2

25 0 0
                                    

Pas aan het eind van de volgende werkdag, twee dagen na de kennismaking met de nieuwe buren, heb ik een momentje om bij te kletsen met mijn beste vriendin. Kaya ruilt een halfuur van haar kassadienst met een collega die geen zin heeft om te vegen, waardoor wij in de gelegenheid zijn om gewapend met bezems samen door de winkel te struinen.

'Volgens mij hadden alle irritante klanten met elkaar afgesproken om vandaag te komen,' klaagt Kaya terwijl we bij het make-upmeubel onze veegmissie starten. 'Er flipte net een vrouw tegen me omdat de kassa haar cadeaubonnen niet wilde aannemen.'

Fronsend kijk ik op van de smerige vloer. 'Hoezo niet? Waren ze niet meer geldig?'

'Er was een storing. Zegt ze dat ze zich zwaar belazerd voelt. Hallo, denkt ze dat ik die storing veroorzaakt heb of wat? Alsof het mijn schuld is. En dan nog, ze kocht handdoeken. Geen trouwringen of zo.'

Haar klaagzang laat mijn mondhoeken omhooggaan. 'Ik zou echt boos geworden zijn. Het is een wonder dat ik nog niet ontslagen ben wegens ruzie met een klant.'

'Jij bent veel te netjes,' vindt Kaya. 'Jij kunt iemand in gedachten wel uitmaken voor alles wat mooi of lelijk is, maar als je baan op het spel staat, hou jij je wel in. Tenzij iemand vlak voor sluitingstijd komt.' Plagend trekt ze een wenkbrauw naar me op.

Daar heeft ze wel gelijk in. Het kost me soms de grootste moeite, maar ik heb pas één keer iets onbeleefds tegen een klant gezegd. Gelukkig zie ik er blijkbaar zo onschuldig uit dat mijn leidinggevende niet eens geloofde dat ik tegen een klant had gezegd dat ze 'maar eerder had moeten komen'.

Er passeren nog wat andere ergernissen over klanten de revue terwijl we onze bezems rij voor rij de winkel door jagen. Tot we in de buurt van de vleesafdeling komen en Kaya expres op haar allerlangzaamst gaat lopen.

Ik kan een glimlach niet onderdrukken, ook al is het totaal kansloos wat ze doet. Toch doet het me iets om te zien hoe ze heel subtiel de aandacht van haar crush probeert te trekken. Zelf durf ik bij jongens die ik leuk vind nooit meer te doen dan naar ze kijken. Nee, correctie: zelfs dát durf ik al niet. Ik ben veel te bang dat ze me betrappen, en wat dan?

Als Kaya niet zulk lang haar had gehad, had ze het nu zeker weten losgemaakt en met een zwierig gebaar over haar schouders gegooid. Maar omdat lang haar van onze baas vast moet zitten, loopt ze alleen heupwiegend op de vleeskoeling af. 'En, was het druk bij jullie vandaag?'

Onze collega Melanie kijkt op van de snijmachine die ze schoon staat te maken. 'Viel wel mee.'

'O. Bij ons was het bij vlagen best druk. Vooral met irritante mensen.'

'Tja, die hou je altijd wel, denk ik,' reageert Melanie terwijl ze haar aandacht weer op de machine richt. Met een roze doekje boent ze voorzichtig over het snijwiel.

'Gelukkig zijn de collega's hier zo leuk. Dat maakt dat het werk uit te houden is.'

Nu kan ik het niet meer aanzien. Ik trek Kaya aan de mouw van haar groene werkshirt en wacht tot ze met me mee de rij van het serviesgoed in loopt. Als we buiten gehoorsafstand van Melanie zijn, fluister ik: 'Misschien moet je iemand anders leuk gaan vinden.'

Mijn beste vriendin werpt een snelle blik achterom en trekt een pruillip. 'Maar ik wil Melanie.'

'Ze heeft een vriend,' help ik haar herinneren.

'Ja en? Misschien maakt ze het wel uit als ze inziet dat ik veel leuker ben dan hij.'

Mismoedig schud ik mijn hoofd. Gelooft ze dat echt? Ik gun haar alle liefde van de wereld, maar die zal ze niet vinden bij onze collega van de vleesafdeling. Daarom probeer ik haar af te leiden met een ander onderwerp. 'Herinner je je Robin nog, die bij ons in de tweede en derde zat?'

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: Apr 02, 2021 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

Het museum van gevonden voorwerpen (uitgegeven)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu