1

7 1 0
                                    

Veel mensen kijken langs alles heen. Er worden misdaden gepleegd. Ze gebeuren voor he neus maar niemand ziet het. Je ziet namelijk niet wat je niet verwacht te zien. Zo is bijna iedereen blind. We zien niet wat we niet willen zien. Er gebeuren akelige dingen maar niemand heeft er oog voor. Daar profiteer ik van. Mensen zijn domme wezens. Ik heb dan ook nooit sympathie voor ze gevoelt. Ze doen me niks. Ze zijn wreed, zoals ik, maar ik heb daar nooit tegen opgekeken. Niemand is zo wreed als ik. Niemand ziet wat je kunt doen recht voor de neuzen van deze indrukwekkend domme wezens. Behalve ik.
Het is een gewone dag. Een dag waarop wordt gemoord, verkracht, gehandelt in mensen, en gestolen. Een dag waarop van alles mis gaat en ik voel me goed. Ik loop over de staten in de stad en ik kijk om me heen naar alle gebrainwashde mensen in de massa. De massa. De enorme groep mensen met pudding in plaats van een brein. Gestuurd door de media. Een kudde consumenten die doelloos over deze planeet zweven. Wat een sneu zooitje.

Ik speur de kudde langs op zoek naar een slachtoffer, iemand om me vandaag mee te vermaken. Tot nu toe zie ik nog niks, niemand is interessant genoeg. Niemand is de moeite waard om mee te spelen. Ik loop verder langs de straten en steek een sigaret op. Een stomme verslaving, ik weet het, maar ik heb toch iets nodig om het wat intresanter te maken. Een beetje buzz van die stomme sigaret. Ik stop met lopen op de hoek van een oud gebouw en leun tegen de muur terwijl ik mijn sigaret rook. Er lopen zo nu en dan mensen langs tot het begint te motregenen. Bijna iedereen verlaat de straten om ergens binnen te schuilen. Ik glimlach en tap wat as van mijn sigaret af. Dan loop ik weer verder over de nu vrijwel lege straten. Ik zie de reflectie van mijzelf in de ramen. Dan zie ik in de reflectie een figuur aan de overkant van de straat staan. Ik draai me om. Het is een vrouw, nou ja, bijna een meisje nog. Ik schat haar rond 19 jaar oud, misschien 20. Ik kijk haar aan. Ze kijkt mij aan.

Dan besluit ik dat zij het is met wie ik me ga vermaken. Ik neem een laatste teug van mijn sigaret en laat hem dan op de natte tegels vallen waar hij sissend uitgaat. Ik glimlach naar mijn slachtoffer en loop naar haar toe terwijl ik mijn minst intimiderende houding aanneem. Ze glimlacht terug, een goed teken, ik begin met het vormen van een plan in mijn hoofd. Ik laat geen detail achterwege. "Goedemiddag." Zeg ik, ik krijg een 'goedemiddag' terug. Ik ga verder "ik kon het niet helpen op te merken dat u hier alleen door deze gevaarlijke stad rondloopt zonder held om u te beschermen?" Zeg ik speels. Ik weet hoe ik dit spel moet spelen, ik heb dit al zo vaak gedaan dat het een soort tweede natuur voor me is geworden. Ze gaat er in mee. "Ja, u hebt gelijk. Oh was er maar iemand, wie dan ook, die mij kon beschermen in deze stad van misdaad!" Zegt ze met veel drama. "Mijn dame, heb geen vrees, sta mij toe om u te beschermen en u een bakje koffie aan te bieden in dat tentje daar." Ik lach, ze knikt en lacht ook.

Als ik voor ons besteld heb en we zitten met onze koffie aan een tafeltje vraag ik haar om haar naam, "Lea," zegt ze, "en hoe heet jij?" Ik twijfel even over welk alibi ik zal kiezen maar zeg dan "Dexter." Ik heb deze alibi gebaseerd op de serie over een moordenaar. Een prachtige serie. "Woon je hier?" Vraagt ze, gebarend naar de huizen hier omheen. "Ja," zeg ik "en jij?" Ze schud haar hoofd. "Ik zou wel willen, maar er zijn geen kamers vrij dus nu woon ik nog bij mijn ouders." Zegt ze treurig. "Moet je maar een relatie met mij starten," zeg ik lacherig, "dan kun je bij mij inwonen." En ik knipoog. Ze lacht weer. "Dat zou nog niet eens zo erg zijn, heb ik het idee." Zegt ze lachend.
Ik kijk haar glimlachend aan en leg mijn hand op haar hand. Heel even schrikt ze maar dan glimlacht ze ook. Ik weet dat het snel gaat maar als het niet snel gaat hoeft het van mij ook niet meer. Ik kijk haar aan en ze bloost, het gaat goed. Wat een naïef meisje. Naïviteit is altijd in mijn voordeel. Oh, en ik ken alle romantische boeken, ik weet hoe ik ze moet laten voelen alsof ze in een sprookje zijn beland.

Niemand ziet wat ze niet willen zien, niemand ziet dat het eigenlijk een nachtmerrie is.

You've reached the end of published parts.

⏰ Last updated: Sep 09, 2015 ⏰

Add this story to your Library to get notified about new parts!

When Hero's Don't ExistWhere stories live. Discover now