33.2

3.4K 202 46
                                    

33.2

Het vervolg van verhaal deel 33, gezien ik de vorige hoofdstuk niet af heb kunnen schrijven.

-

Nadat de man ons heeft verlaten, springt het jongetje meteen in Naoufal' handen, wat hem zo te zien even laat schrikken. Doordat hij volgens mij opeens opsprong, ligt Naoufal dus met zijn rug op de grond, en het jongetje op hem.
Een grote glimlach, is bij de hun gezichten niet te missen, en dan laat mij onbewust ook meelachen.

"Waar was jij al die tijd?" vraagt het jongetje, dan wanneer ze beiden alweer zitten. Naoufal op zijn kont, met het jongetje op zijn schoot, zijn gezicht naar hem toe, en beiden zijn beentjes aan een kant.

"Druk" zijn hand gaat alweer in zijn haar, waarna het jongetje al snel zijn hand verwijdert "dat weet je toch"

Wanneer het jongetje zijn handen om hem heen slaat, en op Naoufal' schouders valt, hoor ik gesnik vanuit het kan van waar het vrouw staat.

Ik was haar helemaal vergeten, en bij het merken waarom en waar we eigenlijk alweer staan, verdwijnt mijn lach alweer meteen.

Langzaam draai ik me om naar haar, en zonder te vragen hoe het met haar gaat, geeft ze al antwoord.
"Het gaat goed hoor"

De glimlach die ze mij schenkt, vlak nadat ze haar tranen veegt wegveegt met het zakdoekje dat ze in haar handen vasthad, laat mijn mondhoeken alweer opkrullen.

"Mama, ik heb een bloem!"

De moeder van het jongetje, duidelijk nu, snuift haar neus op waarna ze naar haar zoontje knikt.
"Leg het maar op de graf van papa. Hij gaat er zeker heel blij mee zijn"

Wanneer het jongetje, dan tot mijn verbazing, opstaat en vervolgens aan het eind van het graf van zijn vader gaat staan, weet ik dat zijn moeder het hem heeft verteld, maar dan op een goede manier.

"Papa, nieuwe bloem voor jou!" roept het jongetje half, waarna hij het bloemetje rustig op het graf van zijn vader legt.

Bij het gedachten dat Farid een zoontje heeft achtergelaten, vreet me wel op. Deze jongetje word opgegroeid zonder vader, maar ik weet ook wel dat zijn moeder, de vrouw van Farid, een sterke vrouw is, en ik weet ook dat ze er beiden uitkomen.

"Goed zo, zeki. Geef papa maar een kus, dan gaan we naar Oma toe"

Het jongetje, Zakaria dus, loopt nu naar de grafsteen van zijn vader, waarna hij er een lange kus op drukt.

Zijn kleine handjes plaats hij dan nog kort, precies op de naam van zijn vader, waarna hij de woorden bijna fluistert.
"Papa, ik kom morgen weer met een mooie, nieuw bloem"

Na zijn woorden te hebben uitgesproken, loopt hij naar zijn moeder toe, waarna hij haar hand vastpakt.

Zijn moeder slikt duidelijk, en ik weet dat ze haar tranen inhoud, zodat Zakaria het niet gaat zien.

"We gaan" deelt ze ons dan "mijn moeder heb ik ziek thuis gelaten"

Naoufal knikt, en groet haar dan vervolgens met een knikt.

"Mooi je eindelijk te hebben mogen kennen" zegt ze dan, duidelijk tegen mij.

Onbegrijpelijk glijd mijn blik van haar zoontje naar haarzelf.
"Ouiam wat het toch?" wanneer ik knik op haar vraag, verschijnt er een korte, zwakke glimlach op haar gezicht waarna ze haar volgende worden uitspreekt.
"Farid heeft veel over je verteld, sinds dag een al."

Bij het horen van haar worden glimlach ik, voor de zoveelste keer deze uur. Iets wat mensen niet doen op een begraven plaats, maar wij alle vier wel hebben gedaan.

-

O
M
G

Ik beloof dat de volgende hoofdstuk, 1 veel langer zal zijn, en 2 veel beter.

Ik heb wel iets in mijn hoofd, maar ik kom er niet uit. Ik weet niet hoe ik het hier het best kan schrijven.

Hierbij, (nog ook is) aan de late kant, een nieuwe deel. Ik was in slaap gevallen daarom.

Xx

Pistolen & Rozen |||Voltooid|||Där berättelser lever. Upptäck nu