Zoekende

By mijnverhaaltjes

373 62 195

Ryven kon altijd iedereen vinden, iedereen behalve de mensen die hem dierbaar waren. Wanneer hij een gezocht... More

1. Ryven
2. Liris
3. Ryven
5. Ryven
6. Liris
7. Ryven
8. Liris
9. Ryven
10. Liris
11. Ryven
12. Liris
13. Ryven
14. Liris
15. Ryven
16. Liris
17. Ryven
Epiloog. Liris

4. Liris

21 3 7
By mijnverhaaltjes

Ik had gedacht dat ik meteen in slaap zou vallen wanneer mijn gezicht een fatsoenlijk kussen raakte, maar niets daarvan was waar. Met mijn benen opgetrokken en de dekens half van het bed staarde ik naar de roomba die over de vloer reisde.

Ryvens studio was een stuk groter dan ik verwacht had, het zat in een luxe complex met beveiliging en had zelfs een bubbelbad die ik graag had willen gebruiken als ik niet al bij de sportschool had gedoucht. De man zelf lag op de bank nadat hij me het veel te grote bed gegeven had. Zuchtend krulde ik me verder op, mijn lichaam kon niet ontspannen in deze vreemde plek. Daarnaast hielp het niet dat we morgen teruggingen naar Basal, het idee legde een knoop in mijn maag.

Als ik weer oog in oog kwam te staan met Merijn, welk lichaamsdeel zou ik als eerst breken? Hij had mijn arm en benen gebroken en ik was van plan om hem iets zoveel ergers aan te doen.

En niet alleen hem, iedereen die hem geholpen had me te verstoten. Het maakte me niet uit hoe lang het duurde, ik zou alles zo pijnlijk mogelijk maken. Mijn nagels groeven zich in het matras, kreukten het perfect gestreken hoeslaken.

Ze zouden spijt hebben dat ze me verraden hadden.

Merijn zou spijt hebben dat hij de hand die hem gevoed had, had gebeten.

De woede borrelde in me, maakte me klaarwakker waardoor ik een zucht slaakte. Het was het niet waard om de hele nacht wakker te liggen door een groep waardeloze mensen. De roomba naderde het nachtkastje, het rode lichtje indiceerde zijn plaats in het donker. 'Misschien moet ik ook een roomba nemen.' Alsof de schattige stofzuiger me antwoordde, draaide hij zich om voor hij tegen het nachtkastje botste. 'Hoe noemt Snoepje je?'

'Eveline, en ga slapen, Liris.'

Ik lachte zachtjes, drukte mijn gezicht dieper in de warme dekens terwijl de woede wegspoelde door de goot. Het klonk niet als een naam waar hij op zou komen. 'Hoe kom je op de naam Eveline?'

'Omdat dat het merk is.' Ryven beantwoordde elke vraag die ik stelde en dat amuseerde me.

De stilte golfde over ons als de zee, alleen onze ademhalingen waren te horen. Mijn haren kietelden mijn gezicht, misschien had ik langs de kapper moeten gaan toen ik toch bezig was. Luisterend naar Ryven die draaide op de bank, gleed ik uiteindelijk weg in de duisternis.

═══☩══✦══☩═══

'Hier.' Ryven schoof een oude smartphone die dikker was dan de pannenkoeken die hij gemaakt had voor ontbijt. Het was al beter dan niets. 'Ik heb mijn nummer erin gezet voor als we elkaar kwijtraken.'

'Wat schattig.' Nadat ik mijn vork had neergelegd, greep ik naar de het oude model, het scherm lichtte op zodra ik het opgepakt had. Het was net zo groot als mijn hand en er zaten al standaard applicaties op zoals een camera. 'Kan ik hier spelletjes op downloaden?'

'Ja, denk het.' Ryven haalde zijn schouders op. Afgeleid swipete ik over het scherm waardoor het nieuwsoverzicht tevoorschijn kwam. Verschillende titels trokken mijn aandacht door hun woordgebruik, maar ik wist dat het allemaal overdreven was.

'Valerie gaat trouwen,' las ik de titel van een artikel hardop. Valerie was het gezicht van de maatschappij en iedereen streefde om haar te zijn, ze was een trendsetter sinds ze geboren was met haar schoonheidszegel. Ze was het toppunt van perfectie. Iedereen wilde haar zijn, maar tegelijkertijd hield iedereen haar leven enorm nauw in de gaten.

