Chapter 1: Volle maan

102 3 3
                                    

Onweer. Duistere wolken verstikten de lucht, zodat er geen enkel straaltje maanlicht kon doorschemeren. De wind waaide door de bossen, wat ervoor zorgde dat ze een griezelige melodie veroorzaakten. Je kon zien aan de wolken dat ze op het punt stonden om hun lading regen los te laten. Alle wezens waren al lang gevlucht, om te schuilen voor de regen. Maar toch ritselde er iets tussen de bladeren, en het was niet alleen.

'Sluipvoet!' riep het hert, 'Kom snel, we mogen hem niet kwijtraken!' Een hond, gevolgd door een rat, liepen het hert achterna in het duister bos. 'Is dit wel slim? We mogen hier eigenlijk helemaal niet zijn... Wie weet wat er achter die bomen zit?' Piepte de rat zo subtiel mogelijk. Hoewel dat helemaal geen zin had, omdat de huivering in zijn stem overduidelijk te horen was. 'Wat is er Wormstaart, ben je bang?' lachte de hond. 

'Bang? Ik? Ik ben gewoon bezorgd om Maanling.' pufte Wormstaart. 'Dat zal wel, je doet bijna in je broek!' grinnikte de hond. Maar Wormstaart vervolgde: 'Ben jij dan niet bang? Met Jeweetwel op de loer?', fluisterde hij, om zich heen kijkend. 'Voldemort, Peter! Hoe vaak moet ik het nog zeggen?' zuchtte het hert geïrriteerd. 'Als die hier komt zullen wij klaarstaan.' Zei Sluipvoet zelfverzekerd. 'Trouwens we hebben ook Perkamentus. Voldie durft zijn gezicht hier niet te vertonen zolang hij hier schoolhoofd is.' antwoorde het hert. Plots klonk een luid gehuil achter een paar struiken, waarop het hert snel galoppeerde achter het geluid na, gevolgd door de hond en een paar meter verder trippelde de rat hen achterna. 'Maanling! Daar ben je! Merlijnsbaard, we waren je bijna kwijt maat!' riep Sluipvoet opgewekt. De weerwolf keek eerst verward bij de aanblik van het stel dieren, maar herkende hen al snel en begon met hen rond te dollen. De regen viel wat later met bakken water uit de hemel, maar dat deerde hen niet. Ze hadden de tijd van hun leven.

De ochtend brak aan en 4 jongens kwamen gehavend het verboden bos uit. Een jongen met warrig zwart haar keek of de kust veilig was, en gaf een teken aan de anderen dat ze konden oversteken. Sirius, competitief als altijd, spurtte snel naar het huisje van Hagrid, de sleutelbewaarder van Zweinstein, krullen wapperend door de wind. Een lange magere jongen liep hem gauw achterna en vergeleken met de anderen was hij het zwaarst toegetakeld. Maar toch was hij diegene die het meest gelukkig leek. Een iets kleinere jongen met bevertanden volgde hen op een drafje. Eenmaal ze bij de moestuin waren liepen ze wat rustiger, het gevaarlijkste geweken te hebben. 'We boffen wel dat Vilder er nog niet is, anders zaten we nu zwaar in de problemen.' zei de gehavende jongen opgelucht. 'We moeten wel nog oppassen voor die rotkat van hem. O, wat zou ik dat beest graag eens een schop geven...' mompelde Sirius. 'Kom laten we naar de eetzaal gaan, ik sterf van de honger.' klaagde James. 

Toen ze in de eetzaal gearriveerd waren, was er nog bijna niemand omdat ze zo vroeg waren. Maar ze namen al snel hun gebruikelijke plaats aan de tafel en Peter begon al levendig te praten over wat er de avond ervoor allemaal gebeurd was. '-... En toen vloog Remus op jou, Gaffel, en jij gebruikte je gewei om hem tegen te houden en dan BwaM daar kwam Sirius en-'

'Jaja, we waren er allemaal bij Peter,..' haakte Sirius hem af. James grinnikte en dacht aan gisteren. Hij vond het geweldig om zo vrij te zijn, even iemand helemaal anders te zijn... even helemaal iets anders te zijn, weg van de rest wereld. Het had heel veel moeite gekost om een animagus te worden. Het proces was heel ingewikkeld, duurde maandenlang en was mega oncomfortabel, maar hij zou het zo opnieuw doen. Het was het allemaal waard om die opgetogen blik van zijn vriend te zien. Wanneer James te weten kwam waarom Remus al die jaren elke maand geheimzinnig ziek werd, voelde hij zich eerst gekwetst dat zijn vriend het gevoel had dat hij zo'n groot geheim moest verbergen voor hen. Ze zouden hem toch nooit verraden of achterlaten? Ze waren de Marauders! Ze wilden en gingen alles doen wat ze konden om hun vriend te helpen. 

Als bij toverslag kwam er een meisje binnenlopen in de eetzaal. Haar fluweel rode haren dansten op haar gewaad terwijl ze al lachend naar haar vriendinnen toeliep. Toen James haar zag, begon hij spontaan in zijn haar te wrijven, zodat het nog meer in de war ging staan dan het al was. Sirius draaide verveeld met zijn ogen en Remus grinnikte binnensmonds, terwijl hij een stuk chocola binnen propte. 'Wanneer ga je het haar vragen?', vroeg Peter opgewekt, terwijl hij op en neer wipte op zijn stoel. 'Ik weet het nog niet... De laatste keer dat ik haar meevroeg naar het eindejaarsbal heeft ze me afgewimpeld.' antwoorde James. 'Afgewimpeld? Ze heeft je uitgescholden als een breedsmoelki-', zei Sirius uitgelaten. 'Laten we dat alsjeblieft niet weer ophalen!' zei James met een boze blik naar Sirius. 'Nee sorry hoor, maar ik laat mijn beste vriend niet nog eens belachelijk gemaakt worden!' beet Sirius hem toe. 'Hij zal niet belachelijk gemaakt worden. Lily en hem komen nu toch redelijk overeen?' vroeg Remus. Dat was nogal zwaar uitgedrukt. Ze keek nu niet meer kwaad naar hem, en liep nu niet meer geïrriteerd weg  toen hij probeerde met haar te praten. Maar om het nou een vriendschap te noemen...' Ja ja gaat wel.' antwoordde hij Remus. 'Wel, waar wacht je dan nog op?' vroeg hij.


Heey, dit was het 1ste hoofdstuk van het boek. Ik moet erbij zeggen, dat dit de 1ste keer is dat ik zoiets doe, mijn 1ste fanfic. Daarom zou ik graag willen weten wat jullie ervan vonden... Zeg alsjeblieft in de comments wat jullie ervan vinden :). Ikzelf heb lang gezeten aan dit hoofdstuk, omdat ik zeker wou zijn dat het goed was. In ieder geval, als je het leuk vond, laat het dan weten, en verder wens ik je nog veel leesplezier! XXX Paulette


You've reached the end of published parts.

⏰ Last updated: Nov 14, 2023 ⏰

Add this story to your Library to get notified about new parts!

The MaraudersWhere stories live. Discover now