deel 3

487 10 0
                                    

Ik sta onder de douche en doe de shampoo in mijn haar terwijl ik denk aan wat er net tussen Wolfs en mij gebeurt is. 'Dit had niet moeten gebeuren, dit kan niet en die mag niet. Maar ach, waarom eigenlijk niet? Wie heeft ons ook gezegd dat het niet mag? Precies Eva niemand. Oh Eva je bent weer eens in jezelf aan het praten. Hou daar nou toch eens mee op.' De hele tijd maak ik mijn hoofd gek met die zin. 'Het kan en mag niet. Ik weet dat het onhandig is maar wat zou ik dit vaker willen. Ik zou zo graag tijdens koude nachten lekker warm tegen hem aan willen liggen. Veilig in zijn armen en niemand die ons kan storen. Maar hoeveel ik ook blijf dromen, de werkelijkheid haalt mij altijd in. Dit was eenmalig. Misschien wil Wolfs helemaal niet meer dan dit. Hij wil vast geen relatie met mij, waarom zou hij dat willen? We zijn collega's, vrienden. Natuurlijk wil hij dat niet op het spel zetten. En ik ook niet.' Ik kijk op de klok die in de badkamer hangt en zie dat ik al veel te lang onder de douche sta. Ik stap uit de douche en sla een handdoek om te heen. Even blijf ik zo staan en ik kijk mezelf aan in de spiegel. 'Waarom deed je dit nou Eef?' Ik wil dat alles blijft zoals het is maar besef dat het misschien nooit meer hetzelfde zal zijn.ik droog me af en trek mijn hemdje weer aan dat nog op de plek ligt waar Wolfs mij heeft uitgekleed. Hij is naar zijn eigen kamer gegaan toen ik onder de douche stond. Gelukkig maar, ik denk dat ik me ongemakkelijk had gevoeld als hij nog in mijn bed zou liggen als ik de badkamer uit zou komen. Ik ga op de rand van het bed zitten en staar naar een lijste met daarin een foto die op mijn nachtkastje staat. Een foto van mijn moeder terwijl ze mij als baby vast houd. Ik was op die foto net 2 maanden. Ik kijk naar mijn moeders gezicht maar zie alleen een vrouw die heel verliefd naar haar baby staart. Hoe heeft ze mij kunnen verlaten? Waarom heeft ze me achtergelaten bij een gestoorde man als vader? Waarom heeft ze me niet opgehaald? Ze moet geweten hebben dat mijn vader niet deugde, ze zal niet voor niets bij hem weg zijn gegaan. Wat maakt het ook uit. Mijn moeder is dood. Op de vele vragen die rondspoken door mijn hoofd zal ik nooit antwoord krijgen, daar moet ik me bij neerleggen. Ik ga op bed liggen en sluit mijn ogen in de hoop dat ik in slaap val. Gelukkig duurt het niet lang voordat ik eindelijk in slaap val.
De volgende ochtend gaat de wekker om de normale tijd, veel te vroeg. Maar na vanacht lijkt de wekker een paar uur eerder af te gaan. Doodmoe sla ik mijn wekker uit en ga rechtop zitten. 'Zou Wolfs nu hetzelfde hebben? Vast niet. Wat maakt het ook uit, een relatie zit er gewoon niet in.' Ik stap met tegenzin uit bed, kleed me om en loop naar beneden. Wolfs is nog niet beneden. Ik maak voor mezelf ontbijt klaar en eet het rustig op. Eigenlijk vind ik het wel fijn dat Wolfs er nog niet is. Ik hoor voetstappen op de trap maar ze zijn niet van Wolfs, ze zijn van Fleur. Met een warrige bos krullen loopt ze half slapend te trap af. "Goedemorgen" zegt ze als ze me aan tafel ziet zitten. "Goeiemorgen Fleur. Lekker geslapen?" "Een beetje kort maar verder prima." Ze pakt een glas en schenkt het vol met melk, waarna ze aan tafel komt zitten. "En vertel eens, was het nog leuk gisteravond?" Ik glimlach en kijk haar recht aan. "Fleur, alsjeblieft. Ten eerste hebben en willen jou vader en ik helemaal niks met elkaar en ten tweede, als we het zouden willen zou het niet mogen. We zijn collega's." "Eva, alsjeblieft," probeert ze me na te praten, "ten eerste willen jullie dat wel. En ten tweede, natuurlijk mag het. Iedereen weet allang dat jullie hartstikke gek op elkaar zijn dus zal het niemand verbazen als jullie het nou eindelijk eens toegeven." Het blijft even stil. "Eva, jullie passen zo goed bij elkaar, probeer het gewoon, als het niet lukt, jammer dan." "Als het niet lukt ben ik mijn beste vriend kwijt Fleur, dit is allemaal niet zo gemakkelijk." "Oh dus je geeft het toe?!" "Fleur, stel dat het niet lukt, dan raak ik mijn beste vriend kwijt, we zullen dan niet meer hetzelfde met elkaar om kunnen gaan. Snap je wat ik bedoel?" "Ja ik snap het." Ze drinkt haar glas leeg, staat op, loopt naar de trap en draait zich half om zodat ze me recht aankijkt. "Maar ik begrijp het niet."

Fleva (flikken Maastricht)Where stories live. Discover now