'Breng jezelf in veiligheid. Ik ga ze helpen!' riep ik tegen de kinderen. Ik zag ze nog net wegsluipen toen ik richting Sirius rende. Ik ging dapper naast hem staan en richtte mijn staf op de Deatheaters. Sirius keek eerst argwanend naar me, doordat mijn capuchon voor mijn ogen hing, maar zodra hij zag dat ik het was leek hij angstig.

'Lucy?! Wat doe je hier?!' riep hij uit. 'Breng jezelf in veiligheid!' Ik stuurde een spreuk op één van de Deatheaters af en keek triomfantelijk naar Sirius.

'Het medaillon lichtte op,' legde ik uit. 'Je had hulp nodig, dus hier ben ik.' Sirius keek me bewonderend aan en kneep zacht in mijn hand.

'Laten we het samen doen,' grijnsde hij. We vochten zij aan zij tegen de Deatheaters. Sommigen waren al gevlucht, alleen de hardnekkige volgelingen waren nog over. Sirius stond tegenover Lucius Malfoy, terwijl ik Antonin Dolohov aan de kant schoof.

'Wel, wel, wel. Kijk nou eens,' zei de schrille stem van Bellatrix. Ik draaide me om en mijn ogen troffen die van haar. 'Volgens mij is er een verrader in ons midden.' De meeste Deatheaters stopten met duelleren en verscholen zich achter Bellatrix. Met een simpele zwaai van haar staf vloog mijn capuchon van mijn hoofd en staarde ik naar de verontwaardigde gezichten van de Deatheaters.

'Kleine Lucy Black,' zong Bellatrix plagerig. 'Ik dacht dat het duidelijk was waar jouw loyaliteit lag?'

'Lucy? Wat is er aan de hand?' vroeg Sirius. Ik keek naar hem, en ik keek naar de rest van de Order. Ieders gezichtsuitdrukking stond vol pijn en verwarring.

'Oh, heeft de kleine Lucy niet verteld dat ze een Deatheater is?' ging Bellatrix door. Sirius kwam naast me staan en legde zijn hand op mijn schouder.

'Lucy is geen Deatheater. Ze is loyaal en vriendelijk. Dat valt van jullie soort niet te zeggen!' Bellatrix lachte geniepig.

'Oh neefje toch,' zei ze. 'Ben je gevallen voor een Deatheater? Ik wist niet dat je zo gemakkelijk te bespelen was.' Ik voelde Sirius' hand op mijn schouder en dat maakte het verraad alleen maar erger. Hij kwam voor me op. Hij geloofde in me. En ik stel hem alleen maar teleur. Ik kruiste Sirius' blik en hij keek me diep aan.

'Je bent toch geen Deatheater, Lucy?' vroeg hij. Er sprongen tranen in mijn ogen en ik beet aan de binnenkant van mijn lip. Een gesmoorde snik werd tegengehouden door mijn gesloten mond. 'Lucy?' vroeg hij iets minder zeker van zijn zaak.

'Kijk op haar arm, Siri, dan zie je het zelf!' schreeuwde Bellatrix.

'Nee,' fluisterde Sirius. 'Ik geloof Lucy. Als ze zegt dat er niets aan de hand is, geloof ik dat.' Hij keek me smekend aan. 'Is er iets wat ik moet weten, Lucy?' Bellatrix zuchtte overdreven luid en kwam op ons afgestormd. Ze sloeg haar arm om mijn nek en drukte me naar de grond.

'Laat me gaan,' zei ik moeizaam. Bellatrix greep mijn arm vast en trok mijn mouw kapot. Het lelijke teken, zijn teken, verscheen voor Sirius en hij zette een paar passen naar achteren. Zijn liefdevolle blik veranderde in een koude staar.

'Sirius, ik-' fluisterde ik. Hij keek me niet meer aan. Daarentegen had hij zijn blik op Bellatrix gevestigd. Verloren en eenzaam bleef ik op de grond zitten. Mijn knieën zaten onder de schrammen en ik voelde een beetje bloed langs mijn wang stromen.

'Ah, arme Lucy,' plaagde Bellatrix. 'Geen vriendje meer én een verrader. Ik ben benieuwd wat de Dark Lord met je van plan is. Hopelijk mag ik je nog martelen voordat hij er een eind aan maakt.' Ze begon hard te lachen en de Deatheaters schuifelden zenuwachtig op en neer. Plots hoorde ik een knal van een spreuk en een verontwaardigd geluid van Bellatrix. Ik zag Remus met zijn staf naar Bellatrix gericht.

