, ze kon geen kant meer op. Het enige dat ze nog kon doen was staan. Sam kneedde voorzichtig in har borsten en zoog eraan. Anouk walgde ervan en kreeg de neiging om over te geven. Sam drukte zijn lippen op die van haar, zijn tong zocht een weg naar binnen. Anouk weigerde mee te doen en draaide met een ruk haar hoofd de andere kant op. Sam gaf haar weer een klap. ‘Werk mee verdomme!’ schreeuwde hij. Anouk knikte, tegen haar wil in. Sam zoende haar vol overgave, Anouk deed mee, het moest, ze had geen keuze. Ze wilde dit alleen met Bas doen, niet met een griezel als Sam. Niet met iemand waar ze niet van hield. Maar Bas zou het begrijpen. Haar leven stond op het spel, ze had geen keuze. Na een tijdje trok Anouk zich terug en draaide ze haar hoofd richting de trap. Sam zoende vreselijk en ze kon alleen maar aan Bas denken. Vrijwillig meedoen betekende geen verkrachting en een ongelooflijk schuldgevoel bij Anouk. Ze kon toch niet zomaar met een andere man intiem zijn, het was nota bene haar ontvoerder, de man die haar leven kapot wilde maken! Sam trok ruw haar hoofd richting zijn gezicht en probeerde haar opnieuw te zoenen. Anouk bleef weigeren. Ze wilde het niet. Ze walgde van die man! Je kan niet de liefde bedrijven met een random persoon, zoiets doe je niet. ‘Blijf van me af!’ schreeuwde Anouk toen hij haar hele lichaam begon te betasten. Sam reageerde niet. Hij liep weg richting zijn broek en zocht overduidelijk iets. Hij pakte iets en kwam weer in Anouks richting gelopen. Tot Anouks opluchting was het geen pistool, maar wat het wel was wist ze niet. Sam kwam dichterbij en Anouk had door dat het ene condoom was. Ze rilde. Ze wilde geen seks met hem. Ze wilde weg, naar huis en trouwen met Bas.  Hij deed het condoom bij zichzelf om en drong bij Anouk naar binnen. Hij deed niet eens een beetje voorzichtig. Het deed pij, van binnen en buiten. Overal voelde Anouk die immense pijn. ‘Hou op! Hou op, ik wil dit niet!’ gilde ze zo hard mogelijk. Maar Sam ging door. Hij ging steeds harder, en het deed steeds meer pijn. Hij kreunde en vond het overduidelijk helemaal geweldig. ‘Je doet me pijn, Sam, hou op,’ jammerde Anouk. De tranen stonden in haar ogen, wanhopig keek ze de man die tegen haar aan stond te beuken aan. Sam lachte en ging verder, hij vond het prachtig. Hij zoende haar in haar nek, op haar borsten en haar mond. Overal, er was geen plek die hij oversloeg. Hij trok zichzelf terug en gooide het condoom dichtgeknoopt door de garage heen.

‘Heerlijk dit, allee hou je de volgende keer een beetje gedeisd,’ zei Sam.

‘Een volgende keer? Die gaat er echt niet komen! Tegen die tijd heeft Bas mij allang gevonden en gered!’ riep Anouk uit. Echt niet dat hij dit nog eens bij haar ging doen. Sam lachte alleen maar. Poedelnaakt stonden de twee tegenover elkaar. Anouk wilde haar kleding weer aan, ze wilde haar vermagerde zelf weer verbergen in de veel te grote slobber kleding van Sam. Maar ze kon niets anders dan staan. Ze kon geen kant op door die handboeien die haar vrijheid zoals altijd ontnamen. Anouk sloot haar ogen, ze wilde Sam niet naakt zien, ze wilde hem niet met kleding zien, ze wilde hem gewoon helemaal niet zien.

‘Ik weet zeker dat er een volgende keer komt,’ zei Sam met een grote lach op zijn gezicht. Anouk schudde haar hoofd en keek wat bangig uit haar ogen. Hij liep richting zijn broek en pakte een nieuwe condoom. Sam hield het voor Anouks neus en gaf haar een zoen op haar wang. Ze walgde ervan. ‘Eigenlijk hebben we deze niet nodig. Ik wil geen rubber tussen ons in. Ik wil dicht bij je zijn, zo dichtbij mogelijk. En laatst ben ik getest, dus het kan. Een kind zou ik best wel willen, van zo’n mooie meid als jij,’ vertelde Sam. Anouk schudde wild haar hoofd.

‘Ik van jou niet!’ riep Anouk terwijl ze zichzelf dichter tegen de paal aandrukte. Sam drukte zijn naakte lichaam tegen de hare. Anouk schudde haar hoofd.

‘Wat is er liefje, heb je geen zin?’ Anouk begon te trillen en schudde nogmaals haar hoofd. Haar benen voelde als pudding en in haar armen voelde ze niet de kracht om Sam van zich af te gooien. Anouk wilde weg rennen, maar ze zat vast.

‘Rot op!’ gilde ze. Sam haalde zijn schouders op, hij was vastbesloten om niet naar Anouk te luisteren. Ze was slechts een hulpeloos schepsel. Sam begon Anouk te zoenen. Ze draaide snel haar hoofd weg en keek Sam vol afschuw aan. ‘Ik heb een soa,’ loog Anouk. Misschien zou het hem afremmen, of het condoom wel gebruiken. Dat was altijd nog beter, echt niet dat Anouk een kind van deze klootzak wou. Sam knikte begrijpelijk e ging door. Hij begon haar heftig te zoenen, alsof de woorden van net hem niets deden. Anouk deed mee om klappen te voorkomen. Hij stopte ermee en Anouk zag hoe hij het rubberen hoesje om zijn geslachtsdeel heen deed. Anouk begon tegen te stribbelen. ‘Eén keer is meer dan genoeg. Laat me nu los!’ riep ze zo kalm mogelijk. Het klonk alleen verre weg van kalm. Ze klonk bang en wanhopig. Haar stem was schor en trillerig. Haar gezicht was nat van haar eigen tranen. Met Bas had ze er geen moeite mee gehad, maar ze begon het nu te haten. Het deed pijn, overal, binnen en buiten. Ze voelde hoe Sam haar lichaam voor de tweede keer binnen drong. Anouk gaf een gil. Ze schreeuwde alsof haar leven er vanaf hing. Ze dacht aan Bas en voelde zich ellendig. Het lukte haar niet om te vergeten dat ze hem nu bedroog. Het was haar eigen schuld. Als zij nou niet naar dat interview ging lag ze nu naast Bas in bed en stond ze niet tegen een ijzeren paal aan, naakt. Met tranen in haar ogen bleef ze doorgaan. Ze had geen keuze. 

----------------------------------------------------------------------------------------

Ik hoop dat jullie het nog steeds wat vinden en dat ik nog lezers heb, ondanks dat er lang tussen dit stukje en het vorige stukje zat. School gaat voor en is ontzettend druk! Maar ik zou graag horen in een reactie wat je vond. Heb je tips? Tell me! 

Continue Reading