'Ik weet het,' zei Storm die zichzelf dwong te glimlachen. 'Waarom bent u hier?'

'Ik had hier zolen onder mijn schoenen laten maken, maar ze komen nu al los.' De vrouw zuchtte luid. 'Ik eis mijn geld terug, maar dat zal wel lastig worden. Ze zijn hier echt een stelletje klaplopers.'

'Dat is vervelend.' Storm wist niet zo goed wat ze met die klacht moest. De sleutelmaker leek een vriendelijke man.

'Ja, het is nog maar drie maand geleden dat ik ze liet repareren en je betaald er de volle prijs voor, hoor. Dan mag je ook wat terug verwachten. Kwaliteit zeggen ze op hun uithangbord...' De stem van de dame galmde door de winkel.

Storm luisterde maar en knikte. Het was dat de vrouw Yusra's moeder was, anders had ze het gesprek zeker afgekapt. Hoe hield haar vriendin het met dit kreng uit?

Het was de sleutelmaker die haar uit het gesprek bevrijde. 'Je sleutel is af jongedame.' zei de man met een glimlach.

De vrouw keek hem boos aan. 'De schoenen die ik hier heb...'

'Een moment, mevrouw, u bent zo aan de beurt,' onderbrak de man Yusra's moeder. Vervolgens wenkte hij Storm en liep naar de stoffige toonbank en overhandigde haar de sleutel.

'Sterkte,' wenste ze hem, waarna ze richting de uitgang liep. De moeite Yusra's moeder een fijne dag te wensen, nam Storm niet. Met enige tegenzin liep ze richting haar fiets. Nu moest ze echt naar huis. Als ze langer wegbleef zouden haar ouders zich zorgen maken. Met tegenzin reed ze door het grauwe landschap van grijze huizen en donkere wolken. Ze had nooit gedacht dat ze het zo erg zou vinden om terug te gaan naar een plek die veilig zou moeten zijn. Maar haar garagedeur had dezelfde kleur grijsblauw, als de rest van de wereld. En een zwaar gevoel vulde Storm toen ze hem opende. Zouden haar ouders het vergeven als ze er achter kwamen wat ze van plan was? Ze hadden al het recht om het niet te doen. Een scheldwoord ontsnapte uit haar mond. Ze vergaf het zichzelf niet eens.

Ze zette haar fiets in de garage en deed de deur net wat te hard dicht. Met grote passen beende ze richting de woonkamer. Ze moest nog heel even volhouden. Volgende week waren er geen leugens meer. 'Mam, ik ben thuis!'

Haar moeder keek op van haar tablet en glimlachte warm. 'Hoe ging het?'

Storm haalde haar schouders op. 'Wel goed, denk ik. Ik heb gewoon dezelfde pillen als ik eerst had.'

Haar moeder schoof de tablet aan de kant. 'Is er wat?'

Een golf van misselijkheid schoot door haar heen. Zag haar moeder wat er gaande was? Besefte ze eindelijk waar haar dochter onder gebukt ging? Storm wist niet of het een goed iets was of niet. 'Nee, niet echt.'

'Oké,' haar moeder glimlachte opnieuw. Ze leek te weten dat er meer was, maar stelde geen vragen. Een grote fout. 'Hopelijk lossen de pillen het op.'

Storm knikte zacht en ontgrendelde haar mobiel. Vanuit haar ooghoek zag ze hoe haar moeder haar tablet weer opende. Als mam het echt had begrepen, zou kalm glimlachen om vervolgens weer aan de slag te gaan met het werk dat ze altijd mee naar huis nam. Als ze wist hoe diep haar lieve dochter gezonken was, had de dag er heel anders uitgezien.

Maar haar moeder kon het niet weten en Storm gaf haar geen kans om het te ontdekken. Ze slofte de trap op en liep naar haar kamer. Daar plofte ze op haar bed en leunde tegen de ruwe muur. Na een paar minuten verveeld voor zich uit te hebben gestaard, stuurde ze Yusra een bericht.

zaterdag 17:34

Storm
Hey, hoe is het?

Yusra
Goed hoor! En met jou?

Storm
Ook goed, ik kwam je moeder zonet tegen.

Ik weet wie je bentWhere stories live. Discover now