Hoofdstuk 5: eeuwige duisternis met twee lichtpuntjes

1.6K 71 19
                                    

De Eeuwige Duisternis met twee lichtpuntjes

Ze schoof voorzichtig naar voren, met haar hand uitgestoken, terwijl hij over de ruige ondergrond ging. Weer raakte haar vinger de trap, en meteen trok ze haar hand terug. Myley was bijgekomen, en had het geheim van de trap ontdekt. Nu probeerde ze te weten te komen wat er nog meer in de kelder was.

Haar linkerhand zocht in de andere richting. Hier en daar een papachtige substantie, wat half opgedroogd bloed was. Haar rug voelde als gebroken, maar ze kon nog staan, rechtop, en zitten. Ze wist dat een mens niet gemaakt was om te zitten dus zodra ze de kelder kende zou ze gaan staan.

Haar ogen waren al gewend aan de eeuwige duisternis, en haar oren zoemden in de stilte. de ruige, koude en harde betonnen ondergrond was helemaal niet aangenaam, maar ze had nergens een zachter stukje kunnen vinden, en was alweer terug bij de trap. Ze had bijna de hele kelder doorgewerkt.

Langzaam kroop ze overeind, en ging staan. ze liep naar een muur en leunde ertegen aan. Ze ging opgelucht met haar schouders heen en weer, wat een pijnscheut door haar rug stuurde.  Ze had op zijn minst een geluid van pijn willen maken. Maar dat was al onmogelijk. Misschien moest ze het eens proberen.

Omdat ze wist dat ze alleen in de duisternis was, opende ze haar keel, en probeerde haar longen leeg te schreeuwen. Hopeloos, en geen geluid.

Ik had het kunnen weten, dacht ze bij zichzelf. Ze opende haar mond nog een keer, in een instictieve poging haar stembanden en tong te gebruiken. Het was en bleef stil.

Ineens schoot het haar te binnen dat er best wel eens een nis in de muur zou kunnen zitten, en hopend liep ze vooruit, met haar hand over de muur naast haar. Ze verwachte de andere muur niet zo snel, en liep er volop tegen op. Vanwege de klap struikelde ze naar achteren, en viel ze keihard op haar zitvlak.

Een bliksemschicht leek af te gaan, en drie zwaarden leken tegelijk haar ruggengraat te bewerken. Tranen sprongen in haar ogen, terwijl ze probeerde een zacht gehuil uit te brengen.

De eeuwige duisternis werd verbroken door twee lichtpuntjes, en in de stilte klonk inderdaad een zacht gehuil. Verbijsterd keek ze naar de twee lichtpuntjes. Nieuwsgierig, maar ook angstig kroop ze langzaam dichterbij.

De lichtpuntjes waren nog geen meter van haar af, toen ze heel even verdwenen. Toen besefte Myley dat het ogen waren, die haar aanstaarden en net hadden geknipperd. Haastig kroop ze weer terug, de pijn in haar rug negerend, maar de lichtpuntjes volgden haar. Wat wou ze graag dingen roepen als 'Ga weg!' of 'Blijf waar je bent!' Maar hoe vaak ze haar mond ook open trok, er kwam niets uit.

de stilte was verbroken door haar geschuivel, en door wat anders. Vier poten.

Ik word gek! dacht Myley, terwijl de ogen heen en weer om haar heen gingen.

Zo snel ze kon kroop ze naar achteren, maar daar voelde ze de muur. In haar hoofd vloekte ze.

Voor een moment hield ze haar adem in, maar toch hoorde ze nog een ademhaling.

Bang voor het monster dat bij haar in de kelder zat, kneep ze haar ogen stijf dicht, hopend dat het haar zou negeren.

Maar hoe dichter ze haar ogen probeerde te krijgen hoe dichter bij de ademhaling leek te komen.

smekend dat het weg zou gaan, voelde ze de ademhaling in haar gezicht. Ze rook het. Dierenlucht. O nee, O nee, O nee...

De harde ruige tong slikte haar neus.

Niet mijn neus! dacht Myley angstig. Nee, wacht, hij slikt me!

na een paar seconden drong het pas echt tot haar door. Nieuwsgierig opende ze haar ogen, alleen maar om het andere paar heel dichtbij te zien. Ze slikte een brok in haar keel weg, en stak haar hand naar de snuit van het dier. Een zachte vacht. met haar hand ging ze langs de zijkant van het hoofd, om de oren te voelen, en naar achteren langs de nek, en de rest van het lichaam. vier poten, en een staart.

Een hond? Nee, niet een hond. een hond was anders. Dit leek meer op een husky.

in haar hoofd noemde ze het dier Husky, alleen maar omdat ze niets beter wist. De ogen knipperden inteligent terwijl Myley het dier aaide. Nu ze wist wat het was sloeg ze zelfs haar arm om de nek, en omhelsde ze het dier.

Brave Husky, mompelde ze in gedachten. Het dier was het enige echte warme en zachte dat ze in weken had gevoeld. Het waren de enige twee lichtpuntjes in de eeuwige duisternis die al een paar weken over haar gedachten hing als een grote onweerswolk.

Er klonk geen klik. Geen waarschuwing. Niets. Maar toch vloog de deur open, en stond 'Jan,' O nee, ze moest immers een nieuwe naam voor hem verzinnen, in de deuropening.

het licht viel op Myley, en de Husky. Hij was groot en wit. En begon te grommen bij de aanblik van 'hij'. Myley legde haar hand op zijn rug, en keek naar 'hij' terwijl ze zich afvroeg wat hij hier kwam doen. Hij gooide iets de trap af, en draaide zich om. Myley wierp een laatste blik op de Husky, om te zien wat het dier zou gaan doen toen ze besefte dat het helemaal geen Husky was.

Ze zat in de kelder met een wolf...

-------------------------------------------------------------------------------------

Brave Wolf!!!!

A.U.B!!! FAN, Stem en reageer! of in andere volgorde. dat mag allemaal hoor ;)

 

Wat zal er gebeuren?

Ooooh, dat ga ik gewoon elke keer vragen... Wat gaan er gebeuren??

Reageer als je het denkt te weten!

 

xxx Magda

 

 

Sprakeloos (One Direction fanfiction Dutch)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu