En dan is voel ik zijn lippen terug op de mijne.
Ik verdiep me in de kus alsof ik hierdoor één kan worden met hem.

Ik leg mijn handen op zijn rug, ik voel hij zijn spieren opbollen bij zijn bewegingen.

'Zeg me dat je me nooit gaat verlaten, beloof het me. Maakt niet uit wat er gebeurd, jij blijft bij me. Beloof het me.' Zegt hij in mijn oor.
Ik maak me wat los van hem.

'Wat? Natuurlijk blijf ik bij je. Ik hou van je, Jasper. Ik hou van je en denk Maar niet dat je me zomaar ik de steekt kunt laten.' Zeg ik verstikt.
Ik krijgen tranen in mijn ogen bij de gedachte dat hij me alleen laat.

'Ik meen het, zelf al ben ik arm. Laat me niet alleen Lena. Ik kan niet zonder je.' Smeekt hij me.

'Jasper ik beloof het, zolang dat jij me bij je wilt zal ik bij je blijven. Tot mijn laatste adem.'

Hij neemt mijn hoofd teder in zijn handen en zijn duim aait over mijn wang.

Ik verlang naar zijn lippen, om ze terug op de mijne te voelen. Om ze op mijn lichaam te voelen.

Ik neem zijn kin vast en trek hem dichter naar me toe tot in zijn lippen opnieuw over de mijne voel gaan.

Dit gaat een hele nacht door tot ik in slaap val en verder droom over Jasper.

P.O.V. Jasper

Ik weet niet wat er met me gebeurde. Waarom ik naar Lena ging in het midden van de nacht en in haar kamer sloop. Waarom ik al de woorden zei die ik had gezegd.
Maar ik kon niet in dat klote café blijven. De muren leken op me af te komen. En ik kon alleen maar denken aan Lena.
Ze bleef de hele tijd in mijn hoofd. Zelf toen ik besloot om naar huis te rijden.
Dat zorgde er zeker voor dat ik me plots op het dak van Lena bevond.
Of het was de alcohol die ik in mijn lijf had gepompt,wat nu ook niet overdreven veel was.
En toch heb ik geen idee waarom ik al die woorden eruit had gegooid.
Ja, ik meende het wel.
En ja, ik denk er de hele tijd over, maar ik wou het nooit tegen haar zeggen.

Ik laat nooit mijn zwakte zien, en dat heb ik gedaan.
Lena is mijn zwakte en ze weet het. En ze kan het tegen me gebruiken, maar ik weet dat ze dat niet gaat doen.

Ik kijk haar aan.
Ze ligt te slapen op mijn arm en ze ademt heel rustig.

Ik leun op mijn elleboog om haar beter te kunnen bestuderen.

Ze is mooi, maar dat al vanaf het moment dat ik uit mijn auto stapte op de eerste schooldag.

Haar ravenzwarte haar ligt golvend over haar schouders.
Het accentueert haar lichte huid.

Haar wangen zijn versiert met een lichte blos. Een beetje roze op de witte huid.

Haar lippen die een beetje zijn geopend voor haar leven te kunnen inademen.
En die ik zo graag opnieuw zo willen kussen.

En dan haar armen die zich gesloten houden voor alle idioten die haar aanbidden, maar zich hebben geopend voor mij.

Ik strijk met een vinger zacht over haar huid van haar arm tot helemaal bij haar hand.

Die zijn niet zo zacht en perfect als de rest van haar lichaam.
Hier zitten sneeën in en op haar nagels heeft ze kort gebeten.

Ik hou er van, het geeft me het gevoel dat dit alles echt is. Dat Lena echt is. En dat ze me nog niet heeft verlaten.

Nog niet, ik wil zo verdomd graag niet moeten denken dat ze me ooit gaat verlaten, maar ik kan dat niet.
Ik vertrouw haar wel, maar niet de mensen om ons heen.
Ik begrijp niet waarom ze niet op iemand anders verliefd word. En dat hij niet elke dag kan worden neergeschoten. Dat ze met hem misschien wel een toekomst heeft.

Want dat verdient ze. Ze verdient iemand die haar niet in gevaar brengt. Ze verdient iemand waarmee ze zeker een familie kan hebben. Ze verdient iemand om samen oud mee te worden.

En dat kan ik haar niet geven. Toch niet als ik de maffia niet opgeef. En ik ben er al te ver in verwikkeld geraakt om terug te keren. Ik zit erin vast, ik heb geen keus meer.

Dan vliegt de deur open en komt Ellen de kamer.

Als ze mij ziet gilt ze kort.

'Jezus, wat doe jij hier. Je weet toch dat onze ouders thuis zijn.' Sist ze naar me en doet de deur snel dicht.

Ik voel Lena naast me wakken worden.

'Ja dat weet ik ook wel, maar wat moest ik doen. Ik wou Lena niet wakker maken.'

'Geef me nog vijf minuten.' Mompel Lena nog slaapdronken en draai zich nog een keer om.

'We hebben geen vijf minuten.' Zegt Ellen geïrriteerd en schud Lena wakker.

'Doe is rustig, ik maak haar wel wakker.' Zeg ik kwaad en tik Ellen haar handen weg.

'Engel, je moet wakker worden. We willen niet dat je ouders me nu al vermoorden.' Zeg ik bij haar oor.

'Jasper, laat me slapen. We regelen mijn ouders nog wel.' Mompelt ze schattig.
Ik lach en kus haar op haar slaap.

'Wacht, Jasper.' Plots zit ze recht en lukt geschokt voor zich uit.

'Dus deze nacht was echt gebeurd?'
Ik grinnik.

'Ja liefje, maar ik moet nu wel verdwijnen voordat je ouders ook onaangekondigd je kamer binnen komen stormen.' Ik kijk even naar Ellen die schuldig haar hoofd laat zakken.

'O mij god, dat was echt.' Herhaalt ze constant.

Ik trek mijn broek en mijn t-shirt terug aan.

'En hoe moeten we jou terug buiten loodsen?' Vraagt Ellen fronsend.

'Simpel, jullie zorgen ervoor dat jullie ouders niet buiten kijken.' Zeg ik en haal mijn schouders op.

'Wat ga-' begint Ellen vragend.

Maar ze heeft al snel door wat ik ga doen als ik het raam open schuif en erdoor klim.

'Engel, ik wacht ik de auto.' Zeg ik nog tegen Lena en kruip over het dak.

BadboysWhere stories live. Discover now