'Dit is niet jouw gevecht, weerwolf,' snauwde Bellatrix. 'Weet je wat? Ik weet het goed gemaakt. We laten kleine Lucy vechten voor haar leven. Ze staat immers toch niet meer aan jullie kant. Jullie vertrekken, wij krijgen Lucy,' stelde ze voor. 'Het gene waar we hier voor kwamen, is er toch al niet meer. Het enige wat ik nu wil is wraak op de dubbelspion.' Het bleef akelig stil aan de kant van de Order. Het schuldgevoel dat ik had, werd steeds maar erger en diep van binnen hoopte ik dat er een eind kwam aan alles.

'Jongens, het is Lucy waar we het over hebben. We kunnen haar niet zomaar in de steek laten!' riep Remus kwaad. Ik keek voorzichtig naar Sirius die me weer aanstaarde met een hatelijke blik.

'Het spijt me,' fluisterde ik nauwelijks hoorbaar.

'Laat mij het doen,' hoorde ik één van de Deatheaters zeggen. Bellatrix keek kwaad, alsof haar speeltje van haar werd afgepakt, maar de grijns kwam al snel terug toen ze zag wie zich aanbood. De Deatheater liep naar me toe.

'Ga je gang,' zei ze uitnodigend. 'Generaal.' De man deed zijn masker af en ik keek in de ogen van vader. Ik had hem al een tijdje niet meer gezien, omdat hij weg was op een missie voor de Dark Lord. Maar uiteraard vandaag loop ik hem tegen het lijf.

'Je bent een mislukkeling, dochter,' zei hij grijnzend. Hij richtte zijn staf op mijn gezicht en ik kneep mijn ogen dicht. Ik was zo gefocust op de impact, dat ik niet in de gaten had dat er om me heen weer gevochten werd.

'Crucio,' zei de misselijkmakende stem. Ik voelde immense pijn door mijn lichaam schieten. Ik schreeuwde het uit en al mijn spieren stonden strak. Niets kon ik doen. Na een tijd, wat voor mij bijna een uur duurde, hield de pijn weer op. Ik opende mijn ogen moeizaam en zag het walgelijke gezicht van vader. 'Ik had je moeten vermoorden, toen je nog een baby was. Ik had je nooit in huis moeten nemen!'

'W-wat?' stamelde ik vermoeid. 'I-In huis nemen? Waar h-heb je het over?'

'Avada Ked-'

'Stupify!' klonk het door de open ruimte. Vader vloog naar achter tegen de muur en ik keek naar mijn redder. Tonks hielp me overeind en samen met haar strompelde ik naar een veilige plek. Bellatrix was in gevecht met Sirius en alles in me schreeuwde om hem te helpen. Ik maakte me los van Tonks en ging naar hem toe.

'Lucy ben je gek geworden?' riep Tonks me nog na, maar ik moest en zou hem helpen.

'Avada Kedavra!' riep Bellatrix. Sirius zag haar spreuk niet aankomen, dus rende ik voor zo ver ik nog kon rennen en duwde Sirius naar de grond. Zijn ogen waren dicht.

'Nee, nee, Sirius!' riep ik terwijl ik hem licht door elkaar schudde. Sirius gromde zacht en voelde aan zijn hoofd. Half-bewusteloos keek hij me aan.

'Jij vieze, vuile-' begon Bellatrix. Ze trok me aan mijn haar mee en hield een mes tegen mijn keel.

'Leg het mes neer, Bellatrix!' riep Tonks, die samen met Remus haar staf op de heks gericht had.

'Oh, wil je dat ik het mes neerleg?' herhaalde Bellatrix. 'Had dat toch eerder gezegd!' Met een zwaai trok ze een lijn langs mijn hals en liet het mes kletterend op de grond vallen. Ik zakte op mijn knieën, voordat ik languit op de grond viel.

[A/N]

Ola iedereen! Nieuw hoofdstuk! Ik ben zo opgelucht dat ik in ieder geval iets kon schrijven. Ik denk dat ik hier nog wel een paar hoofdstukken aan kan plakken. Dus er is hoop! Suggesties mogen natuurlijk altijd gegeven worden!

Ander nieuws! Ik heb de komende maand, ja je leest het goed: maand, tentamens. En het is vreselijk. Ik zal minder vaak schrijven, MAAR. Ik heb een soort van ander boek, waar ik aan ga beginnen. Als het goed is, staat het online nadat ik dit hoofdstuk plaats. Het heet: Harry Potter Preferences. Het zijn korte verhaaltjes over bepaalde scenario's. Ik weet niet of je bekend bent met 'preferences'. De uitleg staat in het eerste hoofdstuk van het boek! Ik hoop dat jullie het alvast in jullie bibliotheek willen zetten! 

Love you all,

ClementineCarson

Sirius Black ~ Black and White 《Voltooid》Where stories live. Discover now