De legende van het huisje

25 1 0
                                    

Er was eens een leeg huisje in een donker bos. Het huisje staat bekend om de geest van Mevrouw Jansen die er zou rond spoken. Mevrouw Jansen had daar haar hele leven gewoond en toen men al enkele weken geen teken van leven van de oude vrouw had vernomen, hebben enkele bezorgde bewoners van het dorpje naast het bos alarm geslagen. Terecht, zo bleek, want de oude vrouw werd levenloos in haar woning aangetroffen. Een noodlottig ongeval, zo besliste de recherche, maar de burgers twijfelden. Verschillende verhalen over de doodsoorzaak gingen te ronde en tot op de dag van vandaag, weet niemand wat nou echt het leven van deze oude vrouw heeft gekost.

Laten we beginnen met het populairste verhaal. Het begint allemaal 50 jaar voor de dood van de oude vrouw. Haar moeder, met wie ze altijd in het huisje had gewoond, werd van het leven beroofd. De altijd vrolijke mevrouw Jansen werd met haar neus op de feiten gedrukt. Het leven was niet altijd even kleurrijk, besefte ze toen. Nadat haar moeder door bruut geweld om het leven werd gebracht, bleef mevrouw Jansen alleen achter. Ze had geen vrienden en familie meer. De vrouw besloot dat het tijd was om vrienden te maken en vertrok naar het dorp. De dorpelingen waren niet allemaal even blij met haar komst, vooral meneer Brouwers vond het maar niks. Met haar kort bezoek aan het dorp, had mevrouw Jansen meer vijanden dan vrienden gemaakt. De dorpelingen hielden er immers niet van dat vreemdelingen hun dorp kwamen bezoeken. Toch waren er enkele bewoners die haar wel een kans wilde geven, dus nodigde mevrouw Jansen hun uit bij haar thuis. Ze zorgde voor zelf gebakken koekjes en thee. Haar gasten konden dat wel waarderen en zo had mevrouw Jansen haar eerste vrienden gemaakt. Meneer Brouwers, die heel geliefd was in het dorp, kon dat niet verdragen. Een vreemdeling accepteren in het dorpse cultuur, kon er bij hem echt niet in. Hoewel steeds meer bewoners mevrouw Jansen omarmde, was er nog steeds een select groepje die zich vast hielden aan de oude principes van het dorp. Dat groepje deed er dan ook alles aan om de relatie van de dorpelingen en mevrouw Jansen te saboteren. De dorpelingen trokken zich er niks van aan, wat de woede deed opborrelen bij het groepje. Zo zorgde mevrouw Jansen onbedoeld voor een enorme kloof in het, eerst zo hechte, dorp. Familieleden spraken niet meer met elkaar omdat de één mevrouw Jansen wel omarmde en de andere niet. Mevrouw Jansen voelde zich schuldig over alles wat ze had aangericht in het dorp, alleen omdat ze erbij wilde horen. Mevrouw Jansen wilde niet meer als buitenstaander gezien worden, maar als iemand van het dorp. Ze wilde laten zien dat zij de cultuur van het dorpje kon naleven, maar haar plan werkte averechts. De dorpelingen namen steeds meer afstand van de oude vrouw. Prima dat ze in het dorpje langskwam, maar hun gebruiken overnemen, ging toch iets te ver. Ze bleef immers een buitenstaander. Ze had al geluk dat ze mocht langskomen, maar ze moest niet gaan overdrijven. Het dorp was nu opgedeeld in twee kampen. Het ene kamp wilde mevrouw Jansen toelaten tot hun cultuur, maar het andere kamp was daar fel tegen. Een grote burgeroorlog ontstond in het dorp en andere dorpen gingen zich ermee bemoeien. Het nieuws ging als een lopend vuurtje door het hele land heen. Het vredigste dorpje van het land had grote problemen. Er werden moorden gepleegd en branden gesticht en dat allemaal door een buitenstaander. Het liep zo erg uit de hand dat de omliggende dorpen wel moesten ingrijpen. Ze hadden een huur moordenaar ingehuurd en naar het huisje in het bos gestuurd, die mevrouw Jansen zorgvuldig om het leven heeft gebracht. Toen men haar al enkele weken niet meer had gezien, begonnen ze zich zorgen te maken en troffen ze de oude vrouw dood aan, langs de tafel in haar woning. 

