Hoofdstuk 5

120 4 3
                                    

Het zonlicht scheen door mijn raam op mijn gezicht waardoor ik rustig wakker werd ik gooide de kriebelige deken van me af en duwde mezelf omhoog en keek de kamer rond steunend op mijn ellebogen. Ik fronste toen ik merkte dat er geen vogels floten wat een onnatuurlijke stilte gaf. Ik tuurde het raam uit en zag de rozige kleur aan de hemel dat aangaf dat er een nieuwe dag was aangebroken. Ik stond langzaam op uit mijn bed en beet mijn lip nerveus toen de vloer onder me kraakte, ik bleef even stilstaan om te horen of iemand wakker werd. Ik zuchtte opgelucht toen ik niemand hoorde. Ik liep verder naar het raam en leunde op de vensterbank. De Laar was nog aan het slapen, ik zag dat sommige jongens half uit hun hangmat leunden en het gesnurkt kon je al van veraf horen ik glimlachte. Mijn aandacht werd plots getrokken door een beweging in mijn ooghoek. Ik zag de zwarte kuif van Minho dat vrolijk op en neer sprong toen hij naar de opening van het labyrint jogde een andere jongen die ik niet kende wachtte op hem. Ik zwaaide druk met mijn armen om zijn aandacht te trekken. Minho draaide zijn hoofd mijn kant op en grijnsde zijn tanden bloot toen hij mij opmerkte. Hij hief zijn hand op en groette me voordat hij samen met de andere jongen in het labyrint verdween.

Ik glimlachte en keek de Laar weer rond en negeerde de betonnen muren die schaduwen over het terrein wierpen . Ik gaapte en wreef de slaap uit mijn ogen toen ik mijn ogen weer open deed stond de norse Alby voor mijn neus die me met gekruisde armen aankeek.

Ik opende mijn mond om hem uit te schelden en hem te vertellen dat hij geen mensen mocht besluipen. Maar Alby snoerde me de mond door met zijn hand mijn mond te bedekken. Ik keek hem met grote ogen verbaasd aan. Alby legde zijn vinger op zijn lippen door me duidelijk te maken dat ik stil moest zijn. Hij draaide zich om en wenkte me. Geïrriteerd rolde ik met mijn ogen, waarom kon niemand nou eens normaal doen?! Of gewoon op de deur kloppen?!

Ik had geen idee waar Alby me naartoe leidde maar kennelijk was het ergens in het bos. Ik zag de bomen opdoemen vanuit de verte die schaduwen wierpen op ons door het vroege ochtendlicht. Alby bleek nerveus te worden en versnelde zijn pas zodra we het bos ingingen. Ik keek naar beneden en zag dat Alby een mesje in zijn hand geklemd hield. Ik slikte nerveus en schraapte mijn keel "Uhm... waar gaan we eigenlijk naartoe?" Vroeg ik onzeker en scande de omgeving voor de zekerheid als Alby me opeens krijsend aanvalt of zo. Hij liep nog steeds stevig door en snoof even "Dat zie je nog wel" antwoordde hij uiteindelijk. Ik zuchtte zachtjes en hoopte dat hij mij niet naar de klif leidde en me daar vanaf gooit waar Alby eerder mee had gedreigd.

Uiteindelijk kwamen we uit bij een hoek van betonnen muren die ons gevangen hielden. Ik keek wat beter en zag dat er iets opstond met kriebelig handschrift. Alby stond bij de muur en klopte er even op "Dit" hij wees naar de kriebelige griffels die overal op de muur zaten "zijn alle namen van de Laarders die hier leven of geleefd hebben" ik staarde naar de namen, John, Vincent, Newt. Ik zag talloze jongensnamen voorbijflitsen "Wat is er met hen gebeurt" vroeg ik nieuwsgierig en volgde mijn hand de lijnen van een doorgestreepte naam. George. Alby snoof even "Die zijn niet meer onder ons" zei hij kortaf. Ik wilde vragen hoe maar Alby duwde het mes in mijn handen en gebaarde naar de muur met een zweem van een glimlach "Aan jou de eer om de naam van het eerste meisje in de Laar op de muur te zetten" Ik glimlachte naar de jongen en draaide me om naar de muur die zich over me heen leek te buigen. Ik bekeek de namen waar mijn naam later een deel van zou zijn, zou hij ook ooit worden doorgestreept? Ik beet mijn lip een beetje ontroerd omdat ze bereid waren om me op te nemen in hun rare maar hechte broederschap Ik ging wat dichter bij de muur staan en zette het mes in het harde beton.

"Jij doet deze dag mee met de Snijders" verkondigde Alby toen we samen terug liepen. Ik keek nog even terug naar de muur en spotte de hoekige letter die samen 'Ginger' vormde, ik glimlachte trots, ik was nu een familielid van de Laar Ik wierp een blik op Alby en vroeg me af hoelang hij hier al vastzat.

You've reached the end of published parts.

⏰ Last updated: Jan 23, 2016 ⏰

Add this story to your Library to get notified about new parts!

SurviveWhere stories live. Discover now