4

85 8 4
                                    

De deur gaat open, een lange jas met een hoofd waarvan de gedachten in de roze ochtend wolken hangen gaat naar buiten.

Het is herfst, de bladeren zijn verkleurd maar Nathan is bleker dan ooit.

Het is geen ochtend voor af te spreken, het is geen ochtend om moeite te doen voor mensen.

Waarom zou hij moeite doen als Alice het ook niet deed?

De mensen zouden hem toch niet gaan haten, hij haatte Alice ook niet, 

toch?

Het is oneerlijk hoe hij met een gebroken hart moet proberen verder te leven wanneer Alice ondertussen zit te roken op een dak van een ziekenhuis waar er op dat moment dat ze uitademt iemand sterft van longkanker.

Tragisch.

Realiteit.

Tragische realiteit, maar dat is de realiteit

tragisch.

Of misschien eet ze sushi met drie japanners aan haar zij, niet eens met Nathan in haar gedachten, en na de sushi gaat ze dan met haar hond wandelen want ze hield van honden dat waren haar lievelingsdieren en dan gaat ze parfum kopen, degene dat echt ruikt naar haar of was het misschien geen parfum was het gewoon de pure verliefdheid van Nathan dat haar zo

stop

niet denken.

Laat de gedachten dwalen in de roze ochtendwolken.

In de verte ziet Nathan Rayan met andere mensen staan aan de fontein.

'Ik dacht dat we alleen gingen afspreken?'

'Doe aardig'

Drie jongens en een meisje zijn drie jongens en een meisje te veel.

'Dit is Tim.'

Tim haalt de sigaret dat geen sigaret is en waarvan mensen zeggen dat het gezonder is gewoon omdat het zo lijkt in hun dwalende ogen uit zijn mond en geeft Nathan een lompe glimlach.

Val dood dacht Nathan

Maar het liefst had hij ook zo een sigaret dat geen sigaret is genomen en zijn gedachten weg gerookt.

Want Tim is niet verslaafd aan roken of high zijn, Tim is verslaafd aan het niet denken aan dingen dat belangrijk zijn in zijn nuchter hoofd.

'Oscar.'

Zijn helderblauwe ogen zijn duidelijk te zien door zijn ronde bril.

'Mats.' 

Mats keek niet op, druk bezig met schrijven op een papier dat waarschijnlijk gaat verdwijnen in een openbare vuilnisbak.

'En dit is Astrid.'

Astrid had roos haar, zoals de ochtendwolken.

'Ben je niet te oud om roos haar te hebben?'

'Ben je niet te oud om mensen te beoordelen om hun uiterlijk.'

Nathan grijnsde een beetje, zo'n opmerking zou Alice nog gegeven hebben.

'Heb je geen zin om te praten?' Astrid haar stem was zuiver.

'Ik wil naar huis.'

'Asociaal.'

'Kun je je kop houden?'

'Het is niet omdat je hartje gebroken is dat je moet proberen om mij te breken.' Haar ogen keken scherp. 'Doe iets met je leven, leef.'

'Kan ik niet.'

'Schat, we zitten nog maar aan hoofdstuk vier van je leven, er is nog veel om over je te schrijven, je leven moet nog beginnen.'

hopeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu