К сожалению, это изображение не соответствует нашим правилам. Чтобы продолжить публикацию, пожалуйста, удалите изображение или загрузите другое.
Joan is mijn beste vriendin. Eigenlijk heet ze Joanne, maar iedereen noemt haar Joan. Ik zit nog steeds te rillen van vannacht. Wie is die man? En wat bedoelt hij? Ik mag dan misschien een goede opleiding doen, maar wijs ben ik zeker niet. Daar heb ik Joan voor. Ik stap op de fiets. Het is zomer dus mijn jas laat ik thuis. Op naar het park! Het park is de lievelingsplek van zowel Joan als mij. We spreken er vaak af, maar het is ook onze piekerplek. Er staat een boom bij het water en als we een dipje hebben klimmen we erin. Eindelijk, daar is het park. Ik parkeer mijn fiets, want je mag niet met fiets naar binnen. Ik ren naar het midden van het park. Naar onze boom. Ik zie Joan al zitten. "HEY! JOAN!" Ze kijkt om en lacht. "Waarom ben je toch altijd zo hysterisch." "Ach jo, ik ben al lang blij dat ik eindelijk iemand kan spreken. Ik heb de afgelopen nachten een soort van gedroomd, maar het voelt niet als een droom." Joan kijkt me aan alsof ik gek ben. "Vertel" Goed, daar gaan we dan. "Beide dromen gaan ongeveer hetzelfde. Ik sta in een donker bos, elke keer op dezelfde plek. Ik begin te lopen en dan kom ik na en poosje een man tegen. Hij heeft lang blond haar. Ik kan zijn gezicht niet zien vanwege een capuchon. Hij is donker gekleed en camoufleert goed met de omgeving. Hij heeft een pijl en boog en schiet me neer. Afgelopen nacht zei hij dit: Natuur gaat haar eigen weg, volg en je zal je bestemming bereiken. Daarna zei hij nog dat ik wijze keuzes moet maken. En het neerschieten deed echt pijn. Dus het is niet echt een droom. Snap jij het?" Joan kijkt me bedachtzaam aan. "Misschien... Ik denk dat je die zin letterlijk moet nemen. Je moet je aanpassen aan de natuur. Als je de natuur verstoord, wordt je neergeschoten. Probeer vannacht. Dan laat je het me morgen weten goed?" "Oké. Morgen zelfde tijd, zelfde plek?" "Ja." Mooi dat was dan geregeld. Joan klimt de boom uit en gaat weg. Ik denk na over wat ze zei. Op naar de volgende nacht!