Nog een ander populair verhaal, begint bij de dood van haar vader, zo'n 60 jaar voor de dood van de oude vrouw. Meneer Jansen was zelden thuis. Hij was altijd op pad om voor zijn gezin te zorgen. Hout voor de kachel, voedsel en natuurlijk lappen stof voor de kleding. Hij zorgde voor alles. Sinds de dood van zijn zoon, een paar jaar eerder en de dood van zijn oudste dochter, twee jaar voor de dood van zijn zoon, wilde hij niet dat zijn gezin nog maar 1 stap buiten het huis zou zetten. De buitenwereld was te gevaarlijk en hij wilde niet nog iemand verliezen, want zijn gezin was alles voor hem. Hij groeide op met 4 broers en 5 zussen. Een makkelijke jeugd had hij echter niet. Hij was de jongste en voelde zich onbegrepen. Het leek wel alsof zijn ouders helemaal geen tijd voor hem hadden. Zijn oudere broers en zussen waren belangrijker. Terwijl hun naar school gingen, moest de kleine meneer Jansen helpen op het land en mee gaan jagen. Het werk was veelste zwaar voor een jongen van zeven, maar daar hadden zijn ouders weinig begrip voor. Hij moest er maar voor zorgen dat er genoeg voedsel was, anders had hij pech en kreeg hij niks te eten. Als hij na een lange dag op het land thuis kwam, was de dag nog niet voorbij. Er werd van hem verwacht dat hij zijn moeder nog hielp met het huishouden en iedere vrijdag moest hij op het buurmeisje gaan passen, die toen twee jaar oud was. Hij moest het niet in zijn hoofd halen om te protesteren tegen zijn ouders, want dat kwam hem altijd duur te staan. Hij ging gebukt onder de te grote verantwoordelijkheden die hij al op jonge leeftijd moest dragen en probeerde dat duidelijk te maken aan zijn ouders, die niet wilden luisteren. Hij wilde net als zijn oudere broers en zussen ook naar school, maar er werd hem vertelt dat er niet genoeg geld was. Toen zijn vader stierf, was meneer Jansen tien en nam hij zijn verantwoordelijkheden over. Zijn oudste broer was inmiddels een afgestudeerde dokter en bracht wat extra geld in het laatje. Zijn oudste zus nam na schooltijd zijn taken in het huishouden over, zodat meneer Jansen zich op zijn nieuwe taken kon richten. Kort om, meneer Jansen had niet een jeugd gehad zoals een jeugd hoort te zijn en hij wilde het absoluut anders voor zijn eigen kinderen. Hij zorgde ervoor dat ze alle drie onderwijs kregen en deed alles voor hun. Toen zijn oudste dochter plotseling overleed door een noodlottig ongeval, stortte zijn wereld in, maar hij herpakte zich en ging verder voor zijn andere kinderen. Twee jaar later was het weer raak, zijn zoon overleed nadat hij s'nachts uit een boom was gevallen, waar hij wat vruchten aan het plukken was voor een schoolopdracht. Hij kwam verkeerd terecht en overleed ter plekke. Meneer Jansen wilde niet dat het nog een keer gebeurde en verbood zijn vrouw en dochter het huis te verlaten. Voor zijn dochter zorgde hij voor onderwijs aan huis en zorgde er voor dat ze alles had wat je hart je begeert. Hij bouwde een goede band met haar op, ook al was hij vaak weg van huis. Toen meneer Jansen op een avond niet meer thuis kwam, werd mevrouw Jansen ongerust en ging opzoek, ondanks dat haar vader haar had verboden om het huis te verlaten. Na een zoektocht van drie uur, trof ze hem dood aan in het meer. Ze viste hem eruit en probeerde hem toch nog te redden, maar helaas. In paniek ging ze naar het dorp om hulp te halen, maar niemand die de buitenstaander wilde helpen. Ze liep weer terug naar het meer en nam haar vader in haar armen. Ze tilde hem op en nam hem weer mee naar huis, waar ze hem samen met haar moeder heeft begraven. Mevrouw Jansen voelde zich in de steek gelaten door het dorp en wilde wraak, maar haar moeder hield haar tegen. Elke avond zat ze plannen te maken, maar nooit was ze tevreden. Toen haar moeder tien jaar later overleed, vond ze dat het tijd werd om wraak te nemen. S'nachts ging ze naar het dorpje, brak in bij een gezin en nam twee van de kinderen mee. Ze volgde op de voet hoe het dorp op de verdwijning van de kinderen reageerden. Dit was de wraak die ze wilde, maar niks rechtvaardigde de manier van hoe ze was behandeld op de dag dat haar vader stierf. Ze gaf de kinderen een drankje zodat ze vergaten waar ze nou precies gevangen zaten en liet hun vrij. Een week later deed ze weer hetzelfde, maar dan met twee andere kinderen. De kinderen deed ze niks aan, die konden er immers niet aan doen dat hun ouders zo reageerden.  Een week later was het weer de beurt aan twee andere kinderen en zo ging het jaren verder. Ze was niet meer uit op wraak, maar het was een verslaving geworden. Zonder die kinderen zou ze zo eenzaam zijn en dat was ze niet gewend. Op een dag was één van de kinderen helemaal in paniek en sloeg de oude vrouw met een ijzeren stang op het hoofd, iets waar ze later aan zou overlijden. De kinderen vluchtten en besloten niks aan hun ouders te vertellen. Ondertussen was mevrouw Jansen al enkele weken niet meer in het dorp gesignaleerd. Normaal bracht ze iedere week wel een bezoekje aan de kruidenier, die zich zorgen begon te maken. Hij heeft de politie gealarmeerd, die haar dood aantroffen in het huisje.

Elk verhaal dat je hoort heeft één ding gemeen: mevrouw Jansen haar geest wil nog steeds niet bij haar huisje weg en ook niemand mag er in komen. Het huisje is vervloekt. Er was eens een gezin dat op vakantie was in het huisje. Zij zijn even later verspreid over het bos aangetroffen, met een onbekende doodsoorzaak. Het gezin had geen enkele vijand in het dorp, wat het dus verdacht maakte. Niemand is ooit nog terug naar het huisje gegaan.  Wat je ook doet, kom niet in de buurt van het huisje van mevrouw Jansen. 

Korte verhalenWhere stories live. Discover now