'Ik wist niet dat je geïnteresseerd was in zulk nieuws.' Ryven rook lekker, of beter gezegd, zijn shampoo had een lekkere geur. Hij had gedoucht voordat hij het ontbijt maakte en stond nu met een theedoek in zijn handen om de gebruikte pannen af te drogen.

'Ben ik ook niet, ik ken haar alleen omdat ze een zegelhouder is.' Ik sloeg mijn benen over elkaar en greep weer naar mijn vork. Het was een kleine leugen, maar ik geloofde dat ik niet zo breinloos was als de meeste mensen die zulke roddelbladen volgden. Maar ik kon niet zeggen dat ik compleet ongeïnteresseerd was. Om mijn gedachten af te leiden, stopte ik een stukje pannenkoek bedekt met poedersuiker in mijn mond. Ryven was verrassend genoeg een goede chef.

'Vanwaar de interesse?' Ryven kwam tegenover me zitten, zijn opgerolde mouwen lieten me zijn natte armen zien terwijl hij een pannenkoek greep. Zijn zegel was nu goed te zien, de zwarte cirkels met elk een uniek ontwerp en in het midden een kompas. Mijn schouders ophalend ging ik weer verzitten, mijn bovenbeen jeukte.

'Iedereen is geobsedeerd met zegelhouders toch?' Ik grinnikte, stak mijn vork iets te hard in mijn pannenkoek waardoor het tegen mijn bord kletterde. Ik glimlachte naar hem, ondanks de enorme laag suiker in mijn mond, proefde mijn ontbijt opeens bitter. 'Wie wil er nou niet zulke gave krachten?'

Ryven haalde zijn schouders op, schonk wat stroop op zijn pannenkoek. Zijn zwarte haren glinsterden en plakten tegen zijn voorhoofd. Een ongemakkelijke stilte hing tussen ons, ik haalde de restjes tussen mijn tanden vandaan met de vork en staarde naar Eveline die zijn ding op de vloer deed.

Zodra Ryven klaar was met het ontbijt, stelde hij voor om richting Basal te gaan. In stilte ruimde ik mijn spullen af en stapte ik weer in mijn sneakers. Ik trok mijn rok recht en wachtte op Ryven, die een lange zwarte jas pakte. 'Je lijkt op een acteur met die jas.' Hij trok zijn kraag goed en mompelde een kleine 'bedankt' voor hij de deur opengooide.

'We moeten gaan, de metro vertrekt over een halfuur.' Ryven gebaarde dat ik eerst door de deur kon gaan. Ik stopte mijn handen in de zak van mijn trui, voelde de gladde stof van de filtermaskers.

'Oh ja, wil je een konijn of een anaconda zijn.' Ik trok de maskers uit mijn zak, op de een was een konijnensnuit getekend in het neon roze en op de ander de giftige tanden van een slang in felgroen.

'Maakt mij niet uit,' zuchtte Ryven nadat hij de maskers bekeek. Een deel van me wilde hem nu met de roze konijnensnuit zien, maar de gifgroene anaconda vond ik niet leuk. Roze was mijn favoriete kleur, dus gaf ik hem het anaconda masker zodat we konden gaan.

Apicro was niet veranderd vergeleken met acht jaar geleden, de grote hoeveelheid lichtgevende reclameborden die over de straten hingen en de ondoordringbare mensenmassa had ik niet gemist. Verschillende schouders botsten tegen me aan terwijl ik Ryvens lange benen bij probeerde te houden. Hij had als een echte beroemdheid zijn zonnebril opgezet, maar mensen stopten toch om naar hem te kijken.

Zegelhouders. De pillaren van de perfecte maatschappij.

Mijn ogen waren gelijmd aan Ryvens rug, wat vond hij van alle aandacht?

Toen we bij het station aankwamen, zwermde het vol met mensen die naar werk gingen. Ryven keek vaak om terwijl we het juiste perron zochten, alsof hij bang was dat ik weg zou rennen in de menigte. Al had ik meer mijn aandacht op het ontwijken van mensen en geen handkoffers tegen mijn knieën aankrijgen van zakenmannen die op hun AR-brillen keken. Iedereen was veel te veel met zichzelf bezig.

Mijn voet bleef steken achter een voorbijkomend koffertje, waardoor ik mijn balans verloor. Een andere elleboog stootte tegen mijn schouder, gaf me een extra duwtje richting de grond. Een hand greep mijn bovenarm vast.

'Gaat het?' Ryven trok me overeind aan mijn bovenarm, zijn ogen starend naar mijn missende onderarm. 'Oh sorry.' Hij trok zijn hand terug zodra hij de knoop in mijn mouw zag. Ik schudde mijn hoofd, het was niet erg voor mij, maar het moest vast raar zijn voor hem.

