hoofdstuk1:

185 11 0
                                    


hoofdstuk 1: 

'VALERIE!'

Ik schrik wakker als ik de paniekerige stem van mij zusje  hoor. In de kamer naast de mijne hoor ik het breken van glas en geschreeuw. Mijn zusje!

Gehaast spring ik uit bed en loop geschrokken naar mijn zusjes kamer, daar is er een puinhoop: de lakens van haar bed, die normaal altijd mooi opgemaakt zijn, liggen verspreid in de kamer en het raam dat openstond, is gebroken. Vlug ren ik naar het raam en zie hoe een schim (een jongen?!) die uit het raam gesprongen heeft op de grond landt met Catherine in zijn armen.

'CATHERINE!', schreeuw ik.

'Laat haar los klootzak!!!', roep ik woedend naar de jongen, maar die rent gewoon verder.

Wanneer ik blijf schreeuwen en hij steeds verder in het bos verdwijnt, neem ik een besluit en loop haastig naar bendeden waar ik mijn knooplaarsjes en knalrode jas aantrek. Waar is mijn vader nu, wanneer ik hem nodig heb, denk ik woedend terwijl ik de deur open trek en het koude bos in loop..... 

Ik volg nu al een tijdje het spoor van de jongen. Tot ik zie dat de sporen plots veranderen in... Wolvensporen?! Ik begin steeds sneller te lopen, de weerwolf heeft haar zusje ontvoerd! Hoe durft hij! Eerst vermoord hij haar moeder en nu ontvoerd hij Catherine, die het belangrijktste is in mijn leven!

Al snikkend blijf ik verder lopen, als ik maar niet te laat kom! Terwijl ik verder pieker, loop ik verder, naar beneden kijkend. Plots bots ik tegen iets hard. 

Geschrokken kijk ik omhoog en zie de jongen die mijn zusje ontvoerde. Ik deins achteruit en wil weglopen, maar weet dat ik dat Catherine niet kan aandoen.

Voor mij staat hij, de weerwolf, de moordenaar van mijn moeder, de ontvoerder van mijn zus. De man die mijn leven heeft laten veranderen, maar toch ben ik niet bang, al kan ik geen woord uitbrengen. 

Wat raar is, ik heb er jaren over nagedacht: wat ik zou zeggen als ik de moordenaar van mijn moeder, de weerwolf terug zou zien. Terwijl ik naar achteruit stompel, bedenk ik me iets, Catherine is niet bij hem!

'Waar is Catherine?', vraag ik al stotterend.

'Die is hier niet, en dat is ook niet van belang, herken je me niet?', vraagt hij met een spottende stem.

'Natuurlijk herken ik je! Je hebt mijn moeder vermoord en je sluipt al jaren telkens bij bloedmaan rond het dorp!', schreeuw ik, kwaad om zijn spottende ondertoon.

'Ja, maar ook nog van ergens anders?', probeert hij.

'Nee van waar zou ik je nog moeten kennen!', tier ik. Wat denkt hij wel!  En ik kijk woedend naar hem, in zijn ogen. Die ogen... Die herken ik!!! Peter....  

'Peter??? Ik dacht dat je dood was!' 

'Tja, ik ga niet zo vlug dood' lacht hij, terwijl ik hem met open mond aanstaar.

Hij was in mijn jeugd jaren mijn beste vriend, we speelden altijd verstoppertje samen in het bos, we gingen samen mijn oma bezoeken en maakten samen koekjes tot we er bij neervielen...  tot hij op een nacht in het bos verdween en nooit meer terug kwam. De mensen in het dorp, zelf zijn ouders en zusje dachten dat Peter was ontvoerd, maar ik wist wel beter. De dag daarvoor had Peter Valerie verteld dat hij het niet meer uithield in het dorpje en dat hij de wereld wilde ontdekken, samen met haar. Maar ik wilde niet. Toen is hij kwaad weggelopen. Nu was ze 17 dus dit alles was al zeker 5 jaar geleden. 

 'Waar was je al die tijd? Ik ben zo blij dat je nog leeft, je ouders trouwens ook en je zus dan die zal nog blijer zijn...' ratel ik verder. 

'Die mogen allemaal niet weten dat ik nog leef, dat zou te gevaarlijk zijn', onderbreekt hij mij. 

'Maar waarom dan?', vraag ik onzeker. 

 'Ben je het nu al weer vergeten, ik ben een weerwolf Valerie! ik vertrouw je, ik weet dat je het aan niemand zal doorvertellen.  Maar mijn familie is anders. Ze weten niet dat ik in een weerwolf ben veranderd, ze denken zelf dat ik dood ben. En dat wil ik zo houden ook!', roept hij radeloos, maar ook woedend. 

En toen schoot ik wakker, wat dacht ik eigenlijk? Dat we weer leuk vriendjes kunnen worden, nadat hij mijn moeder had vermoord?!  Nu hij mijn zusje had laten verdwijnen, kon ik hem zeker niet meer vergeven!  Plots werd ik bang, hij lokte me naar het bos door mijn zusje te ontvoeren, wat hij nu met me gaat doen. Wie weet vermoord hij me!

Bang ren ik van hem weg, tussen de bomen door, terug naar huis. Daar ga ik mijn vader waarschuwen dat de weerwolf Peter is en dat hij Catherine heeft ontvoerd. 

Maar mijn plan valt in duigen als ik plots twee gespierde armen rond mijn middel voel...

'Laat me los!', schreeuw ik terwijl ik tegenspartel om los te komen. 

'Ik kan je niet los laten, en weg laten lopen, zodat je me kan verraden aan je vader en het dorp!', fluistert hij dreigend in mijn oor...

the werewolfWhere stories live. Discover now