“En Devon ís nu al meer dan anderhalve week weg. Als hij gewoon een black-out had gehad hadden ze hem wel gevonden en een type voor practical jokes is hij ook niet.” Courtney sloeg haar armen over elkaar en hield haar hoofd schuin, Louis' reactie peilend.

Louis zuchtte diep. 

“Hey, luister, het is mij ook een raadsel, okay? Ik geef deze kanjer nog even wat beweging en dan kom ik binnen, praten we dan wel verder,” zei hij, London op zijn gevlekte hals kloppend en Courtney knikte. 

Louis was wederom zijn focus totaal kwijt en tot overmaat van ramp maakte London daar schaamteloos misbruik van, waardoor hij zijn handen vol had aan het bonte dier, dat naar eigen believen aangaloppeerde, stilstond, achteruit liep, rondjes draaide en zo nu en dan zelfs begon te bokken.

Uiteindelijk steeg Louis af en leidde hij London terug naar de stal, waar hij hem geroutineerd verzorgde. Hij klopte de ruin op zijn hals.

“Je hebt goed je best gedaan, jochie, jij kan er ook niets aan doen dat ik vandaag verwarrend voor je was,” mompelde hij. Het dier deed ook alleen maar wat zijn instinct hem ingaf. Als Louis zich niet als een leider gedroeg wachtte een paard als London nou eenmaal niet geduldig af.

Hij verliet de stallen. De ranch had een aantal gebouwen; het woonhuis, de stallen, de binnen rijbaan, de buiten rijbaan en het schuurtje dat was verdeeld in de zadelkamer en de opslagkamer, waar het voer droog en koel werd bewaard. Het hele complex was omgeven door een hoge muur die er al generaties stond. De enige manieren om op of van het terrein te geraken waren de hekken vlakbij de buitenrijbaar waar de auto en de trailer door konden en de voordeur van het woonhuis.

Zowel vanuit de keuken als vanuit de woonkamer kon je het terrein op, omdat in beide ruimtes schuifpuien in waren gebouwd. Zo stapte Louis de keuken in, waar Courtney en Jack al bezig waren met de lunch.

“Hey Louie,” groette zijn broer.

“Hey,” zei Louis met een lichte zucht. 

“Jij denkt dat Nigel en Jen iets over 't hoofd gezien hebben..” zei Jack peinzend. Hij wreef over zijn voorhoofd. Louis knikte. 

“Het moet wel. Doodlopend steegje, niemand anders? Het is gewoon niet logisch.”

“Dat is waar, maar het punt is, die knul, Brad Carrol, schijnt uit zijn slaapkamer te zijn verdwenen.”

“Uit zijn slaapkamer?” 

“Dat is in ieder geval wat Anthony opving in de stad,” mengde Courtney zich in het gesprek.

“Tijdens bingo-avond zal je bedoelen,” bromde Jack met een kleine grijns.

“Dat hoorde ik!”

“Sorry, Tony,” grinnikte Jack, al klonk hij zeker niet alsof het hem speet.

“En die twee werknemers?” zei Louis scherp, waarmee hij het gesprek terugbracht op de vermissingen.

“Geen idee, daar is niet zo gek veel over bekend. Alleen dat ze vermist zijn.” Jack rekte zich even behaaglijk uit.

Louis ging aan de eikenhouten eettafel zitten en trok het boodschappenlijstje dat erop lag naar zich toe. Hij pakte een pen en schreef de namen van Brad en Devon op en vervolgens schreef hij er 'werknemer 1' en 'werknemer 2' onder. Vervolgens keek hij op naar de andere twee.

“Dus, wat hebben ze precies allemaal gemeen? Laten we dat namelijk eerst op een rijtje zetten vóór we tot allerlei conclusies komen.”

“Ontvoerd. Ze zijn allemaal verdwenen,” bromde Jack.

“Denken we.”

“Oh kom op man, verdomme.”

“Ik hou het op verdwenen.”

Restless woodsWhere stories live. Discover now