'Maak je er geen zorgen over.' Ik wuifde het weg. 'Kom we missen de metro zo nog.' De digitale klok gaf aan dat we nog maar een paar minuten hadden. Ryvens ogen schoten wijd open en hij greep naar mijn hand.

'We moeten een stukje rennen, kom.'

Met Ryven voorop die schaamteloos mensen opzij duwde, had ik minder last van de menigte. Pas toen we door de open deuren van de metro waren, liet hij mijn hand los. Hij boog voorover op zijn knieën en kwam hijgend op adem. Ik giechelde zachtjes, zijn conditie was nog slechter dan ik gedacht had.

De metro naar Basal was rustig, haast verlaten. Hij reed ook maar vier keer per dag wat ik nog tamelijk veel vond. Zwaaiend met mijn benen staarde ik uit de voorbij razende graffititekeningen op de muur van de tunnel. Er was niemand in de metro, op ons twee na. Het donkere spiegelbeeld liet Ryven zien, met zijn armen over elkaar geslagen en starend naar het raam. Zijn zonnebril had hij afgezet.

De stilte was onverdraaglijk en ik wilde wat geluid horen, zelfs als het maar mijn eigen stem was. 'Wat voor werk doe je?' Ryven keek een beetje opzij, waardoor er uit automatisme een glimlach op mijn gezicht kroop.

'Ik help de politie om op criminelen te jagen met mijn vinderszegel.' Mijn blik ging naar zijn voorarm waar de zegel zat. Zuchtend sloeg ik mijn benen over elkaar.

'Kan je Ari dan ook niet super makkelijk vinden met de zegel?' Ik wist niet hoe de vinderszegel werkte, sterker nog ik wist niet eens dat het bestond totdat Ryven ermee kwam. De meeste zegelhouders waren beroemd doordat ze veel succesvoller waren in het leven, althans dat was de meest voorkomende uitkomst. Er waren altijd uitzonderingen.

'Zo werkt het niet,' mompelde Ryven terwijl hij zijn armen over elkaar sloeg. 'Ik kan Ari hier niet mee vinden.'

'Alle zegels hebben een nadelig effect, wat is de jouwe?' Ondanks iedereen en de media het alleen maar hadden over hoe geweldig de zegels waren, geloofde ik niet dat ze perfect waren. Met deze talenten kwam een prijs. Ik staarde naar zijn spiegelbeeld in het raam, naar zijn scherpe ogen die naar de grond gericht waren. Het was moeilijk te peilen in een gesprek hoe hij zich voelde doordat hij altijd een emotieloze uitdrukking op zijn gezicht had.

'Wat ben je een kletskous. We werken samen om Ari te vinden, we zijn geen vrienden.' Ryvens vingers knepen in zijn bovenarm waardoor zijn jas kreukte en ik slaakte een zucht. De stilte keerde terug waardoor ik in de stoel zakte. De rit leek eeuwen te duren en een deel van me vroeg zich af wat ik hier aan het doen was. Ik moest Ryven gewoon doden en dan als een vrij persoon weglopen. Dat Ryven me altijd kon vinden met zijn zegel betekende niet dat de rest van het politiebureau dat ook kon.

Het uiteinde van het aantrekkoord van mijn trui rolde tussen mijn vingertoppen, ik kon hem hier makkelijk mee wurgen. Het zou soepeler zijn geweest als ik mijn linkerarm nog had, maar dat betekende niet dat het me niet zou lukken. We zaten met zijn tweeën in een verlaten trein en gingen naar de vuilste plek die we konden bedenken en waar makkelijk een lichaam gedumpt kon worden, de situatie was perfect.

Maar om een reden wilde ik het eind van zijn zoektocht zien, dus liet ik het koord van mijn trui hangen en neuriede met een liedje om de stilte op te vullen.

Continue Reading

You'll Also Like

111K 6.3K 52
(Dit verhaal gaat ooit herschreven worden) Overal over de hele wereld krijgen tieners die zestien zijn geworden een brief waarin staat of ze meedoen...
Ultraviolet By Evita__M

Science Fiction

40.3K 2.5K 109
Een nieuwe ziekte, de Zwarte Pest, teistert de inwoners van Valis. Kinderen worden verplicht om zich te laten vaccineren, maar dit alles blijkt een l...
176K 2.4K 43
hai ik ben nova ( noof) ik ben 21 jaar en woon nog bij mijn ouders voor mijn studie. ik woon in ameide. ik woon naast familie het lam die kennen jull...