Harry Potter en de afdeling Zwadderich

3. De treinreis naar Zweinstein

Harry zat op zijn kamer. Het was 1 september, en hij werdt over 10 minuten weggebracht door zijn oom en tante, zijn gedachten vlogen door elkaar: Hoe zou het op Zweinstein zijn? Hoe zou hij worden gesorteerd? Hoe zou het kasteel eruitzien? Zou hij mensen aardig vin-"Harry, schiet op, we gaan zo!", werdt hij onderbroken door tante Petunia. Harry sprinte naar beneden, legde zijn hutkoffer in de kofferbak, zette Hedwig ernaast en ging in de auto zitten.

Een tijdje later kwamen ze bij King's Cross Station. Draco had hem in een brief geschreven hoe hij op perron 9¾ uitkwam, dus liep hij op de muur af, en stond daarna op perron 9¾. Er hing een dikke wolk stoom op het perron. Toen zag hij Draco staan. "Hoi Harry! Het is dus gelukt op het perron te komen?", vroeg Draco. "Eh... Ja", stotterde Harry. Toen zei Draco: "Kom de trein in, dan kunnen we in een goede coupé zitten". Harry liep samen met Draco de trein in, en ging met Draco in een coupé zitten waar al wat anderen zaten. Draco ging zitten en Harry volgde zijn voorbeeld. Hij perste zijn hutkoffer tussen de andere hutkoffers in het bagagerek.

Toen keek hij naar de anderen in de coupé. Er zaten twee dikke jongens, waarvan Harry vermoedde dat het Korzel en Kwast waren. Een meisje en een jongen zaten tegenover hen, en dat waren waarschijnlijk Theo en Patty. "Hoi, ik ben Harry Potter", zei hij stamelend. "Oh cool, Draco heeft ons over je verteld", zei waarschijnlijk-Patty. "Harry, dat zijn trouwens  Patty en Theo. Dat daar is Korzel en hij daar is Kwast. Weet één van jullie hoe je nou wordt gesorteerd?", vroeg Draco. "Nee, geen idee", zei Korzel. "Ik weet het niet. Eidon wou niets zeggen", zei Patty. "Niemand heeft mij daar iets over verteld, dus ik weet het niet, en Harry waarschijnlijk ook niet, toch Harry?, zei Theo. "Nee, ik weet het ook niet", zei Harry. "Nou, dan laten we ons maar verrassen.", zei Draco met tegenzin. "Alexander wou me ook niks vertellen, hij vond het grappig om mij onwetend te laten". Toen bedacht Harry dat hij het magazine nog moest teruggeven en gaf hij het terug aan Draco.

"Zullen we een oudejaars vragen hoe je wordt gesorteerd?", opperde Draco. "Nee, ze gaan waarschijnlijk niks vertellen, er zal wel een complot zijn of zo", zei Theo. "Dat zou me niets verbazen", mompelde Patty geïrriteerd. Toen vloog opeens de deur open en stond Alexander in de deuropening. "Ik zie dat jullie allemaal een coupé gevonden hebben? Als ik jullie was zou ik je gewaad aantrekken. O, hoi Harry, hoe gaat het?". Voordat Harry kon antwoorden vervolgde hij: "En Draco, ik moest je nog van vader herinneren dat je niet teveel snoep mag kopen, je  moet niet te dik worden. Ik moet nu gaan, want ik moet door de gangen patrouillen". Toen ging hij er vandoor. Toen de deuren dicht waren begon iedereen behalve Draco en Harry te lachen.

Een halfuur later begonnen de remmen te piepen. Iedereen had zijn gewaad al aangetrokken, maar alsnog vonden de meesten het toch wat spannend. Ook Harry vond het spannend. Toen stopte de trein helemaal. Nadat ze waren uitgestapt zag Harry de grootste man die hij ooit had gezien. Toen zag Harry Zweinstein. Het was gigantisch. Toen werd Harry uit zijn gedachten gehaald door Hagrid. "Eerstejaars hierheen! Eerstejaars hierheen!", riep hij. Ze liepen een klein stukje, en toen zag Harry een groot meer met bootjes aan de oever. "Instappen! Kies een bootje!" bulderde de Hagrid. Harry ging in een bootje zitten met Draco, Patty en Theo. Hagrid ging in zijn eentje in een reusachtig 'bootje'. De bootjes begonnen vanzelf te varen. Een tijdje later kwamen ze bij de overkant. Ze liepen een stukje, en toen kwamen ze bij de deuren. Hagrid hief zijn enorme vuist en bonkte drie keer op de deuren van het kasteel.