Hoofdstuk 1

5 0 0
                                    

Mijn platinablond haar lijkt licht te geven in het stralende licht van de maan. Ik sluip via een open spleet in het oude magazijn en verberg me achter één van de duizend houten kisten. Met men revolver in mijn rechterhand geklemd schuifel ik langs de op elkaar gestapelde containers. Een zware mannen stem verbreekt de stilte. "...moeten het alleen nog op een schip naar Italië zien te krijgen. En dan krijgen we eindelijk onze beloning." Zijn twee vrienden grinniken. De eerste is gespierd, heeft verscheidene tattoos en diverse littekens op zijn gezicht. De tweede is grof gebouwd en is kleiner dan de andere twee. Hij heeft een getinte huidskleur en spierwitte tanden. De derde (die de baas van de drie blijkt te zijn) is aanzienlijk groot en heeft een afschuwelijk lelijk sikje. De leider van het groepje draagt de twee drugssmokkelaars op om een houten kist naar de uitgang te slepen . Na een paar minuten ze te hebben geobserveerd glip ik achter hen aan. Aan hun riemen hangen verschillende wapens en voorwerpen. Ik probeer wat dichter te komen om te zien wat ze allemaal bij hebben, en val plat op mijn gezicht. Ik kijk naar de metalen buis waar ik over ben gevallen en begin binnensmonds te vloeken. Ik sta onhandig weer recht en richt men revolver op de eerste, wanneer ik plots vanachter word vastgegrepen. Sneller dan de man had verwacht, schop ik hem in zijn kruis. Wanneer hij voorover buigt pak ik zijn arm en draai ik hem 10 graden te ver naar achter. Zijn andere arm grijpt naar mijn nek. Ik duik naar beneden door zijn benen en pak zijn taser uit zijn riem beet. Ik laat zijn arm los en sta weer recht. Hij maakt aanstalten om zijn revolver te pakken maar nog voor hij een centimeter is bewogen heb ik hem al getaserd. Voor een paar seconden begint hij te stuiptrekken, en met een doffe plof valt hij bewusteloos op de grond. Natuurlijk hadden de andere twee smokkelaars gehoord dat er iets niet juist is. Zonder aarzelen komen ze op me afgestormd. Ze blijven staan bij het aanzicht van hun bewusteloze baas en mij, een 16 jaar oud meisje met een taser in haar hand. Hun verbaasdheid duurt jammer genoeg niet zo lang. Ze nemen hun revolver allebei stevig vast in hun handen en richten ze op mij. Mijn revolver was uit mijn handen geglipt toen de baas me had vastgegrepen. Nu ligt hij 5 meter van me vandaan op de grond. Ik kan niet twee mannen met beiden een geweer uitschakelen met maar één taser. Misschien zou ik snel genoeg zijn om één uit te schakelen maar dan zou de andere me neer schieten. "Wat denk je dat je aan het doen bent!", schreeuwt de man met de tattoos. "Waar lijkt het op?", zeg ik met een stem waar de sarcasme van afdruipt. "Ik ben aan het waterskiën. Maar dan zonder het water...en zonder de skie." Ik spring nog net op tijd achter een container, want net op dat moment beginnen ze te schieten. De kogels raken een houten kist waar blijkbaar kussens in zaten, want de kist spat uit elkaar en overal vliegen veertjes en splinters. Geschokt kijk ik tussen de gleuven van een kist door naar de overblijfsels. Tussen de kussens moest een soort granaat hebben gezeten. "We scheuren je aan flarden stompzinnige kind!" "In je dromen!", joel ik terug. Ik sprint langs de rijen containers. De twee mannen rennen achter me aan met hun geweer in de aanslag. Wanneer ik een gangpad induik verstop ik me vliegensvlug achter een heftruck. De twee venten marcheren me voorbij en lopen een ander gangpad in. Als er in die ene kist een soort granaat had gezeten moeten er toch nog zijn. Geluidloos probeer ik een kleinere container open te maken. In de kist liggen opnieuw verschillende kussens. Ik doorzoek ze en al snel wordt duidelijk dat er helemaal niks inzit. Met gesmoorde zucht leg ik de kussens er teleurgesteld weer in. Opeens komt er een idee in me op. Ik begin een voor een aan de kussens te voelen, en ja hoor, in de 5de die ik vast pak zit er iets hard. Ik scheur het kussen open en haal er een granaat uit. Ondertussen zullen de mannen wel al door hebben dat ik er tussenuit ben geglipt. Ik loop naar de uitgang. Wanneer ik de baas passeer pak ik mijn revolver van de grond en loop ik verder. Nadat ik het slot heb kapot geschoten roep ik: "Hey dwazen!" De twee mannen komen lopend uit het eerste gangpad en staan nu 20 meter van me vandaan naast hun bewusteloze baas. Met een sierlijke zwaai gooi ik de granaat op een kist achter hen. Het voelt alsof de wereld ontploft wanneer de granaat een kettingreactie veroorzaakt. Ik ren naar buiten en zie nog net dat de drie drugssmokkelaars naar achter worden geslingerd en vlak voor de uitgang landen. De ontploffingen zijn even gestopt, dus ik trek vliegensvlug de drie bewusteloze lichamen naar buiten. Net op tijd, want net wanneer ik het derde lichaam naar buiten sleep ontploft het oude magazijn. Nu wordt ook ik naar achter gezwierd. Ik land plat op mijn rug. Kreunend van de pijn sta ik weer recht. Naast me ligt het lichaam van de kleinste man van de drie. "Wie is er nu het stompzinnig kind?" Ik schop tegen zijn zij en grijp naar mijn teen van de zeer. Natuurlijk heb ik tegen een metalen voorwerp geschopt in zijn riem. Ik spring op en neer op mijn ene been en val over de benen van de baas achter me. Geïrriteerd over mijn eigen lompigheid begin ik te checken of ze allemaal nog ademen. Daarna bind ik ze vast aan een paal. Die opdracht was uitputtender dan ik dacht. Ze wegen namelijk allemaal boven de honderd kilo. Na ze alle drie samen te hebben gebracht ben ik al buiten adem van de inspanning. Ik staar naar de ceintuur die waarschijnlijk ook al een paar kilo weegt. "Ik moet echt eens voor meer wapens gaan zorgen!", hijg ik. Na de riem van de baas te hebben los gekregen steek ik er de taser in en gooi ik hem over men schouder. Loeiende politiesirenes komen op me af. Ik maak aanstalten om weg te lopen tot ik me iets herinner. Ik loop naar de baas en haal een geslepen mes uit de ceintuur en snij het oerlelijke sikje af. Snel sta ik recht en bekijk ik zijn gezicht. "Twee misdaden op één nacht opgelost!" Zelfvoldaan ren ik naar de achterkant van het brandende magazijn en word ik opgeslokt door de duisternis.

Dostali jste se na konec publikovaných kapitol.

⏰ Poslední aktualizace: Oct 16, 2021 ⏰

Přidej si tento příběh do své knihovny, abys byl/a informován/a o nových kapitolách!

A villain with no crimeKde žijí příběhy. Začni objevovat