Roses (1)

47 8 3
                                    


Roses

De dagen vliegen voorbij in Los Angeles, niemand vergeet het maar tegelijkertijd zijn ze het wel weer vergeten. Niemand denkt er echt meer aan, behalve Stefan. Hij krijgt het juist niet meer uit zijn hoofd, alles wat hij doet, helpt niks. De papieren zijn inmiddels als van de lantaarnpalen gehaald, politieagenten zijn gestopt met zoeken. Iedereen heeft zijn hoop opgegeven, behalve Stefan. Hij is de enige met hoop, Hoop dat hij zijn broertje weer gaat terug vinden. En vandaag is de dag dat hij zijn broertje weer gaat terug vinden, hoopt hij.

Stefan ontbijt! Roept mama.

Ik kom al, met een zucht loopt Stefan van de trap naar de eetkamer. Zijn ouders zitten daar al te wachten op hem om te gaan eten. Vader leest de krant en moeder drinkt warme thee. Stefan gaat vermoeid aan de tafel zitten. God Stefan, zegt moeder. Heb je wel geslapen? Ja antwoord Stefan, maar hij weet zelf dat dat niet waar is. Want Stefan krijgt iedere nacht nadat zijn broertje verdwenen is dezelfde droom, Dat hij zijn broertje ziet, maar dat hij heel gewond is en schreeuwt om zijn naam. Vader knikt en zegt: 'goed dat je geslapen hebt knul, kun je vandaag weer hard aan het werk op school'. Alsof Stefan op dat antwoordt zat te wachten, maar hij zegt maar: 'Ja zal ik doen'. En zijn vader knikt even en leest daarna de krant weer verder. Uh, ik heb haast ik eet me eten wel onderweg op! Zegt Stefan. Oke is goed, zegt moeder. Vader hoort hem niet eens, hij is helemaal verdiept in de krant. Stefan geeft zijn moeder een snelle knuffel en stapt op zijn fiets met zijn rugzak op zijn rug. Hij fietst en fietst, maar niet naar school nee. Hij fietst de andere richting op, maar naar waar?

RosesWhere stories live. Discover now